29 240 Veiligheid op school

31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Nr. 137 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 maart 2024

De Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) heeft een onderzoek uitgevoerd naar naleving van wet- en regelgeving door de TU Delft waarbij de zorg voor het personeel en of er sprake is van verwaarlozing hiervan, centraal stonden. Via deze brief informeer ik uw Kamer over dit onderzoek en hoe hieraan vervolg wordt gegeven.

Zoals gebruikelijk zou de inspectie in de derde week na vaststelling het rapport openbaar maken. Dat betekent dat de planning was om het rapport volgende week aan uw Kamer toe te zenden. Omdat de TU Delft het rapport zelf heeft gepubliceerd, is dit proces versneld en ontvangt u het rapport vandaag.

De inspectie concludeert in haar rapport dat de TU Delft de zorg voor haar medewerkers ernstig heeft verwaarloosd, en dat veel medewerkers van de TU Delft sociale onveiligheid ervaren. De inspectie heeft daarom geconcludeerd dat er op de TU Delft op dit gebied sprake is van wanbeheer, zoals gedefinieerd in art. 9.9a, tweede lid, onderdeel e, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW).1 Uit het rapport volgt ook hoe machtsverhoudingen een nadrukkelijke rol spelen bij het ontstaan en in stand houden van sociaal onveilige situaties en hoe belangrijk het is dat degenen die beschikken over machtsposities daar nadrukkelijk oog voor hebben.

De ernstige conclusies van de inspectie vervullen mij met zorg en vragen de volledige aandacht van het College van Bestuur (CvB) en Raad van Toezicht (RvT) van de TU Delft. Sociale veiligheid voor medewerkers en studenten vormt immers de essentie van een klimaat waarin onderzoek en onderwijs kunnen floreren. Onderwijsinstellingen moeten een veilige plek zijn waarin iedereen zich thuis voelt en zich kan ontplooien. Het is de verantwoordelijkheid van onderwijsinstellingen om te zorgen voor die veilige leer- en werkomgeving. Dit vraagt doorlopende zorg en aandacht.

De conclusies van de inspectie over de verwaarlozing van de zorg voor het personeel op en de ervaren sociale onveiligheid door medewerkers van de TU Delft staan niet op zichzelf. Op steeds meer plekken in de maatschappij dringt het besef door dat er verbetering nodig is als het gaat om de sociale veiligheid van medewerkers. Sociale veiligheid is een basisvoorwaarde voor mensen om zich veilig te voelen en goed te kunnen functioneren in hun werk. Het is helaas niet nieuw dat op veel plekken niet voldaan wordt aan die basisvoorwaarde. Ook op universiteiten is een cultuurverandering nodig. Recentelijk heeft de regeringscommissaris mij nog van een waardevol advies hierover voorzien.2 De conclusies van de inspectie onderstrepen deze noodzaak. Ik vind het moedig dat mensen zich gemeld hebben bij de inspectie en hun ervaringen hebben gedeeld. En ik hoop dat rapporten als deze totmeer zelfreflectie én actie leiden in het onderwijs, de wetenschap en daarbuiten.

Op verschillende manieren zet ik reeds in op het borgen en verbeteren van de sociale veiligheid op de instellingenHet KNAW rapport over sociale veiligheid in de wetenschap vormt hiervoor een belangrijke basis.3 Zo heb ik met de Vereniging Hogescholen en de Universiteiten van Nederland afspraken hierover gemaakt in het Bestuursakkoord hoger onderwijs en wetenschap en middelen hiervoor toegekend.4 Gezien het belang en de urgentie van het onderwerp heb ik aanvullend op de gemaakte afspraken afgelopen zomer mijn integrale aanpak sociale veiligheid gepresenteerd.5 Een belangrijk onderdeel hiervan is het instellen van en het middelen toekennen aan een Regiegroep die een Programma sociale veiligheid op zal zetten. Dit programma heeft als doel de sociale veiligheid in het hbo, wo en de wetenschap te bevorderen. Hierbij wordt er ingezet op de benodigde, brede cultuurverandering. Ik informeer u voor de zomer over de voortgang hiervan. Het rapport van de inspectie over de TU Delft onderschrijft het belang van deze aanpak.

