29 246 Agentschap Dienst Regelingen LNV (DRL)

Nr. 24 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 november 2011

De adviseurs P. Blauw en M. Korff hebben op 2 november 2011 het advies «DR tot uw Dienst» aan mij aangeboden. Het advies komt voort uit een toezegging van mij aan uw Kamer tijdens het algemeen overleg van 26 april jl. om een verbeterplan voor Dienst Regelingen op te stellen.

Hierbij bied ik u dit advies aan als ook mijn inhoudelijke reactie1.

Ik constateer dat het een constructief, samenhangend en concreet advies is. De aanbevelingen variëren van operationele adviezen voor de uitvoeringspraktijk tot beleidsadviezen op provinciaal, nationaal en Europees terrein. Het advies biedt goede aanknopingspunten om de werkprocessen van Dienst Regelingen en de relatie met de sector te verbeteren.

Mijn uitgangspunt is daarom, om het advies integraal over te nemen en – zoals de adviseurs aanbevelen – al zoveel mogelijk te implementeren voor de openstelling van Gecombineerde Data-Inwinning (GDI) 2012. Dit onder de randvoorwaarden van de geldende Europese en/of nationale wet- en regelgeving en het feit dat het veranderproces uitvoeringstechnisch beheersbaar moet blijven. Dit laatste is immers ook een belangrijke les uit het verleden. Dit, en het gegeven dat ik op onderdelen van het advies afhankelijk ben van besluitvorming door andere partijen (met name bij natuursubsidies van provincies, en bij het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) van de Europese Commissie), maakt dat ik niet alle verbeteringen in 2012 kan realiseren.

Dit gezegd hebbende, ga ik hierna op hoofdlijnen in op het advies «DR tot uw Dienst». Een gedetailleerde reactie vindt u in de bijlage, waarin ik per advies mijn reactie geef als ook de planning voor de implementatie1.

Deel 1: werkwijze en werkprocessen Dienst Regelingen

Perceelsregistratie en verwerking

De adviseurs constateren dat het afgelopen jaar veel tijd en energie is gaan zitten in marginale correcties. Correcties, die veelal zijn toe te schrijven aan meetmarges die inherent zijn aan het meetsysteem dat Europa voorschrijft (luchtfoto’s). Ik vind de suggestie van de adviseurs om een meetmarge te introduceren interessant; ook met het oog op de omvorming GLB na 2013. Voor de uitwerking is echter afstemming met de Europese Commissie noodzakelijk. Ditzelfde geldt voor het advies om op zeker moment het perceelsregister te bevriezen.

Andere aanbevelingen op het gebied van de perceelsregistratie neem ik grotendeels over voor GDI 2012 (zie bijlage).

Tijdig beschikken op bezwaar

Ik neem de aanbevelingen uit het advies over en steun Dienst Regelingen in haar ambitie om als organisatie (waaronder de afdeling R&R) het predicaat «Bewijs van Goede Dienst» te verkrijgen.

Uitbetaling BTR

Een snelle uitbetaling van de BTR is een belangrijke voorwaarde om de relatie tussen sector en Dienst Regelingen te verbeteren. Verschillende adviezen in het rapport dragen bij aan het sneller kunnen uitbetalen van de BTR. Ik wil deze adviezen al zoveel mogelijk implementeren voor de openstelling van de GDI 2012, waarbij ik het wel belangrijk vindt dat het uitvoeringsproces zorgvuldig en beheersbaar blijft.

De verbeteringen die in de GDI 2012 worden verwerkt, om tot een hoger uitbetaalpercentage uit komen, zijn onder meer het zoveel mogelijk vooringevuld beschikbaar stellen van het aanvraagformulier, het verminderen van het aantal vragen in de landbouwtelling en een faciliteit om te voorkomen dat meerdere aanvragers (deels) hetzelfde gewasperceel claimen. Mocht dit laatste in een voorkomend geval toch gebeuren, dan zal ik betrokken landbouwers benaderen om met een correctievoorstel te komen.

Nadat de hiervoor genoemde verbeteringen zijn doorgevoerd is het technisch mogelijk om per 2013 de GDI vervroegd open te stellen (zie bijlage).

Adviezen met betrekking tot het sanctiebeleid

De adviezen hebben betrekking op de randvoorwaardenkorting. De randvoorwaardenkorting wordt door de sector ervaren als disproportioneel en dubbele bestraffing. Ik onderschrijf de bevinding van de adviseurs, dat de voorschriften EU op dit punt zeer strikt zijn en dat in juridische zin geen sprake is van dubbel bestraffing. Het sanctiebeleid onder het GLB kan ik op dit moment dus niet veranderen. Wel ga ik, conform de adviezen, de communicatie over de randvoorwaarden en rond voorgenomen sanctionering verbeteren.

