29 276
Wijziging van de Mededingingswet en van enige andere wetten in verband met de implementatie van EG-verordeningen 1/2003 en 139/2004

nr. 20
GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID GERKENS C.S. TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 16

Voorgesteld 15 juni 2004

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat met ingang van 1 mei 2004 de EG Vo. 1/2003 van toepassing is geworden waarbij in het Europese mededingingsrecht de ontheffingsmogelijkheid op basis van artikel 81, derde lid, van het EG-Verdrag is vervangen door een rechtstreeks werkende uitzondering op het verbod van mededingingsbeperkingen;

overwegende, dat uit het oogpunt van convergentie met het Europese mededingingsrecht en intensivering van de handhaving van de Mededingingswet wenselijk is in die wet ook de ontheffingsmogelijkheid te vervangen door een rechtstreeks werkende uitzondering;

overwegende, dat als gevolg van die systeemwijziging ondernemers zelf vooraf dienen te beoordelen of regelingen die zij tot stand willen brengen onder de uitzondering vallen;

overwegende, dat het wenselijk is aan ondernemers bij die beoordeling houvast te bieden;

verzoekt de regering te bevorderen dat, in lijn met de Mededeling van de Europese Commissie «Richtsnoeren betreffende de toepassing van artikel 81, derde lid, van het Verdrag» (2004/C 101/08) een beleidsregel met uitleg wordt vastgelegd met betrekking tot de interpretatie van de voorwaarden voor de uitzondering die is neergelegd in het in artikel cA van het wetsvoorstel voorgestelde nieuwe artikel 6, derde lid, van de Mededingingswet,

en gaat over tot de orde van de dag.

Gerkens

Aptroot

Heemskerk

Naar boven