28 870
Vaststelling van een wet inzake ondersteuning bij arbeidsinschakeling en verlening van bijstand door gemeenten (Wet werk en bijstand)

nr. 135
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2005

Op 9 mei jl. heb ik aan uw Kamer mijn brief met de voorstellen voor de verdeelmodellen WWB 2006 toegestuurd (28 870, nr. 134).

In die brief is toegezegd dat nog nagegaan zal worden of bij het verdeelmodel Werkdeel andere combinaties van arbeidsmarktvariabelen mogelijk zijn. Achterliggende gedachte hierbij was de vraag of de voorgestelde verdeling voldoende tegemoet komt aan de zwaarte van de reïntegratietaak van grote steden. Daarnaast is in de brief een nadere analyse toegezegd naar hoe de verdeling van het Werkdeel zich verhoudt tot het voorkomen van probleemcumulatiegebieden in gemeenten.

In deze brief worden deze toezeggingen uitgewerkt.

Aanpassing arbeidsmarktvariabelen in het verdeelmodel Werkdeel

In mijn brief van 9 mei heb ik de voorkeur uitgesproken voor een variant waarbij de middelen voor het Werkdeel WWB verdeeld worden op basis van het aantal bijstandsgerechtigden en op basis van de arbeidsmarktsituatie (vraag én aanbod). Deze variant leidt tot een verdeling van middelen over gemeenten die uitgedrukt kan worden in een budget per bijstandsgerechtigde.

Tijdens een technisch overleg over de verdeelmodellen heeft uw Kamer vraagtekens gesteld bij deze verdeling. Gevraagd is of de verdeling recht doet aan de problematiek van de grote steden. Daarbij werd aangegeven dat het verdeelmodel niet alleen rekening zou moeten houden met de vraagkant van de arbeidsmarkt, maar ook met de aanbodkant (kenmerken van de gemeentelijke reïntegratiedoelgroep). Voorts kan geconstateerd worden dat het voorgestelde model voor kleine gemeenten in een aantal gevallen tot zeer forse (opwaartse) budgetverschuivingen leidt. Het is de vraag of deze gerechtvaardigd kunnen worden op grond van de lokale problematiek.

SZW heeft daarom in samenspraak met de onderzoekers van Research voor Beleid en het Instituut voor Onderzoek van Overheidsuitgaven gezocht naar mogelijke aanpassingen op het voorgestelde verdeelmodel Werkdeel.

Criteria die daarbij gesteld zijn:

– Vasthouden aan de criteria die oorspronkelijk aan het model gesteld zijn, zoals: de verdeling sluit aan op de behoefte van gemeenten (gemeenten met een zwaardere reïntegratietaak krijgen meer middelen), het model is bestendig en leidt niet tot onnodig sterke herverdeeleffecten.

– De variabelen moeten meer aansluiten bij de factoren die de zwaarte van de reïntegratietaak van gemeenten bepalen.

– Forse uitschieters dienen voorkomen te worden.

Aangepast voorstel

De onderzoekers hebben een variant op mijn eerdere voorstel nader uitgewerkt. Bij deze variant (variant 2a) is de verdeling net als bij mijn eerdere voorstel (variant 2 uit de brief van 9 mei) gebaseerd op het aantal bijstandsgerechtigden en op de arbeidsmarktsituatie. Bij variant 2a zijn echter andere arbeidsmarktvariabelen gekozen dan bij variant 2. In bijlage 1 worden de specificaties van beide varianten toegelicht.

Het voorstel van 9 mei kende forse uitschieters voor kleine gemeenten (één gemeente zou bij dit voorstel zelf ruim 900% meer budget krijgen). Door voor kleine gemeenten (< 30 000 inwoners) uit te gaan van gegevens op Coropniveau, kan dit worden vermeden. Deze systematiek wordt toegelicht in bijlage 2.

Voor gemeenten met meer dan 30 000 inwoners is de verdeelsystematiek wel toegepast op gemeenteniveau.

De uitkomsten naar gemeentegrootteklasse zien er voor beide varianten als volgt uit.

Tabel: gemiddeld W-budget per bijstandsgerechtigde naar grootteklasse

	HUIDIGE SITUATIE	VARIANT 2	VARIANT 2A
G4	4 428	3 614 (– 18%)	3 987 (– 10%)
G25 (exclusief G4)	4 038	3 401 (– 16%)	3 788 (– 6%)
G30 (exclusief G25)	3 280	3 338 (+ 2%)	3 675 (+ 12%)
G85 (exclusief G30)	3 058	3 729 (+ 22%)	3 648 (+ 19%)
overig	2 825	4 067 (+ 44%)	3 125 (+ 11%)
Totaal	3 673	3 673	3 673

Gelet op het gemiddelde W-budget per bijstandsgerechtigde blijkt dat dit bij variant 2a in grote gemeenten hoger is dan in kleine gemeenten, waardoor grotere gemeenten gecompenseerd worden voor de grootstedelijke problematiek van hun bestand.

Net als bij de in mijn brief van 9 mei voorgestelde variant (variant 2), vindt er, ten opzichte van de huidige verdeling, bij variant 2a ook een herverdeling plaats van grotere naar kleinere gemeenten. Een verschuiving van groot naar klein is op zich ook te onderbouwen omdat zich in de kleinere gemeenten de afgelopen jaren een aanzienlijk minder gunstige ontwikkeling heeft voorgedaan: het aantal bijstandsgerechtigden is in kleine gemeenten sterker toegenomen dan in grote gemeenten. Bij de variant 2a is de verschuiving van budget van groot naar klein minder dan bij variant 2.

Bij variant 2a worden extreme uitschieters voor kleine gemeenten vermeden, door de toepassing van de verdeelsystematiek op Coropniveau voor deze groep.

In bijlage 3 staat een overzicht van het aantal gemeenten dat er veel of weinig op voor of achteruitgaat bij de beide varianten.

In bijlage 4 staan de herverdeeleffecten vermeld van de varianten 2 en 2a voor de afzonderlijke gemeenten bij volledige invoering van het nieuwe verdeelmodel.

In bijlage 5 staan de herverdeeleffecten vermeld voor de afzonderlijke gemeenten in 2006, waarbij rekening is gehouden met het overgangsregime.

Hoe verhoudt de verdeling van het Werkdeel zich tot het voorkomen van probleemcumulatiegebieden in gemeenten

Uit het bovenstaande blijkt dat de grote steden bij variant 2a een hoger budget per bijstandsgerechtigde ontvangen dan bij variant 2.

De onderzoekers hebben voor zogenaamde probleemcumulatiegebieden of probleemwijken in grote steden een aanvullende analyse uitgevoerd.

Bij de keuze voor en definitie van probleemwijken is aangesloten bij drie bronnen over probleemwijken:

– de wijken die betrokken zijn bij de prioritaire aanpak van het grotestedenbeleid,

– de wijken die betrokken zijn bij de 56-wijkenaanpak van VROM,

– de wijken die betrokken zijn bij de projecten «Onze buurt aan zet».

Bij elk van de bovenstaande wijkselecties heeft de gemeente zelf een grote rol gespeeld bij de selectie.

Voor de analyse op het niveau van wijken is een randvoorwaarde dat de noodzakelijke data voor het verdeelmodel beschikbaar zijn op wijkniveau.

Bij deze analyse zijn de probleemwijken behandeld alsof zij zelfstandige gemeenten zijn. Vervolgens is vastgesteld welk W-budget deze probleemwijken als zelfstandige gemeenten bij variant 2a zouden ontvangen. Deze uitkomst is vergeleken met de uitkomst voor andere (niet probleem-) wijken in deze steden. Zodoende is vast te stellen of de probleemwijken bij het voorgestelde verdeelmodel een ander budget per bijstandsgerechtigde ontvangen dan andere wijken.

Uit deze analyse blijkt dat voor de probleemwijken (voorzover informatie beschikbaar is) in alle gevallen geldt dat het bedrag dat de gemeente via het nieuwe voorgestelde verdeelmodel per bijstandsgerechtigde ontvangt in die gebieden gemiddeld hoger is dan in de overige gebieden (zie onderstaande tabel).

Gesteld mag dus worden dat het verdeelmodel dat wordt voorgesteld (variant 2a) op een goede manier rekening houdt met de problematiek van de zogenaamde probleemcumulatiegebieden, omdat deze wijken meer W-budget per bijstandsgerechtigde ontvangen dan overige wijken.

Tabel: bedrag per WWB-er bij verdeelmodel 2a in probleemwijken in vergelijking met de overige wijken

	aandachtswijk	overige wijken
Amsterdam	4 116	3 843
Rotterdam	4 278	4 025
Den Haag	4 172	3 856
Utrecht	3 921	3 372
Nijmegen	3 858	3 821
Enschede	4 170	3 783
Haarlem	3 961	3 753
Amersfoort	3 765	3 315
Maastricht	3 928	3 888
Dordrecht	4 145	3 667
Leeuwarden	4 151	3 787
totaal	4 160	3 840

In bijlage 6 vindt u de cijfers over de bedragen die de gemeenten per wijk per bijstandsgerechtigde ontvangen bij het nieuwe verdeelmodel (voorzover beschikbaar) op wijkniveau.

Slot

Met het bovenstaande wordt tegemoetgekomen aan kritische kanttekeningen van de leden van de Tweede Kamer bij variant 2 zoals naar voren gebracht tijdens het technisch overleg dat gevoerd is.

