29 210
Wijziging van enkele belastingwetten c.a. (Belastingplan 2004)

nr. 73
VIJFDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 12 november 2003

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

I

Artikel IX, onderdeel F, wordt als volgt gewijzigd:

In het eerste lid wordt «€ 120 000» vervangen door: € 110 000.

II

In Artikel XI, onderdeel Bc, wordt aan artikel 10d, vijfde lid, een volzin toegevoegd: Ingeval tot het vermogen van de belastingplichtige behoren dan wel daarvan deel uitmaken vermogensbestanddelen van een samenwerkingsverband respectievelijk van een dochtermaatschappij in de zin van artikel 15, worden voor de toepassing van de tweede volzin het vreemd vermogen en eigen vermogen bepaald aan de hand van een geconsolideerde balans waarop de vermogensbestanddelen van dat samenwerkingsverband of die dochtermaatschappij afzonderlijk zijn verantwoord.

Toelichting

In deze nota van wijzigingen zijn twee onderwerpen opgenomen. Het eerste onderwerp betreft de WBSO (afdrachtvermindering). Het tweede onderwerp betreft de maatregel inzake de thin capitalisation.

De leden van de fracties Pvda en D66 hebben bij de voorgestelde maatregelen inzake de WBSO vragen gesteld over klassieke plantenveredeling. In de nota naar aanleiding van het verslag is hierover gemeld dat het schrappen van de klassieke veredeling één van de maatregelen is die is genomen om de (de definitie van de) WBSO aan te scherpen. Naar aanleiding van de motie van de leden Koopmans c.s. (29 200 XIV, nr. 24) om de klassieke veredeling weer op te nemen onder de werking van de WBSO, is besloten hieraan gehoor te geven. Om dit proces budgettair neutraal te laten verlopen, is de lengte van de eerste schijf verkort tot € 110 000.

In deze nota van wijziging is een verduidelijking van het wetsvoorstel opgenomen met betrekking tot de maatregel inzake thin capitalisation. Hiermee wordt de goede werking van deze maatregel verzekerd in gevallen waarin het fiscale vermogen van de belastingplichtige bestaat uit vermogensbestanddelen van verschillende entiteiten. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om een fiscale eenheid Vpb of om een B.V. die participeert in een fiscaal transparante vennootschap zoals een v.o.f. of een besloten C.V. Voor een juiste werking van de concerntoets is het van belang dat de gevoegde dochters en transparante participaties niet als deelneming op de geconsolideerde commerciële balans van de belastingplichtige verschijnen, maar dat hun vermogensbestanddelen afzonderlijk op die balans zijn verantwoord. Indien een dergelijke balans niet beschikbaar is, wordt deze afgeleid uit voorhanden jaarrekeningen als bedoeld in de tweede volzin.

De Staatssecretaris van Financiën,

J. G. Wijn

Naar boven