28 973 Toekomst van de intensieve veehouderij

Nr. 143 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2014

Hierbij zend ik u de vijfde voortgangsrapportage van het samenwerkingsverband van de Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij (UDV)1. Met deze brief geef ik een korte toelichting op de resultaten.

Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij (UDV)

De UDV is een samenwerkingsverband van bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en overheden gericht op de verduurzaming van de veehouderij. De UDV heeft als ambitie om samen te werken «een in alle opzichten toonaangevende veehouderij in 2023.» Daaronder wordt verstaan «een veehouderij die met behoud van concurrentiekracht produceert met respect voor mens, dier, milieu en omgeving, inclusief de effecten van de Nederlandse veehouderij elders in de wereld.»

Deelnemers aan dit samenwerkingsverband zijn: de Centrale Organisatie voor de Vleessector (COV), de Dierenbescherming (DB), de Groene Kennis Coöperatie (GKC), het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO), het Ministerie van Economische Zaken (EZ), de stichting Natuur & Milieu (N&M), de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO), de Nederlandse Vereniging Diervoederindustrie (Nevedi) en de Rabobank Nederland.

Resultaten

De afgelopen periode zijn diverse stappen gezet richting verdere verduurzaming. De UDV constateert dat de verschillende ketens daarbij steeds meer zelf de regie nemen. De ketens werken actief aan het verhogen van het duurzaamheidsniveau in de markt en het vertalen hiervan in criteria voor het primaire bedrijf. Een voorbeeld hiervan is het Recept Duurzaam Varkensvlees.

De voortgangsrapportage gaat in op de stappen die gezet zijn om de plusstallen te realiseren. De UDV heeft als ambitie uitgesproken dat vanaf 2015 alle nieuwe stallen, waarvoor veehouders een vergunning aanvragen, minimaal voldoen aan het niveau van de zogenaamde Plusstal. Plusstallen scoren op de belangrijkste duurzaamheidaspecten (dierenwelzijn, milieu, energie, ammoniak) hoger dan het wettelijke niveau. De partijen van de UDV hebben uitgewerkt hoe ze dit willen stimuleren, bijvoorbeeld door te bevorderen dat ondernemers bij nieuwbouwplannen een eigen duurzaamheidsplan uitwerken. Dit duurzaamheidsplan beschrijft hoe de nieuwbouwplannen passen binnen het toekomstbeeld dat ondernemers hebben voor de verduurzaming van hun eigen bedrijf. Ook komen plusstallen vanaf 2015 in aanmerking voor garantstelling vanuit de overheid bij de financiering. Ik heb Stichting Milieukeur (SMK) gevraagd hiervoor een certificeringssysteem te ontwikkelen. In aanvulling op dit stimuleringspakket werken de UDV partijen aan een stalbouwwijzer met adviezen over stalsystemen die goed en minder goed passen bij een toekomstgerichte veehouderij.

De voortgangsrapportage beschrijft ook de voortgang van de diverse versnellingsprojecten die door het samenwerkingsverband zijn ingezet. Ook dit jaar zijn in het kader van de Subsidieregeling Verduurzaming Veehouderij (UDV) projecten ingediend die zijn gericht op de verduurzaming van de veehouderij. Op korte termijn maak ik bekend welke projecten in dit verband worden gehonoreerd.

Tot slot

Ik constateer op basis van deze rapportage dat er ook dit jaar weer stappen zijn gezet om de veehouderij te verduurzamen. Ook zie ik toenemende dynamiek ontstaan binnen ketens en bij ondernemers waaruit nieuwe initiatieven ontstaan die bijdragen aan duurzamere dierlijke ketens.

Voor meer informatie over de voortgang verwijs ik u naar de website van de UDV:www.uitvoeringsagendaduurzameveehouderij.nl. Het samenwerkingsverband zal volgend najaar wederom een voortgangsrapportage opstellen. Zodra deze beschikbaar is zal ik uw Kamer opnieuw informeren.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven