29 210
Wijziging van enkele belastingwetten c.a. (Belastingplan 2004)

nr. 74
AMENDEMENT VAN DE LEDEN ROUVOET EN GISKES TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 641

Ontvangen 12 november 2003

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In Artikel I komt het in onderdeel N opgenomen artikel 3 119a, zesde lid, als volgt te luiden:

6. Onverminderd het vijfde lid vervalt van de eigenwoningreserve jaarlijks een bedrag ter grootte van een percentage van het daarin opgenomen vervreemdingssaldo eigen woning.

Ingeval sedert de toevoeging van het vervreemdingssaldo een periode is verstreken van:Bedraagt het in de eerste volzin bedoelde percentage:
1 jaar3%
2 jaar5%
3 jaar9%
4 jaar12%
5 jaar12%
6 jaar12%
7 jaar12%
8 jaar12%
9 jaar11%
10 jaar11%

Toelichting

In de voorgestelde bijleenregeling blijft de eigenwoningreserve na verkoop van een woning 10 jaar lang van invloed op de bepaling van de maximaal fiscaal gefacilieerde eigenwoningschuld bij aankoop van een nieuwe woning. Dit is zo geregeld om ontwijkingsconstructies te voorkomen, zoals het tijdelijk huren of wonen in het buitenland. De consequentie van deze bepaling is dat de belastingplichtige 10 jaar lang geen vrije beschikking heeft over de opbrengst van zijn oude woning, aangezien hij deze bij aankoop van een nieuwe woning hoogstwaarschijnlijk moet inbrengen om deze te kunnen financieren.

Dit amendement bewerkstelligt dat jaarlijks de eigenwoningreserve afneemt met een gedeelte van het vervreemdingssaldo eigen woning volgens de in dit artikel opgenomen tabel. In de eerste twee jaar gaat de afbouw langzaam, zodat tijdelijke ontwijkingsconstructies blijven ontmoedigd. Door de afbouw behoudt de belastingplichtige echter de vrijheid om de opbrengst van de verkoop van zijn woning aan te wenden voor andere doeleinden.

Rouvoet

Giskes


XNoot
1

Vervanging in verband met een wijziging in de ondertekening.

Naar boven