nr. 11
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 september 2007
Met deze brief doe ik u een wijziging van de Subsidieregeling publieke
gezondheid toekomen.1 De wijziging betreft een
nieuwe regeling met betrekking tot aanvullende2
eerstelijns seksualiteitshulpverlening voor jongeren. De wijziging geeft invulling
aan het voornemen de medische en seksuologische hulpverlening (MH/SH) te herzien,
zoals door mijn voorganger aangekondigd in de beleidsbrief Seksuele Gezondheid
van 30 november 2006 (kamerstuk 29 220, nr. 9).
Vanaf 1 januari 2008 is € 3,5 miljoen per jaar beschikbaar
voor laagdrempelige eerstelijns seksualiteitshulpverlening voor jongeren.
Het doel van deze hulpverlening is het voorkomen van (latere) problemen op
het gebied van seksualiteit, zoals seksueel overdraagbare aandoeningen (soa),
ongewenste zwangerschap en seksueel geweld.
Voor de bestaande laagdrempelige en aanvullende voorzieningen op het gebied
van seksualiteit bestond tot nu toe een beperkte financieringsregeling (€ 0,7
miljoen). Deze financieringsregeling, ten behoeve van zeven (abortus)klinieken,
stopt per 1 januari 2008. Mensen konden bij deze klinieken terecht voor
complexe en minder complexe problemen op het gebied van seksualiteit. De nieuwe
regeling richt zich op informatie en advies over seksualiteit voor jongeren
tot en met 24 jaar, als aanvulling op de reguliere curatieve gezondheidszorg
door de huisarts en specialist. Ik heb er voor gekozen om voor jongeren een
aanvullende begrotingssubsidie in stand te houden, omdat jongeren het meeste
risico lopen op bovengenoemde problemen met betrekking tot seksualiteit en
hiervoor vaak anoniem of niet bij de eigen huisarts geholpen willen worden.
Tevens kunnen problemen op latere leeftijd worden voorkomen.
De nieuwe regeling zal worden uitgevoerd door acht coördinerende
GGD’en. Deze GGD’en verzorgen vanaf 1 januari een aanbod
van seksualiteitshulpverlening voor jongeren in hun regio. Op deze manier
ontstaat een landelijk dekkend netwerk van voorzieningen. In samenwerking met andere GGD’en en samenwerkingpartners realiseert de
coördinerende GGD een optimaal aanbod van seksualiteitshulpverlening
in hun regio. Door de uitvoering bij de GGD neer te leggen wordt preventie
en hulpverlening dichter bij elkaar gebracht. Tevens kunnen voorzieningen
met betrekking tot de aanvullende curatieve soa-bestrijding, die reeds georganiseerd
worden door de acht GGD’en, gekoppeld worden aan de nieuwe algemene
consulten seksualiteitshulpverlening voor jongeren. In elke regio is er minimaaléén
laagdrempelige voorziening waar jongeren kosteloos en anoniem terecht kunnen
met vragen of problemen op het gebied van seksualiteit. De hulpverlening hoeft
niet uitsluitend te worden geboden door de GGD, ook andere partners kunnen
dit leveren. Iedere regio krijgt een vast subsidiebedrag, aangevuld met een
subsidie per uitgevoerd consult (tot een maximum per regio, gebaseerd op het
inwonersaantal).
Ik heb deze regeling opgesteld in nauw overleg met het veld. GGD Nederland
ondersteunt de acht GGD’en met de uitvoering van de nieuwe regeling
in de praktijk. De regio’s zijn op dit moment bezig met de voorbereidingen,
zodat zij per 1 januari kunnen voldoen aan de geldende kwaliteitseisen
en richtlijnen.
De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. Bussemaker