29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

Nr. 784 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES, VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID EN VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 april 2023

De Adviescommissie «versterken weerbaarheid democratische rechtsorde» is per 7 oktober 2022 van start. Middels deze brief brengen wij als Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Justitie en Veiligheid en Sociale Zaken en Werkgelegenheid uw Kamer op de hoogte over de voortgang en planning van de commissie.

De commissie is gevraagd te onderzoeken hoe de ontwikkeling van radicalisering en politieke polarisatie verloopt en op basis van wetenschappelijke inzichten te analyseren wat de effecten hiervan op het democratisch proces zijn. Voorts is de commissie gevraagd aanbevelingen te doen over hoe onze democratie beter te weren tegen extremisme, radicalisering en polarisatie en wat in deze tijd bijdraagt aan de versterking van de democratische rechtsorde1.

De afgelopen maanden hebben de commissieleden het centrale vraagstuk bestudeerd om focus en werkwijzen te bepalen. In de bijlage bij deze brief treft u de tussenrapportage op de thematiek en de oplossingsrichtingen aan waarop de adviescommissie zich verder gaat verdiepen. De richtingen waar de commissie op gaat focussen zijn interessant en treffend. Wij waarderen het werk van de commissie dan ook zeer en wij zien het definitieve rapport met belangstelling tegemoet. Vanuit de betrokken ministeries volgt een uitgebreidere reactie op de bevindingen na verschijnen van de eindrapportage, teneinde de aanbevelingen in samenhang te kunnen beschouwen.

De Adviescommissie is momenteel bezig met het veldwerk. De oplevering van het eindrapport staat in oktober gepland. Wij zullen uw Kamer het rapport doen toekomen, samen met een reactie van de betrokken ministeries.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


X Noot
1

Kamerstuk 29 279, nr. 735

Naar boven