29 023 Voorzienings- en leveringszekerheid energie

Nr. 244 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 maart 2019

Op 7 maart jl. is in het ordedebat door het lid Van Brenk (50PLUS) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een reactie gevraagd op het bericht in de Telegraaf van 7 maart jl. onder de titel «Energierekening treft senioren extra hard» (Handelingen II 2018/19, nr. 60, Regeling van Werkzaamheden).

In deze brief ga ik in op het verzoek.

De energierekening van huishoudens is gestegen. Op 11 december 2018 publiceerde het Planbureau voor de Leefomgeving het rapport «Meten met Twee Maten» over de betaalbaarheid van de energierekening in samenhang met de woonlasten. Dit rapport heb ik aan uw Kamer aangeboden (Kamerstuk 29 023, nr. 241). Uit het rapport blijkt, zoals ook het artikel van de Telegraaf aangeeft, dat veel gepensioneerden een relatief hoog aandeel van hun inkomen aan energie uitgeven (energiequote). Tegelijkertijd geeft het rapport aan dat veel senioren relatief lage woonlasten hebben.

Het kabinet staat voor een evenwichtige lastenverdeling van de transitie en wil dat die voor iedereen haalbaar en betaalbaar is. Daarom heeft het kabinet maatregelen aangekondigd om de belasting op de energierekening voor huishoudens per 2020 aanzienlijk te verlagen. Hiertoe wordt de bijdrage die huishoudens aan de aan de Opslag Duurzame Energie (ODE) betalen, verlaagd naar een 1/3 deel van het totaal. Bedrijven gaan juist meer meebetalen, zodat we toch voldoende middelen ophalen om de transitie te financieren. De lastenverdeling van de ODE tussen huishoudens en bedrijven zal vanaf 2020 verschuiven van 50/50 naar een orde grootte van 1/3 bijdrage door huishoudens en 2/3 door bedrijven. Ook ouderen die moeite hebben met het betalen van hun rekeningen profiteren van de verlaging van de ODE-lasten voor huishoudens.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Naar boven