29 246
Agentschap Dienst Regelingen LNV (DRL)

nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 9 oktober 2003

Ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen Op 10 oktober 2003.

De wens over het voorgenomen besluit nadere inlichtingen te ontvangen kan door of namens de Kamer of door ten minste dertig leden van de Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 19 november 2003.

De Kamer kan zich tegen het voorgenomen besluit uitspreken uiterlijk op 19 november 2003 dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van de in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.

Bij de termijnen is rekening gehouden met de recesperiode van de Tweede Kamer.

Inleiding

In de bedrijfsvoeringparagraaf bij de LNV-begroting 2004 heb ik u geïnformeerd over een aantal organisatorische wijzigingen die ik zal doorvoeren binnen het ministerie van LNV. Eén van de maatregelen betreft de oprichting van een nieuwe Dienst Regelingen LNV (DRL), waarin een viertal bestaande diensten, te weten LASER, Bureau Heffingen, Dienst Basisregistraties (DBR) en Dienst LNV Loket (DLL) zullen fuseren. Ik streef ernaar om deze nieuwe dienst met ingang van 2006 de verzelfstandigde status van agentschap toe te kennen. Voorafgaand daaraan leg ik op grond van de voorhangprocedure van artikel 10 van de Comptabiliteitswet 2001, u hierbij mijn voornemen voor om met ingang van 1 januari 2004 over te gaan tot het instellen van een tijdelijk agentschap Dienst Regelingen LNV.

Positionering van de dienst en de taken die zij uitvoert

Ter verbetering van de effectiviteit van het beleid heeft het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit geruime tijd geleden besloten zich meer relatiegericht te ontwikkelen. Het streven naar beperking van de administratieve lasten bij het bedrijfsleven sluit hier naadloos op aan. Bij het formuleren van beleid, maar vooral ook bij de vormgeving van de uitvoering daarvan, wordt nadrukkelijk aandacht geschonken aan de wensen en eisen van de doelgroepen van het LNV-beleid.

Om deze ambitie tot stand te brengen, zijn in de afgelopen jaren de Dienst LNV Loket (front-office) en de Dienst Basisregistraties (mid-office) opgericht. Deze organisaties zijn verantwoordelijk voor het onderhouden, opslaan en ontsluiten van alle relevante contacten en gegevens van relaties ten behoeve van de uitvoering van het LNV-beleid. De uitvoeringsorganisaties LASER en Bureau Heffingen (BH) maken vervolgens gebruik van de betreffende gegevens bij het beoordelen en beslissen inzake regelingen.

De ontwikkelingen binnen het ministerie van LNV passen in de steeds grotere maatschappelijke aandacht die er is voor de uitvoering. Een effectieve uitvoering die «in control» is, is een randvoorwaarde die van uitvoeringsorganisaties wordt verwacht.

Het is tegen deze achtergronden dat ik heb besloten de diensten DLL, DBR, LASER en Bureau Heffingen om te vormen tot één nieuwe uitvoeringsorganisatie: de Dienst Regelingen LNV (DRL).

Het creëren van één uitvoeringsorganisatie kent een aantal voordelen. Zoals reeds gememoreerd, kennen de vier diensten op dit moment al een grote onderlinge samenhang. De Dienst Basisregistraties en het LNV-Loket voeren onder meer de mid- en front-office taken uit ten behoeve van LASER en Bureau Heffingen. Door de samenvoeging wordt het eenvoudiger te komen tot een generiek bedrijfsprocesmodel. Dit leidt enerzijds tot een grotere mate van efficiency doordat de processen intern beter op elkaar kunnen worden afgestemd en anderzijds tot een hogere mate van klantgerichtheid omdat de ondernemer centraal staat. Uiteraard zie ik ook mogelijkheden tot het behalen van efficiencyvoordelen op onder andere de terreinen van ondersteuning en egalisatie van de work-flow. Verder voorzie ik dat er synergievoordelen zijn te behalen op het terrein van ICT-investeringen en op het gebied van kennismanagement.

De belangrijkste taken van de DRL zullen liggen op het terrein van:

– de uitvoering van het LNV beleid;

– de uitvoering van EU-regelingen;

– de identificatie en registratie van dieren, relaties en bedrijven;

– vergunningen en ontheffingen voor het landelijk gebied;

– nationale subsidieregelingen;

– het plattelandsontwikkelingsbeleid;

– het mestbeleid;

– crisisbestrijding.

Het streven is om in de eerste helft van 2004 de Dienst op te richten en de feitelijke fusie af te ronden. Hierna zal sprake zijn van een transitietraject waarin de werkprocessen gefaseerd gewijzigd zullen worden. Tot de formele oprichting in 2004 van de Dienst Regelingen zal gesproken worden van de Dienst Regelingen in oprichting (DRL i.o.). De dienst blijft onverkort onderdeel uitmaken van het Ministerie van LNV.

Tijdelijk agentschap

Van de vier diensten die onderdeel uitmaken van de DRL i.o. hebben de twee grootste diensten nu al de status van een agentschap. Het gaat hier om Bureau Heffingen die met ingang van 1998 agentschap is geworden (TK 1996–1997, 23 180 nr. 1) en de dienst LASER die met ingang van 1999 agentschap is geworden (TK 1997–1998, 25 930 nr. 1).

Ten algemene kenmerken agentschappen zich door een resultaatgericht besturingsmodel, waarbij kosten inzichtelijk kunnen worden toegerekend aan de producten en de kosten in de tijd kunnen worden gevolgd. Het ligt derhalve voor de hand om de nieuwe Dienst Regelingen LNV de agentschapstatus toe te kennen. In het op te stellen plan van aanpak, dat u voor 1 januari 2004 ter kennisname zal worden toegezonden, zal worden uitgegaan van een volwaardige agentschapstatus met ingang van 1 januari 2006.

Daarbij zal de hiervoor geldende instellingsprocedure worden gevolgd. Dat houdt in dat ook het besluit tot het verlenen van een volwaardige agentschapstatus via een voorhangprocedure aan uw Kamer zal worden voorgelegd.

Tot 1 januari 2006 bevindt de Dienst Regelingen zich in een overgangsfase. De twee grootste van de te fuseren diensten beschikken reeds over de status van agentschap met bijbehorend beheersregime op basis van baten en lasten. De twee andere diensten, DLL en DBR, kennen een beheersregime op basis van een kas-verplichtingenstelsel. Omdat dit mogelijke efficiencyvoordelen kan blokkeren en om de sturing van de gehele organisatie in het transitietraject éénduidig en helder te laten verlopen, ben ik van mening dat voor de DRL i.o. als geheel éénzelfde beheersregime moet gelden. Het is hierbij van groot belang dat alle onderdelen van de op te richten dienst zo snel mogelijk volgens dezelfde regels en procedures gaan werken. Dit is een noodzakelijke voorwaarde voor een soepel verloop van de integratie van de werkprocessen zoals die nu binnen de vier onderdelen bestaan.

Gelet op de inzet de nieuwe gefuseerde dienst als geheel met ingang van 1 januari 2006 als volledig agentschap te laten functioneren, ligt het voor de hand om DLL en DBR, als onderdeel van de DRL i.o., onder het beheersregime van baten en lasten te laten vallen.

De mogelijkheid om deze diensten op korte termijn (m.i.v. 1 januari 2004) onder een baten-lasten regime te brengen, wordt geboden via de weg van het verlenen van een tijdelijke agentschapstatus. U bent over deze mogelijkheid door de minister van Financiën geïnformeerd bij brief van 21 maart 2001 (TK 2000–2001, 23 171 nr. 4). Deze aanpak kan worden gevolgd voor organisaties die de potentie hebben om zich op korte termijn (binnen maximaal 3 jaar) te kwalificeren als volwaardige baten-lasten dienst. Formeel is deze constructie in het leven geroepen voor niet tot de rechtspersoon Staat behorende diensten. Echter deze figuur wordt ook gewenst geacht voor agentschappen die in een fusieproces zijn betrokken. Zo is deze constructie reeds eerder gehanteerd bij de voorgenomen positionering van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) als tijdelijk agentschap. De minister van VWS heeft u op 23 januari 2003 per brief (TK 2002–2003, 26 991, nr. 83) hierover geïnformeerd. Om eventuele onduidelijkheden over de status van tijdelijk agentschap weg te nemen, zal de minister van Financiën u binnenkort in een separate brief nader informeren over de toepassing van deze status voor organisaties binnen de Rijksoverheid die gaan fuseren.

Een tijdelijke agentschapstatus betekent dat de desbetreffende dienst tijdelijk een afwijkend beheer mag voeren, conform een agentschap, zonder dat reeds aan alle hiervoor geldende instellingsvoorwaarden is voldaan. In dit specifieke geval van de DRL i.o. voldoen Bureau Heffingen en Laser reeds aan de instellingseisen. De andere twee diensten (Dienst Basisregistraties en het LNV-Loket) voldoen thans nog niet aan de instellingseisen, maar kunnen vanwege hun relatief geringe omvang en vanwege de reeds bestaande samenwerking op administratief vlak hier in beginsel snel aan voldoen. Uiteraard zal de twee jaar waarin de gefuseerde dienst als tijdelijk agentschap zal functioneren (1 januari 2004 tot 1 januari 2006) worden gebruikt om de nieuwe dienst als geheel te laten voldoen aan alle instellingsvoorwaarden zoals deze worden gesteld aan een agentschap.

Voordat een dienst de status van tijdelijk agentschap kan verkrijgen, wordt door het Begeleidingsteam Verzelfstandigingen een aanvangsdoorlichting uitgevoerd waarbij getoetst wordt of de dienst in potentie kan voldoen aan de instellingsvoorwaarden. Het Begeleidingsteam Verzelfstandigingen acht het niet nodig om voor DRL een volledige aanvangsdoorlichting uit te voeren. De twee bestaande agentschappen voldoen immers aan de voorwaarden, en bij de andere twee diensten is gekeken naar de aard van de primaire processen en in hoeverre die al voorkomen bij bestaande agentschappen. Geconcludeerd is dat een reële potentie aanwezig is dat ook deze diensten aan de agentschapvoorwaarden kunnen voldoen.

Over de gevolgen die de instelling van het tijdelijk agentschap DRL i.o. op de begrotingspresentatie heeft, zal de Tweede Kamer afzonderlijk worden geïnformeerd.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C. P. Veerman

Naar boven