28 965
Zorgplicht bij financiële dienstverlening

nr. 2
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 juni 2003

Vorige week heb ik u op woensdag 18 juni jl. tijdens het Algemeen Overleg over consumentenbescherming bij aandelenleaseproducten (zorgplicht) in hoofdlijnen een model geschetst waarmee een vereenvoudigde afhandeling van het grote aantal geschillen tussen de aanbieders en kopers van effectenleaseproducten kan worden bevorderd. Ik heb u daarbij toegezegd het gepresenteerde model schriftelijk nader toe te zullen lichten. Tevens zou ik daarbij aandacht besteden aan het model waarbij een comité van wijzen een brede analyse maakt van de problematiek rondom de verkoop van aandelenleaseproducten. Door middel van deze brief kom ik deze toezegging na.

1. Inleiding

De geschillen ten aanzien van de verkoop van aandelenleaseproducten vinden plaats tussen private partijen (aanbieders en kopers). Het is primair de verantwoordelijkheid van deze partijen om de geschillen die tussen hen bestaan op te lossen. De betrokkenheid van de overheid bij deze geschillen spitst zich, kort gezegd, toe op het creëren van (i) adequate regelgeving, (ii) adequaat toezicht op de naleving van deze regelgeving en (iii) het bieden van een onafhankelijke en kwalitatief hoogwaardige rechtsgang waarlangs partijen de naleving van de regelgeving jegens elkaar kunnen afdwingen. De benadering die de overheid ten aanzien van de kopers van aandelenleaseproducten kiest moet aan de aard van deze betrokkenheid recht doen.

Tijdens het Algemeen Overleg van 18 juni heb ik opgemerkt dat (i) de geldende regelgeving voldoende aanknopingspunten biedt voor een goede beoordeling van de onderhavige geschillen1. Daarnaast zijn er (ii) door de toezichthouder maatregelen genomen om de naleving van deze regelgeving af te dwingen en de eventuele overtreding ervan te sanctioneren. De Autoriteit Financiële Markten rondt in september haar onderzoek af en zal, voor zover mogelijk, bevindingen uit dit rapport openbaren. Tenslotte (iii) kent het Nederlandse rechtssysteem een adequate formele rechtsgang en zijn er verschillende alternatieve geschillenbeslechtinginstanties.

Aan de formele betrokkenheid van de overheid is daarmee in algemene zin een adequate invulling gegeven. De omvang van het aantal geschillen vraagt om bijzondere aandacht en geeft aanleiding om te bezien of, in aanvulling op de initiatieven die daartoe door betrokken partijen zijn genomen, een soepele afhandeling van deze geschillen kan worden bevorderd. In het onderstaande wordt derhalve een model geschetst dat bedoeld is om partijen een aanvullende «infrastructuur» te bieden om tot een zodanige afhandeling te komen. Aldus kan worden voorkomen dat mensen, die reeds door het negatieve resultaat van de door hen aangeschafte financiële producten problemen ondervinden, gedurende een erg lange periode in onzekerheid moeten verkeren over hun juridische positie.

2. De Commissie Geschillen Aandelenlease

De klachtencommissie van het Dutch Securities Institute (DSI) zal zo snel mogelijk in dit najaar een beslissing nemen in een aantal geschillen dat representatief is voor de verscheidenheid aan geschillen die bij DSI aanhangig zijn gemaakt1. Deze uitspraken zouden als vertrekpunt kunnen dienen voor een voorspoedige afhandeling van alle resterende geschillen. Aangezien de overheid DSI-uitspraken niet bindend kan opleggen voor alle resterende geschillen is voor dit proces de medewerking van betrokken partijen noodzakelijk. Ik zal daartoe een Commissie Geschillen Aandelenlease (CGA) instellen die tot taak krijgt de benodigde medewerking te bevorderen.

Concreet zou de CGA in eerste instantie moeten nagaan:

(1) of de aanbieders bereid zijn mee te werken aan het formuleren van een aanbod waarin het juridische kader, dat ontstaat na de DSI-uitspraken, zo snel als mogelijk in het najaar, wordt doorgetrokken;

(2) of de organisaties die de kopers van aandelenleaseproducten vertegenwoordigen bereid zijn om constructief mee te werken aan deze benaderingswijze2. Naast de gedupeerdenstichtingen kan ook de Consumentenbond hierbij een waardevolle rol vervullen;

Indien deze bereidheid in voldoende mate aanwezig is kan de CGA vervolgens:

(3) bevorderen dat er een aanbod tot stand komt dat een goede uitwerking geeft aan de DSI-uitspraken;

(4) een goede voorlichting organiseren waarin voor alle kopers van aandelenleaseproducten wordt verhelderd hoe het proces verder verloopt en op welke wijze zij daarin kunnen participeren.

