nr. 9
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID HEEMSKERK TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 7
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel X, wordt artikel 18, eerste lid, wordt als volgt
gewijzigd:
Na onderdeel f wordt een nieuw onderdeel g toegevoegd, luidende:
g. beleggingsinstellingen die zich hebben gemeld als beleggingsmaatschappijen
met veranderlijk kapitaal.
II
Aan artikel III worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:
D. Artikel 76a, lid 1, wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel c komt te luiden:
c. waarvoor aan een beheerder een vergunning is verleend als bedoeld in
artikel 5 van de Wet toezicht beleggingsinstellingen voor plaatsing van haar
aandelen, en
E. Artikel 76a, lid 2, eerste volzin zin, komt te luiden: De vennootschap
doet aan het handelsregister en aan de rechtspersoon waaraan ingevolge artikel
29 van de Wet toezicht beleggingsinstellingen taken en bevoegdheden zijn overgedragen
opgave dat zij een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal is.
Toelichting
De BMVK-regeling vloeit voort uit de tweede richtlijn vennootschapsrecht
(richtlijn nr. 77/91/EEG, PbEG L26). Deze richtlijn bevat voorschriften
voor alle naamloze vennootschappen om de belangen te beschermen van zowel
de deelnemers in deze vennootschappen als die van derden (crediteuren). De
richtlijn geeft lidstaten de mogelijkheid om de richtlijn niet
toe te passen op een bijzondere categorie naamloze vennootschappen, namelijk
beleggingsmaatschappijen met veranderlijk kapitaal (BMVK). Nederland heeft
met betrekking tot een aantal onderwerpen (uitgifte, verwerving en vervreemding
van eigen aandelen) uitzonderingsbepalingen voor BMVK in het Burgerlijk Wetboek
(BW) opgenomen. Om gebruik te mogen maken van de uitzonderingsbepalingen moeten
BMVK wel voldoen aan de vereisten zoals deze zijn gesteld in artikel 1 lid
2 van de richtlijn. Deze vereisten zijn in het BW uitgewerkt in artikel 76a
van Boek 2. De richtlijn eist onder meer dat BMVK 'beroep moeten doen op het
publiek voor de plaatsing van eigen aandelen'. Dit is uitgevoerd in het huidige
artikel 76a lid 1, onderdeel c. De wetgever heeft bepaald dat de aandelen
van de vennootschap, met uitzondering van de aandelen waaraan de statuten
een bijzonder voorschrift inzake de zeggenschap in de vennootschap verbinden,
worden opgenomen in de prijscourant van een beurs. Deze invulling van de richtlijn
levert thans onnodige belemmeringen op. De verplichte beursnotering veroorzaakt
aanzienlijke (administratieve) lasten voor (beheerders van) BMVK. In sommige
gevallen zijn die lasten zo hoog dat beheerders feitelijk niet de keuze hebben
voor de rechtsvorm van BMVK. In andere lidstaten bestaat geen eis tot verplichte
beursnotering voor BMVK. Het is wenselijk de Nederlandse regelgeving ten aanzien
van BMVK, in overeenstemming met de genoemde richtlijn, op één
lijn te brengen met die in andere lidstaten. Dit amendement beoogt daarom
de verplichting tot een beursnotering voor BMVK te schrappen en te vervangen
door een nieuwe definitie, welke eveneens beantwoord aan de vereisten die
de tweede richtlijn vennootschapsrecht stelt aan BMVK. Hiertoe dient artikel
76a van Boek 2 BW te worden gewijzigd. Het amendement wijzigt onderdeel c,
zodat de verplichte beursnotering vervalt. Deze verplichting wordt vervangen
door de eis dat aan BMVK die zelf beheerder zijn in de zin van de Wtb –
of, indien zij worden beheerd door een afzonderlijke beheerder, aan deze beheerder –
een vergunning is verleend op grond van artikel 5 Wtb. Op grond van artikel
4 Wtb is het verboden om zonder vergunning gelden of andere goederen ter deelneming
in een beleggingsinstelling te vragen of te verkrijgen, dan wel rechten van
deelneming in een dergelijke beleggingsinstelling aan te bieden. Van de vergunningplicht
worden krachtens een ministeriële regeling vrijstellingen verleend aan
beleggingsinstellingen die binnen een besloten kring gelden of andere goederen
vragen, verkrijgen of aanbieden. Door aan te sluiten bij de vergunningplicht
op grond van de Wtb is gewaarborgd dat BMVK een beroep doen op het publiek
voor de plaatsing van hun eigen aandelen. Daarbij wordt bepaald dat de vergunning
wordt verleend ten behoeve van het vragen, verkrijgen of aanbieden van gelden
of andere goederen als bedoeld in artikel 4 van de Wtb. Aangezien de richtlijn
specifiek bepaalt dat BMVK gelden of anderegoederen aantrekken door plaatsing
van eigen aandelen, is in onderdeel c bovendien het vereiste opgenomen dat
sprake dient te zijn van plaatsing van eigen aandelen door de vennootschap.
In artikel 2:76a, lid 2 BW wordt een verplichting voor de vennootschap opgenomen
om niet alleen aan het handelsregister maar ook aan de Autoriteit Financiële
Markten op te geven dat zij de status van BMVK heeft. Vervolgens worden BMVK
die zijn opgegeven opgenomen in het register van artikel 18 Wtb. Hierdoor
is het voor zowel aandeelhouders als crediteuren kenbaar dat bepaalde beleggingsmaatschappijen
ook BMVK zijn.
Heemskerk