Conclusie inspectie: wanbeheer

De inspectie is haar onderzoek gestart naar aanleiding van signalen die in 2022 bij de inspectie zijn binnengekomen. Deze signalen betroffen sociale onveiligheid en financiële onrechtmatigheden. Voor financiële onrechtmatigheden heeft de inspectie geen aanwijzingen gevonden. De inspectie constateert dat voor wat betreft de zorg voor medewerkers op de TU Delft sprake is van wanbeheer, zoals gedefinieerd in art. 9.9a, tweede lid, onderdeel e, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW). Onder wanbeheer wordt in de WHW onder meer verstaan het in ernstige mate verwaarlozen van de zorg voor wat door redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd in de omgang met betrokkenen binnen de instelling. De TU Delft heeft middels haar zienswijze op het rapport laten weten dat zij de conclusie wanbeheer niet deelt, en dat zij voornemens is het rapport ter toetsing aan de civiele rechter voor te leggen.

Omdat de conclusie wanbeheer is getrokken, heb ik het bijbehorende bestuurlijk instrumentarium tot mijn beschikking. In de praktijk betekent dit dat ik de mogelijkheid heb om een aanwijzing te geven aan de Raad van Toezicht van de TU Delft. Met een aanwijzing kan ik de Raad van Toezicht de opdracht geven een of meer maatregelen te nemen gericht op het herstellen van de zorg voor het personeel en de sociale veiligheid op de instelling.

Gezien de zwaarte van de conclusies ga ik nu eerst in gesprek met de Raad van Toezicht van de TU Delft om mij ervan te verzekeren dat aan het rapport op goede wijze gevolg wordt gegeven. De sociale veiligheid voor medewerkers aan de TU Delft moet navolgbaar, objectief en aantoonbaar verbeteren. De TU Delft heeft de sleutel hiervoor zelf in handen. De inspectie geeft de TU Delft de herstelopdracht om binnen drie maanden na vaststelling van het rapport een actieplan te hebben opgesteld, zodat de organisatie sociaal veiliger is en deze sociaal kan groeien. Het actieplan zal in ieder geval de onderwerpen leiderschap, cultuur, sturing en in gesprek gaan met medewerkers moeten adresseren. De inspectie zal beoordelen of zij vertrouwen heeft dat dit plan kan leiden tot verbetering in de zorg voor medewerkers. Na een jaar volgt een vervolgonderzoek naar de resultaten van het herstelplan. Daarmee ligt er voor de TU Delft een heldere opdracht. Ik vind het van het grootste belang dat de TU Delft deze opdracht zeer serieus uitvoert en ik spreek de Raad van Toezicht van de TU Delft hierop aan. Eventuele inzet van het bestuurlijk instrumentarium dat mij daarvoor ter beschikking staat, is mede afhankelijk van de manier waarop de RvT en CvB van de TU Delft omgaan met de door de inspectie vastgestelde problematiek.

De TU Delft is een wereldwijd gewaardeerde, gerespecteerde en wetenschappelijk toonaangevende universiteit. Haar medewerkers verdienen, net als iedereen, een sociaal veilige werkomgeving. Ik ga ervan uit dat de leiding van de TU Delft deze plicht voelt en hiernaar handelt. Ik zal de RvT op zijn verantwoordelijkheid aanspreken.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf


X Noot
1

Het in ernstige mate verwaarlozen van de zorg voor wat door redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd in de omgang met betrokkenen binnen de instelling, waaronder in ieder geval wordt verstaan intimidatie of bedreiging van personeel of studenten door een bestuurder of toezichthouder.

X Noot
2

Kamerbrief advies over de aanpak van seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld in hoger onderwijs en wetenschap, 24 januari 2024.

Naar boven