De CGA kan – conform de suggestie van afgevaardigde Heemskerk – worden gezien als een Comité van Wijzen. Deze zal een verbinding moeten maken tussen de uitspraken van de bevoegde geschilbeslechtingsinstantie en een algemene regel die instemming kan verkrijgen van de aanbieders van aandelenleaseproducten enerzijds en de consumentenorganisaties anderzijds.

De samenstelling van de CGA zal het vertrouwen van de betrokken partijen moeten genieten. Het heeft daarbij mijn voorkeur de CGA te doen bestaan uit personen die vanwege hun ervaring in de financiële markten of hun brede maatschappelijke ervaring met gezag zullen spreken, en de CGA op afstand van partijen te positioneren, teneinde de onafhankelijkheid van de CGA te waarborgen.

Hiermee zijn de hoofdlijnen van het model geschetst. De werking van het model is afhankelijk van de vrijwillige medewerking van een groot aantal partijen. In overleg met deze partijen zullen de geschetste hoofdlijnen door de CGA nader moeten worden ingevuld.

Sinds het Algemeen Overleg van 18 juni hebben verschillende signalen mijn ministerie bereikt die erop wijzen dat er bij een aantal van de betrokken partijen de bereidheid bestaat om deze benaderingswijze verder te verkennen. In gesprekken met betrokken partijen zal ik erop aandringen om constructief mee te werken aan een oplossing, gegeven de omvang van de problematiek en de maatschappelijke verantwoordelijkheid die op hen rust om hiervoor een verantwoorde oplossing te vinden.

Over DSI

De Stichting DSI is in april 1999 opgericht op initiatief van de toenmalige AEX en representatieve organisaties uit de effectenbranche. Het doel van DSI is het «toetsen, bewaken en bevorderen van de kwaliteit van de effectenmarkt in Nederland en het daarin door het beleggend publiek gestelde vertrouwen». De meerderheid van de aanbieders op de financiële markten is aangesloten bij DSI.

DSI heeft sinds november 1999 een Klachtencommissie die de taken van de Klachtencommissie Beursbedrijf heeft overgenomen. De Klachtencommissie DSI (hierna: de Klachtencommissie) is een buitengerechtelijke klachteninstantie waaraan beleggers met een klacht over een geregistreerde beleggingsinstelling, na voorleggen van de klacht aan de betrokken instelling zelf, een klacht kunnen voorleggen.

De klachtencommissie van DSI werkt volledig onafhankelijk. De leden van de klachtencommissie moeten daarbij aan soortgelijke eisen voldoen als leden van rechterlijke macht. Het lidmaatschap van de klachtencommissie wordt doorgaans als nevenfunctie uitgeoefend, naast een functie in de wetenschap of de rechterlijke macht, door personen die vanwege hun jarenlange ervaring op de financiële markten een groot vertrouwen genieten. DSI geniet juist vanwege de expertise en de onafhankelijkheid van deze personen binnen de markt een hoog aanzien.

Een consument die een geschil heeft met een aanbieder die is aangesloten bij DSI kan kiezen of hij zijn zaak aanbrengt bij de rechter dan wel bij DSI. Voor de aanbieder is de keuze van de consument bindend. Wanneer de Klachtencommissie de klacht in behandeling neemt spreekt zij een voor beide partijen bindend advies uit. De klachtencommissie doet, evenals de rechter, haar uitspraken op basis van het geldende (effecten)recht. Het voorleggen van een klacht aan de Klachtencommissie sluit de gang naar de rechter, behalve wat een marginale toetsing van de uitspraak betreft, uit.

3. Conclusie

Door het instellen van de Commissie Geschillen Aandelenlease kan een belangrijke bijdrage worden geleverd aan het creëren van een voorspoedige afhandeling van de geschillen rondom de aankoop van aandelenleaseproducten. Zodra de samenstelling en het mandaat van de CGA gereed zijn, zal ik u dit ter informatie toezenden.

De Minister van Financiën,

G. Zalm


XNoot
1

Zie ook de brief van 16 juni 2003, Kamerstukken II 2002/03, 28 965, nr. 1.

XNoot
1

Bij DSI zijn tot dusverre ruim 1300 geschillen over aandelenleaseproducten aanhangig gemaakt.

XNoot
2

De consumentenorganisaties kunnen de consumenten die zij vertegenwoordigen niet binden. Dit neemt niet weg dat de steun van deze organisaties de acceptatie door de consument van de gekozen benadering kan vergroten.

Naar boven