Daarnaast zal ik mij bij de Europese Commissie blijven inzetten voor een eenvoudig en proportioneel sanctiebeleid onder het GLB na 2013.

Adviezen met betrekking tot de natuursubsidies

De adviseurs constateren dat de natuursubsidieregeling (SNL) voor met name agrarisch natuurbeheer complex is; voor zowel de aanvrager als Dienst Regelingen. De complexiteit hangt grotendeels samen met de opzet van de regeling, maar wordt bij een niet uniform uitvoeringsbeleid versterkt door de aansturing door twaalf (autonome) provincies.

Ik vind de suggesties van de adviseurs dan ook steekhoudend; ook met het oog op de vermindering van de administratieve last voor aanvragers en verlaging van de uitvoeringskosten SNL. Het is echter aan provincies om de adviezen te vertalen naar concrete maatregelen. Het Onderhandelingsakkoord decentralisatie natuur, dat ik op 20 september samen met minister Donner en provincies heb gesloten, belegt tot 2014 de verantwoordelijkheid van de uitvoering van natuursubsidies door Dienst Regelingen bij de provincies. Mede met het oog op de hoge uitvoeringslasten heb ik met de provincies afgesproken dat ik voornemens ben om vanaf 2014 het agrarisch natuurbeheer buiten de EHS in beginsel vorm te geven als onderdeel van de EU-hectaretoeslag. Ik zal het advies aan de provincies toesturen en een gesprek hierover organiseren. Daarbij is mijn uitgangspunt dat daar waar mogelijk, verbeteringen al in 2012 worden gerealiseerd. Hierbij vind ik het wel belangrijk om op te merken dat binnen het stelsel van agrarisch natuurbeheer wordt gewerkt met 6-jarige contracten. Een groot deel van de contracten zijn in 2010 (opnieuw) afgesloten en lopen tot en met 2015. Eenmaal gesloten contracten kunnen niet opengebroken worden. De effecten van voorgestelde beleidsmaatregelen, zoals het verhogen van de subsidiedrempel van 200 euro naar 1 000 euro, zullen hierdoor pas geleidelijk leiden tot substantieel lagere uitvoeringskosten.

Verminderen aantal vragen (nationale) landbouwtelling

De adviseurs hebben een interessante insteek gekozen, door te visualiseren wat een uitvraag feitelijk kost. Iedere minuut minder invultijd levert per saldo één manjaar aan administratieve lastenreductie voor de sector op. Ik wil dan ook werk maken van het advies om de uitvraag Landbouwtelling zo snel mogelijk substantieel terug te brengen.

Het advies bevat twee componenten om tot vermindering van de uitvraag te komen. Enerzijds het schrappen van vragen en anderzijds het verminderen van de uitvraag door informatie in te winnen bij andere partijen (waaronder DR zelf). Ik ga op korte termijn in gesprek met de betrokken partijen, zoals het CBS, om afspraken te maken over het verminderen van het aantal vragen, om zo snel tot een lastenverlichting voor de sector te komen. Wat betreft het tweede punt – gegevensuitwisseling – zal ik bezien wat binnen de wettelijke ruimte mogelijk is. Ik zal u voor het Algemeen Overleg van 23 november 2011 informeren over de reductie in de uitvraag Landbouwtelling die ik al voor de GDI 2012 kan realiseren.

Deel 2: Communicatie en relatie met de landbouwondernemers

Bij de vorming van Dienst Regelingen in 2006 is ervoor gekozen om met een apart klantcontactcentrum (DR-loket) te gaan werken van waaruit de eerste lijn contacten met de relaties plaatsvinden. Voor de meer regelings- en dossierspecifieke zaken wordt doorgeschakeld met de medewerker die de aanvraag behandeld (tweede lijn). Hoewel dit voor de meeste relaties goed werkt, lijkt deze structuur te ver doorgevoerd. Ik onderschrijf dan ook het advies om te komen tot een meer diverse communicatiestrategie die recht doet aan behoeftes van verschillende partijen. Ook de suggestie om beter de kracht van intermediairs te benutten neem ik graag over. Ik ben al bezig met de implementatie hiervan. De eerste resultaten zullen al binnen afzienbare termijn merkbaar worden voor de relaties van Dienst Regelingen.

Deel 3: Het gemeenschappelijk landbouwbeleid na 2013

Ik zie het advies om te komen tot een robuust landbouwbeleid na 2013 als ondersteuning van de door mij ingezette beleidslijn richting de Europese Commissie. Nu de contouren van het nieuw landbouwbeleid bekend zijn, ga ik voort met het in beeld brengen van de uitvoeringsimplicaties als ook de benodigde ICT-ontwikkeling. Ik wil voldoende mankracht vrijmaken om te zorgen voor een goede overgang naar de uitvoering van het nieuwe GLB.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven