nr. 48
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER VLIES TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 42
Ontvangen 26 augustus 2003
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel 73 vervalt.
II
Artikel 74 komt te luiden:
Artikel 74 Aanvullende uitkering
1. Indien de door het college gemaakte kosten, bedoeld in artikel 69,
eerste lid, onderdeel b, in een kalenderjaar meer bedragen dan:
a. 110% van de daarvoor verstrekte uitkering, of;
b. het totaal van het bedrag van de uitkering en het bedrag dat wordt
verkregen door een bedrag van € 12,– te vermenigvuldigen met
het aantal inwoners in die gemeente op 1 januari van het desbetreffende
kalenderjaar, wordt door Onze Minister ten laste van een daarvoor ieder jaar
bij wet vast te stellen bedrag aan het college een aanvullende uitkering toegekend.
2. De hoogte van de aanvullende uitkering is gelijk aan het verschil tussen
de door het college gemaakte kosten en:
a. 110% van de verstrekte uitkering, of, indien dit groter is;
b. het in het eerste lid, onderdeel b, bedoelde totaalbedrag.
3. Het aantal inwoners wordt ontleend aan de statistiek «Demografische
kerncijfers per gemeente» van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
III
Artikel 76, tweede lid, derde volzin, vervalt.
Toelichting
Met dit amendement wordt bewerkstelligd dat het bedrag waarop een aanvullende
uitkering kan worden verkregen, wettelijk wordt vastgelegd. Net als bij het
Fonds Werk en Inkomen wordt dit bedrag bepaald door zowel een percentage van
de verstrekte uitkering als een vast bedrag per inwoner. Door een vast bedrag
per inwoner op te nemen, lopen gemeenten met relatief veel uitkeringsgerechtigden
minder risico's.
Door de WFA-systematiek te herintroduceren zijn artikel 73, de andere
leden van artikel 74, en artikel 76, tweede lid, derde volzin, van de WWB
niet meer nodig: de toetsingscommissie heeft dan geen rol meer.
Van der Vlies