29 031
Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van richtlijn nr. 2001/55/EG van de Raad van 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequentie van de opvang van deze personen (PbEG L 212)

A
NADER RAPPORT

Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 2 september 2003, aangeboden aan de Koningin door de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 15 maart 2003, nr. 03.001208, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 11 juni 2003, nr. W03.03.0095/I, bied ik U hierbij aan.

Het voorstel geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen.

Anders dan de Raad, meen ik dat het opschrift in overeenstemming is met aanwijzing 106 van de Aanwijzingen voor de regelgeving, nu de woorden «Wet van... tot» in het opschrift pas bij bekendmaking van de wet in het Staatsblad worden toegevoegd. De eerste redactionele kanttekening is dan ook niet overgenomen. De vierde en door de Raad terecht in overweging gegeven redactionele kanttekening met betrekking tot het afstemmingsartikel II heeft geen betekenis meer, nu dat artikel verwijst naar een voorstel dat nog niet is ingediend en dat artikel om wetstechnische redenen is geschrapt. Artikel III is om die reden hernummerd tot artikel II.

De overige redactionele kanttekeningen zijn overgenomen.

Ik moge u verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,

M. C. F. Verdonk

Naar boven