Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 november 2014
In de toelichting op de Wijziging van de Wet op de rechterlijke indeling, de Wet op
de rechterlijke organisatie en enige andere wetten in verband met de vorming van de
arrondissementen Gelderland en Overijssel (hierna: de Splitswet) is vastgelegd dat
de werking van de arrondissementen Gelderland en Overijsel vanaf het eerste moment
wordt gemonitord.1 Deze monitoring is een uitvloeisel van het debat dat ik bij de parlementaire behandeling
van de Wet herziening gerechtelijke kaart (hierna: Wet HGK) in de Eerste Kamer heb
gevoerd en vindt plaats in de periode voorafgaand aan de in artikel XXXII van de Splitswet
opgenomen verplichting tot evaluatie van de werking van de arrondissementen Gelderland
en Overijsel, welke binnen drie jaar na inwerkingtreding van die wet dient plaats
te vinden. Met deze brief zend ik uw Kamer de eerste van twee (jaarlijkse) monitoringsrapportages
toe2.
Doel en opzet monitoring
De monitoring van de arrondissementen Gelderland en Overijssel vindt zijn oorsprong
in de zorgen van het kabinet over de potentiële kwetsbaarheid van een zelfstandige
rechtbank Overijssel. De rechtbank Overijssel is de kleinste in Nederland, zowel wat
betreft het aantal medewerkers als het verwachte jaarlijkse aantal zaken. De monitoring
is erop gericht te bewaken dat de – in vergelijking tot andere rechtbanken – kleine
omvang van de rechtbank Overijssel niet leidt tot problemen, zoals de daling van de
kwaliteit van het werk, het achterblijven van de kwaliteitsontwikkeling in vergelijking
met andere gerechten, of het oplopen van doorlooptijden van zaken.
In de monitoring van de arrondissementen Gelderland en Overijssel wordt voorzien door
bijgevoegde monitoringsrapportage. Deze is opgesteld door de Raad voor de rechtspraak
(hierna: Raad), op basis van door de rechtbanken Gelderland en Overijssel geleverde
gegevens. Voor het onderwerp werkdruk maakt de rapportage gebruik van de uitkomsten
van de in 2014 gehouden medewerkerswaarderingsonderzoeken. Ook zijn in de rapportage
de bevindingen betrokken van de Visitatie Gerechten 2014 van een externe en onafhankelijke visitatiecommissie, onder voorzitterschap van prof.
mr. M.J. Cohen, waarvan het rapport op 30 oktober jl. is gepubliceerd.
Naast de monitoringsrapportage heb ik in 2013 ten behoeve van de monitoring ook werkbezoeken
gebracht aan de rechtbank Gelderland, de rechtbank Overijssel en het arrondissementsparket
Oost-Nederland.
Resultaten van de monitoring
Met de inwerkingtreding van de Wet HGK op 1 januari 2013 is een grootschalige reorganisatie
binnen de rechterlijke organisatie ingezet. Naast de samenvoeging van gerechten is
er ook een nieuwe bestuursstructuur geïntroduceerd. Voor de rechtbanken Gelderland
en Overijssel kwam hier nog bij dat op 1 april 2013 het arrondissement Oost-Nederland
in de arrondissementen Gelderland en Overijssel werd gesplitst. Dit betekende voor
de betrokken organisaties en medewerkers ingrijpende veranderingen.
De transitie van de rechtbanken heeft veel inspanningen gekost en men is op de goede
weg. Daar waar nodig hebben de gerechtsbesturen bijsturingsmaatregelen getroffen.
Voor zover er in de afgelopen periode problemen zijn ervaren in de samenwerking met
het Openbaar Ministerie, wordt er door de Rechtspraak en het Openbaar Ministerie gezamenlijk
gewerkt aan passende oplossingen via de Task force OM-ZM. Ook acties die worden ondernomen
in het kader van het programma Versterking Prestaties Strafrechtketen zijn erop gericht
om de (digitale) samenwerking van de Rechtspraak en het openbaar ministerie te verbeteren.
Met de Raad voor de rechtspraak constateer ik dat uit de monitoring van de rechtbanken
Gelderland en Overijssel blijkt dat de resultaten van deze rechtbanken niet significant
verschillen met de resultaten van de andere rechtbanken in Nederland, en dus geen
aanleiding geven tot zorgen of specifieke maatregelen.
De Minister van Veiligheid en Justitie,
I.W. Opstelten