Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 september 2020
Op 24 april en 26 juni 2020 heeft het kabinet per brief aan uw Kamer steunmaatregelen
voor KLM Group (hierna KLM) aangekondigd (Kamerstuk 29 232, nrs. 9 en 41). Deze steun is nodig zodat het bedrijf de gevolgen van de vliegbeperkingen veroorzaakt
door de COVID-19 crisis kan doorstaan. U heeft op 2 juli 2020 ingestemd met deze steunmaatregelen.
Tijdens het overleg met uw Kamer op 1 juli 2020 heb ik toegezegd u op de hoogte te
houden van de naleving van de voorwaarden voor de staatssteun (Kamerstuk 35 505, nr. 20). Door middel van deze brief wil ik u over een drietal zaken informeren.
State agent
Ik ben verheugd u te kunnen mededelen dat de heer Jeroen Kremers bereid is gevonden
om de functie van state agent bij KLM te vervullen. De heer Kremers is een ervaren
bestuurder in de private sector en vanuit verschillende functies in het heden en verleden
goed bekend met de overheid.
Naar aanleiding van de toezegging aan de heer Sneller (D66), geef ik u nog de volgende
toelichting.
De state agent wordt aangesteld door de Nederlandse staat en gaat toezicht houden
op:
-
• het naleven van de afspraken die zijn gemaakt tussen Air France-KLM, KLM en de Nederlandse
staat;
-
• de implementatie en naleving van het herstructureringsplan dat momenteel opgesteld
wordt door KLM;
-
• het naleven van de convenanten en verplichtingen onder de leningsdocumentatie.
Anders dan leden van de raad van bestuur en raad van commissarissen heeft de state
agent geen fiduciaire plicht om in het belang van de vennootschap te handelen. De
state agent kan zich daardoor, namens de Nederlandse staat, volledig richten op het
houden van toezicht op de gemaakte afspraken. De state agent maakt dan ook geen deel
uit van de raad van bestuur of de raad van commissarissen. Indien nodig kan de state
agent escaleren naar Air France-KLM en het Ministerie van Financiën om tot een voor
alle partijen acceptabele oplossing te komen.
Stand van zaken financiering KLM
De Nederlandse staat heeft een directe lening verstrekt aan KLM ter hoogte van maximaal
EUR 1 mld. Daarnaast heeft KLM de beschikking over een werkkapitaal-faciliteit (Revolving
Credit Facility of RCF) van maximaal EUR 2,4 mld. Deze kredietfaciliteit is beschikbaar
gesteld door elf banken. De staat heeft een garantie afgegeven ter hoogte van 90%
van de hoofdsom van de RCF. KLM betaalt een rente aan de banken en een premie voor
de garantie aan de Nederlandse staat. Tijdens het overleg met uw Kamer op 1 juli 2020
heeft de heer Van Raan (Partij voor de Dieren) gevraagd naar de rente die KLM betaalt
aan de banken. KLM betaalt een rente die gelijk is aan Euribor (met een «vloer» van
0%) plus een marge van 1,35% over het getrokken bedrag.
De eerste trekking onder de directe lening heeft plaatsgevonden op 26 augustus jl.
Op die dag is EUR 277 mln. overgemaakt door de staat. Op diezelfde dag heeft ook de
eerste trekking onder de doorlopende kredietfaciliteit plaatsgevonden ter hoogte van
EUR 665 mln. Zoals aangegeven in de brief van 26 juni jl. stelt de staat een tweede
tranche pas beschikbaar als het herstructureringsplan naar tevredenheid van de staat
is opgesteld. Als externe adviseur voor dit traject is PA Consulting aangesteld. Ik
zal u in oktober informeren over mijn bevindingen.
Toekomstscenario’s
Verder heb ik tijdens het debat op 1 juli toegezegd terug te komen op de voortgang
van de uitvoering van de motie van de leden Tony van Dijck en Graus (Kamerstuk 35 470, nr. 21). Ik heb tijdens het debat voorgesteld om het vertrouwelijk met u te hebben over
alle toekomstscenario’s voor de onderneming. Ik stel voor een dergelijk gesprek met
u te voeren waarbij ook deze motie aan de orde kan komen. Mocht uw Kamer het hiermee
eens zijn, dan zal ik contact opnemen met de voorzitter van de vaste commissie voor
Financiën over de timing hiervan.
De Minister van Financiën,
W.B. Hoekstra