29 048
Voorstel van wet van de leden Ten Hoopen en Samsom tot het stellen van regels omtrent de levering van warmte aan verbruikers (Warmtewet)

nr. 41
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID JANSEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 35

Ontvangen 1 juli 2008

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel 1 wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

f. ontwikkelaar: een persoon die een bouwproject ontwikkelt in een gebied waar de gebouwverwarming door middel van een warmtenet verzorgd wordt of zal worden.

II

Artikel 3b, eerste lid, komt te luiden:

1. Indien door een vergunninghouder bij een verbruiker of ontwikkelaar een aansluitbijdrage in rekening wordt gebracht, bedraagt deze bijdrage maximaal hetgeen een gasverbruiker zou bijdragen in de situatie waarbij sprake is van aansluiting op een gasnet, te berekenen over een periode van 30 jaar.

III

Artikel 16a, eerste lid, komt te luiden:

1. Een verbruiker of ontwikkelaar die een geschil heeft met een leverancier over de wijze waarop deze zijn taken en bevoegdheden op grond van deze wet uitoefent, dan wel aan zijn verplichtingen op grond van deze wet voldoet, kan een klacht indienen bij de raad van bestuur van de mededingingsautoriteit.

Toelichting

Het wetsvoorstel regelt de bescherming van de verbruiker tegen het in rekening brengen van een te hoge aansluitbijdrage door de vergunninghouder. In de gebruikelijke bouwpraktijk zullen de onderhandelingen over de hoogte van de aansluitbijdrage niet met de verbruikers, maar met de ontwikkelaars (projectontwikkelaars, woningcorporaties) gevoerd worden. Daarbij is er niet altijd sprake van een vrije onderhandelingssituatie. Indien een bouwproject ontwikkeld wordt in een gebied waar al een warmtenet aanwezig is kan er zelfs sprake zijn van een verplichte aansluiting op dit net. Het is daarom wenselijk dat de wettelijke bescherming tegen een te hoge aansluitbijdrage wordt uitgebreid tot de ontwikkelaars en dat ook de geschillenregeling voor hen wordt opengesteld.

Jansen