Variant 2a sluit meer aan op de zwaarte van de reïntegratietaak van de individuele gemeenten. Voor de uitkomsten betekent dat dat variant 2a ten opzicht van variant 2 leidt tot minder grote herverdeeleffecten, en dat meer rekening wordt gehouden met grotestedenproblematiek. Uit de analyse op het niveau van de probleemcumulatiegebieden blijkt dan ook dat gemeenten bij variant 2a voor deze wijken een relatief hoog budget per bijstandsgerechtigde ontvangen.

Graag verneem ik de opvattingen van uw Kamer op dit voorstel.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H. A. L. van Hoof

BIJLAGE 1

Specificatie verdeelmodellen

De specificatie van variant 2 en 2a ziet er als volgt uit.

	Variant 2	Variant 2a
Aantal bijstandsontvangers	0,57	1,20
Omvang hooggeschoolde beroepsbevolking	– 0,03
Kwantitatieve discrepantie arbeidsvraag en -aanbod	0,44
Volume WW-uitkeringen	– 0,38	– 0,20
Omvang beroepsbevolking		– 0,01
Kwalitatieve discrepantie laaggeschoolde arbeid		0,45
Constante	15

Aan ieder verdeelkenmerk wordt een weegfactor toegekend die bepaalt hoe zwaar het kenmerk meetelt in de verdeling van middelen. Er kunnen dan op het oog andere tekens staan dan verwacht. Het kan bijvoorbeeld vreemd overkomen dat een gemeente meer geld krijgt naarmate het volume WW-gerechtigden kleiner is. Dit is te verklaren doordat de verdeelkenmerken en weegfactoren in samenhang met elkaar moeten worden bezien; een op het oog ander teken van een kenmerk dan verwacht kan zich voordoen om te corrigeren voor de uitwerking van andere combinaties van verdeelkenmerken en weegfactoren. Iedere variant bevat dus een berekend «totaalpakket» van verdeelkenmerken en weegfactoren bedoeld om de variant de hoogste verklaringskracht te geven. In variant 2a krijgt een gemeente meer W-budget naarmate het aanbod van laaggeschoolde arbeid de vraag sterker overtreft (kenmerk Kwalitatieve discrepantie laaggeschoolde arbeid).

Bij variant 2a berust de verdeling van het W-deel voor 73% op de omvang van het aantal bijstandsontvangers, en voor 27% op kenmerken van de lokale regionale arbeidsmarkt (vraag én aanbod). In variant 2 lagen deze percentages op respectievelijk 60% en 40%.

BIJLAGE 2

Voorkomen extreme uitschieters

Doordat in het voorgestelde model van 9 mei gewerkt wordt met gegevens op gemeenteniveau, kunnen bij kleine gemeenten kleine veranderingen in de omvang van variabelen soms al behoorlijk wat gewicht in de schaal leggen, waardoor in individuele gevallen grote verschillen in budget tussen kleine gemeenten onderling en ten opzichte van de huidige verdeling kunnen ontstaan. Om deze extreme verschillen te voorkomen is de verdeelsystematiek van de nieuwe varianten voor gemeenten met minder dan 30 000 inwoners toegepast op Coropniveau¹. Dit betekent dat alle parameters, inclusief het bijstandsvolume, zijn ingevuld op Coropniveau.

Daarbij zijn de gegevens van alle kleine gemeenten uit het Coropgebied samengenomen (de grote gemeenten blijven dus buiten beschouwing).

Voor drie kleine gemeenten (Midden-delfland, Wormerland en Uitgeest) is wel geaggregeerd met het gehele Coropgebied, omdat er geen andere kleine gemeenten in het Coropgebied voorkomen. Na de toepassing van de verdeelsystematiek zijn de middelen aan deze kleine gemeenten toegekend naar rato van het aandeel bijstandsgerechtigden binnen het Coropgebied.

Voor gemeenten met meer dan 30 000 inwoners is de verdeelsystematiek wel toegepast op gemeenteniveau.

BIJLAGE 3

Verschuiving voor individuele gemeenten (aantal gemeenten per categorie)

Hieronder staat het aantal gemeenten vermeld dat bij variant 2 en 2a een bepaald percentage meer of minder krijgt ten opzichte van de huidige verdeling.

	VARIANT 2	VARIANT 2A
meer dan 50% minder	10	7
tussen 25% en 50% minder	29	48
tussen 10% en 25% minder	36	63
tussen 10% minder en 10% meer	59	90
tussen 10% en 25% meer	45	85
tussen 25% en 50% meer	61	80
tussen 50% en 100% meer	92	67
meer dan 100% meer	129	21
totaal	461	461

Het aantal gemeenten wat er bij variant 2a meer dan vijftig procent op vooruit gaat is aanzienlijk lager dan bij variant 2. Het aantal gemeenten met een sterke daling in het budget (>50% minder) is enigszins lager.

BIJLAGE 4

Herverdeeleffecten variant 2 en 2a bij volledige invoering

De onderstaande tabel bevat een indicatie van de herverdeeleffecten voor de afzonderlijke gemeenten bij volledige invoering van variant 2 en 2a. De herverdeeleffecten zijn uitgedrukt als percentage van het W-budget volgens de huidige systematiek.

	Bevolking 1-1-2004	Huidig W-deel (x 1000 euro)	Variant 2a	Variant 2
Amsterdam	739 104	199 191	– 6%	– 17%
Rotterdam	598 923	219 857	– 9%	– 13%
Den Haag	469 059	113 847	– 11%	– 20%
Utrecht	270 244	50 491	– 28%	– 46%
Eindhoven	207 870	25 185	5%	– 23%
Tilburg	198 767	28 649	– 15%	– 27%
Groningen	179 185	49 741	– 9%	– 5%
Almere	170 704	11 086	55%	67%
Breda	166 035	19 070	3%	– 12%
Nijmegen	157 466	37 352	– 18%	– 25%
Apeldoorn	156 000	12 030	– 8%	– 5%
Enschede	152 989	30 897	– 20%	– 22%
Haarlem	147 343	14 438	8%	– 16%
Arnhem	141 601	32 705	– 4%	– 10%
Zaanstad	139 774	8 915	24%	2%
's-Hertogenbosch	133 511	19 030	– 27%	– 48%
Amersfoort	132 851	9 914	13%	– 9%
Haarlemmermeer	127 750	2 700	55%	163%
Maastricht	122 183	18 658	– 1%	– 8%
Dordrecht	119 649	21 050	5%	– 6%
Leiden	118 702	12 152	19%	– 11%
Zoetermeer	114 216	5 520	77%	82%
RSD Alblasserwaard-Oost/Vijfheerenlanden	111 130	3 904	23%	58%
Zwolle	110 880	12 999	– 14%	– 22%
Emmen	108 354	13 135	– 1%	– 8%
Ede	105 495	5 191	14%	20%
Sittard-Geleen	97 487	11 778	9%	4%
Westland	97 270	2 446	– 11%	32%
Delft	95 817	9 460	28%	5%
Deventer	94 470	13 750	– 40%	– 52%
Alkmaar	94 121	9 629	10%	3%
Heerlen	93 523	15 495	34%	23%
Venlo	92 094	9 355	9%	– 13%
Leeuwarden	91 354	20 288	– 3%	– 12%
DSZW Noardwest Fryslân	87 343	6 312	– 34%	– 27%
Helmond	85 127	9 494	12%	– 7%
RSD Hoeksche Waard	84 844	2 237	34%	166%
Hilversum	83 454	4 438	23%	10%
Hengelo (O.)	80 961	11 869	– 29%	– 31%
Amstelveen	78 866	2 811	9%	39%
Roosendaal	77 916	3 821	86%	72%
ISD Bollenstreek	77 547	1 236	179%	154%
Oss	76 307	5 718	– 9%	– 19%
Purmerend	75 831	4 812	17%	41%
Schiedam	75 619	10 750	23%	26%
Spijkenisse	75 170	5 705	93%	122%
Vlaardingen	74 058	5 967	83%	100%
Leidschendam-Voorburg	73 832	2 913	138%	131%
Almelo	72 227	13 719	– 20%	– 22%
Gouda	71 797	6 719	16%	3%
Alphen aan den Rijn	70 477	3 006	8%	2%
Lelystad	69 640	8 309	20%	28%
Hoorn	67 952	5 919	– 14%	– 30%
Velsen	67 642	2 057	97%	124%
ISD Zuidwest-Fryslân	66 679	3 413	– 10%	41%
Bergen op Zoom	66 140	4 942	19%	7%
Capelle aan den IJssel	65 354	4 840	61%	77%
ISD Noordenkwartier	62 010	3 013	8%	43%
Assen	61 925	6 738	5%	11%
Nieuwegein	61 803	2 429	57%	51%
Veenendaal	61 111	2 212	86%	90%
Zeist	60 373	4 367	– 13%	– 30%
Den Helder	59 795	7 217	17%	21%
Hardenberg	57 820	2 638	– 12%	2%
Doetinchem	56 260	4 335	– 7%	– 26%
Terneuzen	55 412	3 693	25%	22%
Smallingerland	54 053	9 502	– 29%	– 31%
Hoogeveen	53 663	3 538	24%	– 6%
Oosterhout	53 121	2 386	36%	23%
Kerkrade	50 035	5 596	32%	17%
Barneveld	50 019	806	97%	227%
Kampen	48 949	2 325	20%	37%
Oude IJsselstreek	48 949	2 559	– 25%	– 42%
Weert	48 724	3 556	4%	24%
Woerden	48 096	1 271	– 27%	– 36%
Rijswijk	47 693	3 931	22%	15%
Heerhugowaard	47 239	1 709	25%	49%
Berkelland	46 668	1 030	42%	42%
Middelburg	46 350	4 278	– 3%	– 7%
Zutphen	45 775	4 694	3%	– 13%
Waalwijk	45 597	2 585	– 11%	– 7%
Noordoostpolder	45 568	2 155	40%	98%
Ridderkerk	45 528	1 794	97%	162%
Zwijndrecht	45 384	2 727	26%	23%
Vlissingen	45 236	6 348	12%	9%
Roermond	45 159	6 433	1%	1%
Soest	44 906	1 359	43%	7%
Rheden	44 886	2 903	17%	21%
Heusden	43 108	1 203	44%	37%
Lingewaard	43 019	1 316	53%	126%
Steenwijkerland	42 846	2 754	– 1%	6%
Heerenveen	42 642	4 440	– 16%	– 13%
Veldhoven	42 545	1 703	9%	– 3%
Houten	42 350	462	45%	62%
De Bilt	42 208	923	24%	– 7%
Huizen	41 974	1 515	26%	14%
Katwijk	41 822	722	96%	155%
ISD Voorne-Putten-Rozenburg	41 805	1 331	60%	183%
Overbetuwe	41 176	1 354	43%	90%
Tiel	40 609	3 183	12%	1%
Harderwijk	40 559	1 605	30%	49%
ISD Kompas	40 487	1 295	45%	75%
Hellevoetsluis	40 164	2 533	50%	104%
Uden	40 064	1 826	25%	17%
Wijchen	39 878	1 500	14%	62%
ISD Oldambt	39 848	6 031	– 30%	– 36%
Maarssen	39 843	1 216	29%	8%
Landgraaf	39 778	3 451	29%	28%
Etten-Leur	39 657	1 712	30%	28%
Venray	39 085	1 464	81%	62%
Nijkerk	37 983	759	– 3%	45%
Dronten	37 768	1 331	56%	151%
Bronckhorst	37 761	969	– 34%	– 3%
Pijnacker-Nootdorp	37 696	987	– 25%	16%
Geldrop-Mierlo	37 680	1 641	58%	91%
ISD de Rijnstreek	37 507	613	– 40%	34%
Barendrecht	37 257	759	– 13%	161%
Raalte	37 144	1 108	4%	45%
Beverwijk	36 995	1 830	84%	98%
Veghel	36 810	1 169	– 4%	7%
Moerdijk	36 775	780	60%	65%
Goes	36 591	2 705	2%	7%
Heemskerk	36 294	1 893	68%	100%
Coevorden	36 220	2 383	16%	26%
Rijssen-Holten	36 170	998	6%	72%
Hellendoorn	36 105	1 559	– 21%	36%
Montferland	35 340	1 399	9%	53%
Castricum	35 291	746	6%	4%
Wageningen	35 137	4 130	– 23%	– 38%
Hof van Twente	35 000	1 117	15%	73%
De Ronde Venen	34 437	376	98%	203%
Schouwen-Duiveland	34 415	1 178	24%	65%
Hoogezand-Sappemeer	34 003	5 006	– 5%	3%
Stadskanaal	33 708	4 428	– 15%	– 19%
IJsselstein	33 577	775	68%	73%
Twenterand	33 493	1 094	31%	101%
Epe	33 309	1 121	– 6%	18%
Maassluis	32 847	2 325	46%	81%
Sneek	32 836	5 226	– 24%	– 28%
Midden-Drenthe	32 806	1 052	39%	98%
Lochem	32 767	964	– 15%	– 29%
Tynaarlo	32 203	952	44%	69%
Echt-Susteren	32 194	1 507	12%	65%
Deurne	32 083	1 307	8%	34%
Tytsjerksteradiel	31 963	2 081	– 31%	– 20%
Renkum	31 908	1 760	27%	44%
Bergen (NH.)	31 738	1 667	– 33%	– 20%
Oldenzaal	31 392	2 249	– 16%	– 5%
Bussum	31 300	1 046	13%	– 23%
Zevenaar	31 150	1 576	25%	51%
Valkenswaard	31 091	1 163	73%	45%
Papendrecht	30 914	1 094	43%	56%
Meppel	30 651	2 079	10%	8%
Halderberge	29 679	959	48%	51%
Brunssum	29 595	3 488	0%	3%
Boxtel	29 512	1 151	0%	9%
Opsterland	29 436	2 143	– 26%	– 7%
Boxmeer	29 395	1 076	– 24%	– 9%
Winterswijk	29 299	1 396	– 12%	– 8%
Leusden	29 106	712	– 33%	– 78%
Krimpen aan den IJssel	29 046	909	69%	148%
Groenlo	28 985	875	– 22%	– 30%
Bernheze	28 868	717	– 9%	28%
Horst aan de Maas	28 813	739	– 2%	15%
Delfzijl	28 809	5 028	– 4%	26%
Best	28 658	886	27%	18%
Veendam	28 275	3 554	– 20%	– 23%
Edam-Volendam	28 194	310	100%	457%
Achtkarspelen	28 156	2 527	– 11%	– 25%
Sint-Michielsgestel	27 886	591	9%	9%
Hulst	27 877	1 246	– 14%	0%
Gemert-Bakel	27 841	912	11%	77%
Skarsterlân	27 096	1 265	– 10%	26%
Uithoorn	26 763	347	133%	268%
Ooststellingwerf	26 683	1 876	2%	34%
Drimmelen	26 663	380	50%	109%
Nunspeet	26 634	601	7%	81%
Stein	26 608	750	73%	110%
Culemborg	26 594	1 186	23%	20%
Ermelo	26 590	667	38%	107%
Dalfsen	26 428	581	– 38%	42%
Werkendam	26 373	372	42%	175%
Borger-Odoorn	26 360	1 116	26%	51%
Waddinxveen	26 304	681	17%	36%
Zaltbommel	26 191	555	25%	38%
Leiderdorp	26 182	1 013	– 17%	– 50%
Dinkelland	26 094	511	– 31%	97%
Weststellingwerf	25 990	2 355	– 28%	– 8%
Duiven	25 812	723	51%	159%
Oisterwijk	25 784	887	– 19%	– 6%
Buren	25 756	474	12%	44%
Geldermalsen	25 667	634	– 10%	– 23%
Heemstede	25 660	847	0%	– 59%
Wassenaar	25 506	459	107%	159%
Beuningen	25 459	1 004	17%	65%
Dongen	25 306	782	11%	35%
Langedijk	25 278	455	49%	131%
Aa en Hunze	25 218	1 228	– 28%	0%
Vught	25 157	895	– 2%	– 14%
Gilze en Rijen	25 093	460	75%	86%
Dongeradeel	25 008	1 798	8%	25%
Sluis	24 596	747	51%	42%
Baarn	24 503	1 101	– 5%	17%
Noordwijk	24 452	436	46%	72%
Tholen	24 386	734	53%	82%
Cuijk	24 177	1 277	– 7%	11%
Haaksbergen	24 123	899	– 12%	52%
Diemen	24 049	826	93%	124%
De Wolden	23 850	464	19%	61%
Sliedrecht	23 837	1 424	– 14%	23%
Voorst	23 639	498	7%	86%
Maasdriel	23 521	545	5%	11%
Wijk bij Duurstede	23 511	475	16%	58%
Steenbergen	23 484	804	21%	21%
Nuenen c.a.	23 367	597	42%	– 40%
Wierden	23 343	406	16%	185%
Wijdemeren	23 333	411	– 8%	34%
Schijndel	23 319	609	– 6%	42%
Putten	23 180	247	125%	296%
Loon op Zand	22 976	587	– 12%	– 20%
Hendrik-Ido-Ambacht	22 966	439	43%	106%
Oldebroek	22 951	549	– 22%	61%
Aalsmeer	22 915	299	77%	341%
Rucphen	22 624	811	57%	73%
Goirle	22 578	650	11%	32%
Losser	22 508	1 031	– 31%	– 1%
Voorschoten	22 505	404	104%	81%
Nieuwerkerk aan den IJssel	22 344	645	53%	162%
Borsele	22 318	500	9%	82%
Neder-Betuwe	22 289	497	– 1%	80%
Veere	22 130	448	1%	84%
Heiloo	22 058	486	47%	62%
Zwartewaterland	22 034	624	– 34%	77%
Elburg	21 753	549	– 13%	81%
Laarbeek	21 583	570	12%	62%
Brummen	21 473	788	– 24%	– 42%
Woensdrecht	21 415	605	59%	48%
Stede Broec	21 386	831	1%	25%
Oegstgeest	21 188	508	13%	– 77%
Reimerswaal	20 966	445	102%	196%
Geertruidenberg	20 940	711	9%	45%
Borne	20 600	867	– 24%	30%
Zundert	20 431	412	22%	101%
Tubbergen	20 298	494	– 58%	91%
Cranendonck	20 149	585	21%	46%
Meerssen	19 986	650	34%	68%
Vianen	19 837	406	144%	133%
Dantumadeel	19 762	1 617	– 5%	1%
Albrandswaard	19 607	793	37%	154%
Helden	19 555	596	– 41%	– 46%
Bodegraven	19 478	369	35%	86%
Bunschoten	19 450	219	51%	285%
Zeewolde	19 180	222	238%	439%
Bladel	19 153	364	17%	93%
Boarnsterhim	19 108	969	– 1%	– 13%
Haren	19 048	850	– 12%	32%
Westerveld	19 036	788	– 25%	– 3%
Aalten	18 998	419	12%	43%
Rijnwoude	18 986	242	31%	114%
Groesbeek	18 839	2 338	– 59%	– 46%
Driebergen-Rijsenburg	18 564	620	5%	18%
Alblasserdam	18 386	761	35%	76%
Heerde	18 349	747	– 54%	– 13%
Eersel	18 286	370	48%	99%
West Maas en Waal	18 232	667	– 5%	38%
Someren	18 223	395	24%	87%
Schagen	18 198	668	23%	55%
Zuidhorn	18 150	980	– 8%	58%
Bergeijk	18 137	323	61%	81%
Rhenen	17 875	539	8%	109%
Weesp	17 843	984	– 32%	10%
Oirschot	17 839	421	– 13%	36%
Druten	17 786	1 304	– 46%	– 7%
Valkenburg aan de Geul	17 768	1 065	22%	42%
Berkel en Rodenrijs	17 535	240	147%	460%
Middelharnis	17 450	601	11%	154%
Waterland	17 266	244	35%	289%
Enkhuizen	17 241	598	29%	20%
Beek	17 105	651	32%	75%
Midden-Delfland	17 072	203	33%	– 74%
Urk	17 044	319	51%	312%
Olst-Wijhe	17 035	549	– 9%	48%
Naarden	17 031	514	– 39%	– 72%
Sint-Oedenrode	16 982	262	96%	235%
Vlagtwedde	16 973	1 892	– 55%	– 55%
Ommen	16 938	594	– 31%	34%
Eemsmond	16 927	1 511	12%	52%
Bloemendaal	16 922	339	38%	– 58%
Zandvoort	16 866	671	86%	103%
Gennep	16 754	704	– 4%	44%
Heumen	16 686	594	21%	53%
Waalre	16 502	346	77%	– 3%
Wymbritseradiel	16 312	462	– 9%	71%
Asten	16 138	343	21%	73%
Nederweert	16 100	302	11%	276%
Westervoort	16 068	683	85%	131%
Bergschenhoek	15 870	155	185%	437%
Harenkarspel	15 867	535	– 33%	21%
Wormerland	15 765	301	77%	57%
Staphorst	15 665	183	– 26%	234%
Heeze-Leende	15 258	400	– 21%	– 3%
Boskoop	15 225	329	48%	141%
Gulpen-Wittem	15 135	368	58%	111%
Son en Breugel	15 070	437	23%	– 18%
Hilvarenbeek	15 016	244	7%	75%
Rijnsburg	14 941	209	27%	207%
Slochteren	14 906	820	– 23%	59%
Nederlek	14 831	379	63%	244%
Landerd	14 807	271	11%	103%
Voorhout	14 792	126	23%	146%
Alkemade	14 481	200	20%	156%
Breukelen	14 457	136	44%	14%
Woudrichem	14 307	209	23%	226%
Westvoorne	14 265	306	57%	239%
Winsum	14 257	1 096	– 10%	35%
Bunnik	14 087	208	– 22%	– 39%
Haaren	14 037	234	– 19%	69%
Anna Paulowna	13 953	427	– 8%	45%
Wester-Koggenland	13 901	216	– 12%	32%
Lopik	13 870	120	74%	399%
Texel	13 735	463	1%	10%
Maasbracht	13 722	430	20%	157%
Schinnen	13 634	351	99%	95%
Margraten	13 551	320	31%	97%
Pekela	13 482	1 826	– 20%	– 17%
Bergen (L.)	13 477	244	44%	114%
Montfoort	13 367	154	16%	150%
Beesel	13 341	356	28%	10%
Kollumerland c.a.	13 128	1 110	– 18%	– 5%
Ouder-Amstel	13 055	234	95%	109%
Grave	12 861	578	– 24%	0%
Reeuwijk	12 860	162	40%	123%
Maasbree	12 855	181	45%	67%
Menterwolde	12 621	1 312	– 19%	– 21%
Wieringermeer	12 583	253	43%	119%
Appingedam	12 415	1 924	– 9%	30%
Reusel-De Mierden	12 371	163	51%	265%
Schoonhoven	12 303	425	22%	91%
Heythuysen	12 261	381	– 10%	118%
Aalburg	12 204	133	50%	293%
Grootegast	11 934	781	– 16%	65%
Eijsden	11 866	313	49%	109%
Sint Anthonis	11 843	444	– 45%	5%
Uitgeest	11 783	116	235%	424%
