28 982
Liberalisering energiemarkten

nr. 89
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 december 2009

Op 4 november jl. heb ik van de raad van bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: de raad) zijn oordeel over het splitsingsplan van Eneco Holding N.V. (hierna: Eneco) ontvangen. Vandaag heb ik mijn beoordeling van het splitsingsplan afgerond en Eneco mijn aanwijzing op het splitsingsplan toegezonden. Tegen dit besluit is gedurende zes weken nog bezwaar mogelijk. Met deze brief voldoe ik aan mijn toezegging u op de hoogte te brengen van mijn oordeel en hoe ik daartoe ben gekomen. Ik wijs erop dat ik in deze brief geen bedrijfsvertrouwelijke gegevens kan opnemen.

Bij de beoordeling van het splitsingsplan heb ik mij laten adviseren door het financieel adviesbureau Orchard Finance Consultancy. Daarnaast heeft de onafhankelijke klankbordgroep implementatie splitsing energiebedrijven het proces gevolgd en geen aanleiding gevonden om ten aanzien van de zorgvuldigheid van het gevolgde proces opmerkingen te maken.

Omtrent de toedeling van vermogensbestanddelen, en dan met name de financiële positie van de netbeheerder na splitsing, had ik serieuze zorgen. In de afgelopen zes weken heb ik over deze zorgen uitvoerig gesproken met Eneco en haar aandeelhouderscommissie. In dit verband is door bedrijf en aandeelhouders een aantal toezeggingen gedaan. Om te waarborgen dat de gedane toezeggingen gestand gedaan worden, heb ik deze betrokken in mijn aanwijzing op het splitsingsplan. Daarenboven heb ik een aantal aanvullende eisen gesteld aan Eneco. Samengevat komt mijn aanwijzing, inclusief de gedane toezeggingen, neer op:

• Het eigen vermogen van het netwerkbedrijf (hierna: NWB) wordt voorafgaand aan splitsing met een aanzienlijk bedrag verhoogd. Daarmee beschikt de netbeheerder over een solvabiliteit die ruimschoots uitgaat boven de minimumeis in het Besluit financieel beheer netbeheerder (hierna: het Besluit) van 40% eigen vermogen.

• De aandeelhouders zullen een aanvullend garantievermogen aan het NWB verschaffen. Deze garantie dient ter afdekking van CBL-risico’s en kan tevens worden ingeroepen indien de netbeheerder niet in staat is te voldoen aan de in het Besluit genoemde ratio’s.

• De aandeelhouders hebben zich met het splitsingsplan gecommitteerd aan een restrictief dividendbeleid. Om de vermogenspositie van de netbeheerder te versterken, wordt over de jaren 2011 tot en met 2013 voor ten minste 50% van de winst ingehouden.

• De aandeelhouders maken met de leiding van het NWB sluitende afspraken, zodat de financiële positie van het NWB ook de komende jaren toereikend blijft. De overheidsaandeelhouders zullen hun vennootschappelijke zeggenschapsmogelijkheden in het NWB maximaal invullen door middel van actief aandeelhouderschap. Er zal worden aangestuurd op verdere efficiëntieverbetering van de netbeheerder.

Op basis van de verstrekte informatie en de door Eneco en haar aandeelhouders gedane toezeggingen heb ik vastgesteld dat het splitsingsplan van Eneco voldoet aan de wettelijke eisen met inachtneming van mijn aanwijzing. De gekozen verdeling van vermogensbestanddelen, met inachtneming van mijn aanwijzing op het splitsingsplan, zorgt ervoor dat er na splitsing twee gezonde bedrijven ontstaan. Dat betekent een gezond NWB dat in staat is de vereiste investeringen te plegen in onderhoud, vervanging en uitbreiding van zijn netwerk; en een gezond PLB dat in staat is om relevante investeringen te plegen in (duurzame) productiecapaciteit. De gekozen verdeling draagt voorts bij aan een beheerste tariefontwikkeling. Tot slot constateer ik dat de schuldenpositie van de netbeheerder, in lijn met de motie Samsom c.s. inzake het tegengaan van overbelening van de netbeheerder (kamerstukken II 2007/08, 30 212, nr. 72), niet oneigenlijk is verhoogd ter versterking van de financiële positie van het PLB.

Met mijn aanwijzing is de beoordeling van het splitsingsplan van Eneco afgerond. De netbeheerder beschikt na splitsing over voldoende financiële middelen om zijn wettelijke taken uit te voeren. Daarnaast heb ik, overeenkomstig mijn toezegging in mijn kamerbrief in reactie op de motie-Hessels (kamerstukken II 2008/09, 31 510, nr. 30), aanvullende afspraken gemaakt over zekerheidsstelling door de aandeelhouders en het te voeren dividendbeleid.

Ik heb dit jaar de splitsingsplannen beoordeeld van vier nog geïntegreerde en acht reeds gesplitste ondernemingen. Met mijn aanwijzing op het splitsingsplan van Eneco kom ik aan het einde van een periode van beoordeling van splitsingsplannen. Nuon en Essent zijn dit jaar gesplitst. Als ook Delta en Eneco gesplitst zijn, hetgeen op uiterlijk 31 december 2010 dient te gebeuren, zal de onafhankelijkheid van het netbeheer ten opzichte van productie, levering en handel in energie structureel geborgd zijn.

De minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven

Naar boven