29 200 XI
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 2004

nr. 125
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2004

Conform eerdere toezeggingen van Staatssecretaris Van Geel en mij doe ik u het RIVM-rapport Sustainable National Income: A Trend Analysis for the Netherlands for 1990–2000 toekomen1. Het rapport bevat berekeningen van het Duurzaam Nationaal Inkomen (DNI) volgens Hueting voor het jaar 2000 en een trendanalyse voor 1990–2000. Al eerder hebben mijn ambtsvoorgangers u geïnformeerd over DNI-berekeningen voor 1990 (in 2001) en voor 1995 (in 2002). De belangrijkste uitkomst is dat het verschil tussen het DNI en het standaard Nationale Inkomen (NI) kleiner is geworden, het DNI is gedurende de geanalyseerde periode sneller gegroeid dan het NI, er is dus sprake van ontkoppeling.

Naar aanleiding van de wens van de Kamer om er voor te zorgen dat DNI-berekeningen gecontinueerd worden (laatst verwoord in de op verzoek van Staatssecretaris Van Geel aangehouden motie van Duyvendak c.s. (29 200 XI nr. 50) van 13 november 2003 naar aanleiding van de behandeling van de begroting van het Ministerie van VROM voor 2004) kan ik u het volgende meedelen. Het model om het DNI te kunnen berekenen is ontwikkeld en nu voor 1990, 1995 en 2000 toegepast. Samen met mijn collega Van Geel ben ik van mening dat hiermee de tijd gekomen is om het DNI wat verder van de Ministeries te plaatsen.

Anticiperend daarop hebben de Ministeries van EZ en VROM geen middelen begroot voor toekomstige DNI-berekeningen. Om de toekomst van het DNI toch te waarborgen heeft collega Van Geel met het RIVM afgesproken dat het RIVM in de toekomst de verantwoordelijkheid voor DNI-berekeningen op zich neemt en dat zij het DNI periodiek (eens per vijf jaar zoals dat ook nu gebeurt) zal gaan berekenen. Deze afspraak zal nog formeel geregeld worden. Net zoals bij eerdere berekeningen zal het CBS de benodigde data leveren en zal het Instituut voor Milieu Vraagstukken (IVM, Universiteit van Amsterdam) betrokken worden om de modelberekeningen uit te voeren. Het Ministerie van VROM zal aan het RIVM voldoende financiële middelen beschikbaar stellen om het CBS en het IVM te kunnen betalen. Het RIVM zal het DNI publiceren in reguliere RIVM-publicaties zoals de Milieu Balans of de Duurzaamheidsverkenning. Conform de wens van de Kamer kan dat in samenhang met onderzoek naar en publicatie van andere duurzaamheidsindicatoren.

Als laatste, ik heb met Staatsecretaris Van Geel afgesproken dat hij het DNI-dossier overneemt en dat eventuele vragen over het DNI in het vervolg aan hem gericht kunnen worden.

Mede namens de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

De Minister van Economische Zaken,

L. J. Brinkhorst


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven