29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

Nr. 605 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 juni 2020

Hierbij informeer ik uw Kamer over de stand van zaken van de wijziging van de Aanwijzing hoge transacties door het Openbaar Ministerie (OM).

Bij brief van 19 december 20181 informeerde ik uw Kamer over de wenselijkheid dat de hoge transactie als instrument voor het OM blijft bestaan om in omvangrijke en complexe zaken een passende reactie te kunnen geven als alternatief voor strafvervolging. Ingegeven door de wens om hoge transacties voortaan door de rechter te laten toetsen, heb ik aangekondigd dit wettelijk te zullen regelen. Vooruitlopend op de wettelijke regeling is in afstemming met mij door het College van procureurs-generaal besloten om in de OM-Aanwijzing voor hoge transacties een tijdelijke regeling op te nemen, waarin voorgenomen hoge transacties voortaan door een onafhankelijke commissie zullen worden getoetst en niet langer aan de Minister van Justitie en Veiligheid zullen worden voorgelegd. Tevens zal de Aanwijzing in lijn worden gebracht met de staande praktijk op het gebied van transparantie2. Het OM heeft mij geïnformeerd dat de wijziging van de Aanwijzing hoge transacties thans gereed is.

Ten behoeve van de toetsing van transactievoorstellen wordt door het OM een onafhankelijke toetsingscommissie ingesteld. De commissie beoordeelt op basis van het gemotiveerde transactievoorstel, een feitenrelaas inclusief de toepasselijke strafbepalingen en het conceptpersbericht of, gelet op alle omstandigheden van het geval en met inachtneming van de uitgangspunten in de Aanwijzing, sprake is van een passende afdoening waartoe het OM in redelijkheid kan besluiten. Het betreft derhalve een marginale toets. De toetsingscommissie brengt haar advies uit aan het College van procureurs-generaal.

Het OM is voortvarend aan de slag om de gewijzigde Aanwijzing zo spoedig mogelijk in werking te kunnen laten treden. Het OM bepaalt momenteel de samenstelling van de toetsingscommissie en benoemt de voorzitter en de leden. Beoogd wordt onder meer een oud-rechter in de toetsingscommissie te benoemen, opdat de wijze van toetsing door de commissie aansluit bij een bij wet te introduceren onafhankelijke rechterlijke toetsing.

De nieuwe Aanwijzing wordt gepubliceerd in de Staatscourant en treedt in werking zodra de toetsingscommissie is samengesteld en de voorzitter en leden zijn benoemd. Ik zend u de gewijzigde Aanwijzing toe zodra deze in de Staatscourant gepubliceerd is. Mijn verwachting is dat dit rond 1 september 2020 het geval zal zijn. Voorts verwacht ik na de zomer van 2020 een wetsvoorstel tot regeling van de rechterlijke toetsing van hoge transacties in consultatie te geven.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Kamerstuk 29 279, nr. 478

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 2208

Naar boven