29 239
Ongeval Amercentrale

nr. 4
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 maart 2004

Hierbij bied ik u het verslag1 aan van het onderzoek dat de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid (IOOV) op verzoek van de Arbeidsinspectie heeft uitgevoerd bij de Amercentrale.

De aanleiding voor het onderzoek was de vraag van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid om, bij het onderzoek van de Arbeidsinspectie naar de oorzaken van het ernstige ongeval in de Amercentrale dat op 28 september 2003 heeft plaatsgevonden speciale aandacht te besteden aan de «gebrekkige communicatie tussen hulpverleners en slachtoffers».

Het was de bedoeling om dit onderzoeksverslag tegelijk met de rapportage van de Arbeidsinspectie naar de oorzaken van het ongeval naar de Kamer te zenden. Het onderzoeksrapport van de Arbeidsinspectie maakt deel uit van het proces-verbaal, dat de basis vormt voor het strafrechterlijk onderzoek. De vrijgave van de onderzoeksresultaten berust bij Openbaar Ministerie, de verwachting is dat dit niet voor het begin van de zomer zal gebeuren.

De Arbeidsinspectie is echter benaderd door het COT Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement dat in opdracht van de Burgemeester van Geertruidenberg een onderzoek uitvoert naar de gang van zaken na het ongeval. Het COT zou eind maart 2004 aan de Burgemeester willen rapporteren. Om dubbelwerk te voorkomen zou het COT in zijn rapportage willen verwijzen naar het IOOV verslag. Om dit mogelijk te maken, zend ik u hierbij dat verslag toe, waarmee het tevens in de openbaarheid komt.

De conclusie van het IOOV-onderzoek is dat er tijdens de reddingsacties van de slachtoffers voornamelijk is gecommuniceerd door middel van visuele waarnemingen en het aanroepen. Er zijn geen aanwijzigen dat, in de gegeven omstandigheden, een andere opzet van de reddingsacties of een andere vorm van communicatie de redding van de slachtoffers in de ketel zou hebben versneld en verbeterd.

In het verslag wordt aanbevolen dat ten behoeve van hun veiligheid personen, die in geïsoleerde omstandigheden werkzaamheden verrichten, worden voorzien van communicatiemiddelen waarmee ze permanent in onderling contact staan en contact met een veiligheidsfunctionaris buiten de geïsoleerde werkomgeving kunnen onderhouden.

Deze aanbeveling sluit aan op de huidige inspectiepraktijk van de Arbeidsinspectie. Over het alleenwerken in geïsoleerde omstandigheden is in september 2003 door die dienst een brochure uitgebracht. Bij de inspecties van dit soort werkzaamheden wordt zo nodig direct handhavend opgetreden.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

M. Rutte


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven