29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

Nr. 871 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 juni 2024

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid, het rapport «Verkenning Werkdruk Rechtspraak en openbaar ministerie – Werken aan echte oplossingen» aan.

Medio 2023 is in het kader van de totstandkoming van de CAO voor de rechterlijke macht met de Nederlandse Vereniging voor de Rechtspraak (NVvR) afgesproken dat zou worden verkend met welke maatregelen het probleem van de hoge werkdruk in de rechtspraak en bij het openbaar ministerie opgelost zou kunnen worden. Door de aanpak die daarbij is gekozen is in relatief korte tijd veel input opgehaald over zowel de mogelijke aanbevelingen als over de haalbaarheid van het toepassen in de praktijk ervan.

De aanbevelingen hebben betrekking op een aantal thema’s die belangrijk zijn voor het onderwerp werkdruk. Zo zijn er aanbevelingen die zien op arbeidsvoorwaarden, opleidingen, bredere inzet van ervaren juridische ondersteuning, actieve regievoering door de rechter en bij ZSM, organisatie en zelfsturende teams, leiderschap, financiën, innovatie, digitalisering en inzet van AI. Zoals de verkenner ook aangeeft in het rapport is er geen «silver bullet» gevonden; er is geen sprake van een enkele of een klein aantal maatregelen dat genomen zou kunnen worden waarmee het probleem van de werkdruk verdwijnt.

De Rechtspraak en het College van Procureurs Generaal (hierna: het College) hebben net als de NVvR, de Minister van Justitie en Veiligheid en ik, kennis genomen van de uitkomsten van het rapport. In de komende periode zal aandacht zijn voor het nader bespreken van de aanbevelingen. Waar passend zullen de aanbevelingen worden betrokken bij de komende ronde van onderhandelingen over de arbeidsvoorwaarden voor de rechterlijke macht.

Bij de Rechtspraak zal het rapport besproken worden binnen de verschillende gerechten. Daarnaast zal het aan de orde gesteld worden in diverse landelijke bestuurlijke gremia en in overleggen zoals de Centrale Ondernemingsraad en het College van Afgevaardigden. Een deel van de aanbevelingen sluit overigens aan op reeds lopende acties zoals de evaluatie van de Rio-opleiding en het verder uitwerken van de Visie op Leiderschap. De Rechtspraak heeft het voornemen om een implementatieplan te maken op basis van de reacties uit de consultatieronde.

Voor wat betreft het openbaar ministerie het volgende. Tijdens het mondelinge vragenuur op 23 april 2024 al is gesproken over de ICT bij het OM. Op verzoek van het lid Lahlah (GroenLinks-PvdA) heeft de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid namens de Minister van Justitie en Veiligheid toegezegd het OM te zullen vragen om naar aanleiding van de ICT-problematiek een plan op te stellen om de werkdruk aan te pakken. De Minister van Justitie en Veiligheid heeft dit verzoek overgebracht aan het College.

Het College heeft reeds de ambitie uitgesproken het werk bij het openbaar ministerie anders, eenvoudiger en bedrijfsmatiger te willen organiseren. Dat dient meerdere doelen. Naast het beheersbaar maken van de werkdruk gaat het ook om het verbeteren van de prestaties en versterken van de kwaliteit. In aanvulling op wat reeds in gang is gezet, heeft het College opdracht gegeven een plan van aanpak op te stellen voor een gecoördineerde beoordeling, aanpak en opvolging van de aanbevelingen in het rapport die betrekking hebben op het openbaar ministerie. Die aanpak moet nog voor de zomer verder gestalte krijgen.

Rechtspraak en openbaar ministerie zijn al zeer goed doordrongen van het belang van innovatie en digitalisering, en een goed functionerende ICT. Het belang daarvan wordt ook nog eens in het rapport onderstreept. Het is nu aan beide organisaties om waar nodig ook op dat punt met de aanbevelingen aan de slag te gaan.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

Naar boven