29 048
Voorstel van wet van de leden Ten Hoopen en Samsom tot het stellen van regels omtrent de levering van warmte aan verbruikers (Warmtewet)

nr. 29
AMENDEMENT VAN HET LID ZIJLSTRA

Ontvangen 24 juni 2008

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel 19a vervalt punt vier.

Toelichting

Op grond van het wetsvoorstel worden de regels uit het BW over een overeenkomst voor het goederenvervoer van toepassing op het vervoer van elektriciteit, warmte en koude. De indieners van het wetsvoorstel hebben niet duidelijk gemaakt waarom dit wordt voorgesteld.

Het transport van elektriciteit (en warmte en koude) onderscheidt zich volledig van het goederenvervoer, niet alleen fysiek, maar ook contractueel. Fysiek omdat elektriciteit (net als warmte en koude) niet opgeslagen kan worden, door leidingen vervoerd wordt en de producten van verschillende producenten zich met elkaar vermengen. Contractueel omdat bijvoorbeeld een elektriciteitsnetbeheerder met alle aangeslotenen op zijn net een aansluit- en transportovereenkomst sluit en elektriciteitsproducenten met leveranciers, handelaren en alleen grote eindverbruikers «levering» contracteren en niet «transport».

Overeenkomstig de regels voor een overeenkomst voor het goederenvervoer, gaat de vervoerder evenwel (alleen) een overeenkomst aan met de afzender van de goederen en moet de vervoerder de goederen voor de afzender ter bestemming afleveren en wel in de staat waarin hij deze heeft ontvangen.

Een en ander valt niet met elkaar te rijmen.

Daarom stelt het amendement voor artikel 19a, lid 4 te laten vervallen. Indien voor het transport van elektriciteit, warmte en koude meer geregeld moet worden dan al het geval is, dient dit te gebeuren door middel van specifieke bepalingen in de daarvoor geldende specifieke wetten.

Zijlstra

Naar boven