nr. 106
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 juni 2004
Bij de begrotingsbehandeling van Defensie voor het jaar 2004 heb ik de
Tweede Kamer toegezegd haar te informeren over de reorganisatie van de militaire
muziekkorpsen van de krijgsmacht. Met deze brief doe ik die toezegging gestand.
Tevens worden de vragen van het lid Van Baalen over de Koninklijke Militaire
Kapel (Aanhangsel der Handelingen II, vergaderjaar 2003–2004, nr. 1816)
beantwoord.
De vaststelling van de kerntaak van de militaire muziek en de capaciteit
die daarvoor benodigd is, vormen de basis van het reorganisatiebesluit. De
kerntaak is het verzorgen van militaire muziek bij ceremonies in de krijgsmacht
en bij staatsaangelegenheden. Hiermee volgt Nederland de internationale gebruiken.
Defensie hanteert het uitgangspunt dat zij deze kerntaak kwalitatief en kwantitatief
invulling moet blijven geven. Deze taak is bepalend voor de benodigde capaciteit.
Voorts vervult de militaire muziek een functie bij het onderhouden van
de banden met de samenleving en bij promotieactiviteiten. Taptoes, (relatie)concerten,
open dagen en wervingsactiviteiten zijn hiervan bekende voorbeelden. De militaire
orkesten vervullen al vanaf de 19e eeuw een belangrijke functie in het Nederlandse
culturele leven. Hierbij zijn tradities gegroeid die deel uitmaken van de
krijgsmachtdelen. Defensie hecht aan genoemde activiteiten en hanteert het
uitgangspunt dat deze kunnen worden vervuld met de zogenaamde restcapaciteit
van de militaire muziek. Voor deze activiteiten wordt geen extra capaciteit
aangehouden.
Gelet op het aantal optredens per jaar bij ceremonies en staatsaangelegenheden
alsmede het aantal benodigde orkesten bij grote staatsaangelegenheden, is
een minimale capaciteit van vier volwaardige formaties vereist, die bij piekbelasting
kan worden uitgebreid. Daarnaast is het belangrijk dat de militaire orkesten
uitdrukking geven aan het imago en de tradities van de krijgsmachtdelen. Hieruit
volgt de behoefte aan een militair orkest voor ieder krijgsmachtdeel.
De genoemde uitgangspunten en de behoeftestelling hebben geleid tot een
nieuwe inrichting van de militaire muziek. De Koninklijke marine, Koninklijke
landmacht en de Koninklijke luchtmacht zullen in de nieuwe situatie ieder
beschikken over een muziekkapel die bestaat uit een harmonieorkest, versterkt
met een kleiner verband. De Koninklijke landmacht krijgt vanwege haar omvang
een extra formatie. De Koninklijke marine behoudt aldus de Marinierskapel
met Tamboers & Pijpers, de Koninklijke luchtmacht de Luchtmachtkapel met
de Drumfanfare en de Koninklijke marechaussee haar Trompetterkorps op deeltijdbasis.
De uiteindelijke sterkte in de militaire muziek bedraagt na de reorganisatie
309 voltijdse functies. Dit betekent een reductie met 92 functies, die voor
een groot deel voor rekening komt van de Koninklijke landmacht, terwijl ook
de Koninklijke marine en de Koninklijke luchtmacht een aantal functies inleveren.
Het is niet rechtvaardig een specifiek orkest van de Koninklijke landmacht
uit te zonderen van de reductiemaatregel. Daarom is, na advies van de Stuurgroep
Heroriëntatie Militaire Muziek Koninklijke Landmacht, besloten –
ondanks de lange traditie van sommige orkesten – de huidige vier orkesten
van de Koninklijke landmacht op te heffen en drie nieuwe formaties op te richten.
Om de unieke artistieke tradities van de militaire muziek binnen de Koninklijke
landmacht te kunnen handhaven is besloten een nieuwe formatie van een harmonieorkest
(58 functies) met drumfanfare (22 functies) en een fanfareorkest (46 functies)
op te richten. Er is geen personele ruimte om een tweede representatief harmonieorkest
te formeren. De Traditiecommissie van de Koninklijke landmacht is de aangewezen
instantie om te adviseren hoe de tradities van de op te heffen eenheden kunnen
worden voortgezet in de nieuwe formaties.
Vele belanghebbende partijen hebben ons deelgenoot gemaakt van hun zienswijze
ten aanzien van de militaire muziek, maar geen van de betrokken regionale
overheden heeft een financiële bijdrage toegezegd. Met name het behoud
van arbeidsplaatsen in de noordelijke regio heeft zwaar gewogen bij het besluit
om de locatie Assen als standplaats van militaire muziek te handhaven. De
door de Commandant Koninklijke Militaire Kapel, tevens lid van de Stuurgroep
Heroriëntatie Militaire Muziek Koninklijke landmacht, aangedragen alternatieven
zijn eveneens bij de afwegingen betrokken.
Met de nieuwe organisatie zal de krijgsmacht haar verplichtingen bij militaire
ceremonies en staatsaangelegenheden, als voorheen, volledig gestand kunnen
doen. Immers, bij de reorganisatie heeft de uitvoering van die kerntaak voorop
gestaan.
De reducties in de militaire muziek waartoe is besloten moeten uiterlijk
1 januari 2005 zijn uitgevoerd. De reorganisatie van de militaire muziek
zal in 2008 worden geëvalueerd.
De Staatssecretaris van Defensie,
C. van der Knaap