Hattem	11 782	357	– 17%	25%
Kapelle	11 627	210	61%	209%
Niedorp	11 617	256	11%	114%
Laren	11 590	178	7%	– 4%
Goedereede	11 544	94	263%	908%
Neerijnen	11 460	212	32%	165%
Doesburg	11 446	863	17%	20%
Zijpe	11 381	265	30%	66%
Maasdonk	11 375	149	11%	107%
Woudenberg	11 228	178	0%	198%
De Marne	11 210	985	3%	51%
Opmeer	11 201	195	17%	139%
Rijnwaarden	11 198	493	12%	101%
Loppersum	11 061	737	19%	130%
Mill en Sint Hubert	11 044	271	– 19%	72%
Ambt Montfort	10 989	268	53%	126%
Bedum	10 816	581	– 4%	101%
Lingewaal	10 759	138	62%	276%
Noorder-Koggenland	10 500	178	23%	51%
Bleiswijk	10 449	140	152%	489%
Vaals	10 423	636	85%	111%
Roerdalen	10 418	316	59%	200%
Drechterland	10 378	280	– 30%	– 13%
Landsmeer	10 315	209	17%	124%
Doorn	10 262	270	– 14%	22%
Zevenhuizen-Moerkapelle	10 198	181	12%	145%
Oostflakkee	10 126	245	102%	293%
Haelen	10 019	471	– 29%	33%
Vlist	9 803	251	– 36%	45%
Oudewater	9 795	196	– 23%	120%
Bellingwedde	9 704	1 074	– 39%	– 29%
Graafstroom	9 697	114	17%	333%
Nieuw-Lekkerland	9 539	184	16%	181%
Alphen-Chaam	9 414	112	41%	237%
Boekel	9 396	111	67%	273%
Ubbergen	9 362	950	– 45%	– 21%
Bergambacht	9 280	240	– 46%	30%
Blaricum	9 257	196	– 22%	– 55%
Oostzaan	9 176	131	34%	174%
Scherpenzeel	9 033	145	– 5%	185%
Arcen en Velden	8 870	195	– 15%	– 96%
Swalmen	8 764	387	18%	99%
Eemnes	8 670	177	2%	5%
Abcoude	8 624	162	– 11%	28%
Beemster	8 541	330	– 45%	37%
Zoeterwoude	8 526	224	– 38%	21%
Wervershoof	8 485	172	17%	118%
Wieringen	8 451	289	– 11%	59%
Onderbanken	8 412	319	50%	74%
Roggel en Neer	8 375	237	– 38%	108%
Loenen	8 343	140	38%	48%
Heel	8 335	566	– 70%	– 19%
Dirksland	8 269	160	61%	323%
Moordrecht	8 110	253	17%	81%
Ouderkerk	8 095	125	48%	394%
Wognum	8 081	555	– 71%	– 39%
Medemblik	8 037	242	18%	48%
Mook en Middelaar	7 977	206	12%	76%
Venhuizen	7 812	120	72%	160%
Meerlo-Wanssum	7 728	148	– 26%	– 10%
Leersum	7 510	102	61%	200%
Sevenum	7 373	102	23%	120%
Amerongen	7 231	98	90%	263%
Ten Boer	7 171	295	– 9%	97%
Noord-Beveland	7 124	148	53%	115%
Obdam	6 766	131	– 9%	107%
Lith	6 724	130	– 7%	53%
Muiden	6 656	98	53%	70%
Baarle-Nassau	6 545	163	26%	172%
Graft-De Rijp	6 486	120	19%	176%
Andijk	6 423	159	4%	57%
Zeevang	6 323	64	46%	349%
Hunsel	6 205	142	21%	224%
Millingen aan de Rijn	5 914	348	– 22%	33%
Maarn	5 903	168	– 29%	10%
Meijel	5 830	92	7%	109%
Haarlemmerliede c.a.	5 556	94	77%	159%
Bennebroek	5 225	190	14%	60%
Schermer	4 900	78	39%	238%
Renswoude	4 266	58	31%	244%
Kessel	4 214	65	11%	106%
Valkenburg	3 813	61	– 50%	103%
Ameland	3 525	131	– 42%	– 42%
Thorn	2 528	122	– 38%	106%
Rozendaal	1 509	26	19%	504%
Schiermonnikoog	992	43	– 32%	130%

BIJLAGE 5

Herverdeeleffecten variant 2 en 2a in 2006

In deze bijlage wordt een simulatie van de herverdeeleffecten in 2006 gepresenteerd. Hierbij wordt rekening gehouden met een overgangsregime dat moet leiden tot een verdeling die in 2011 volledig gebaseerd is op de nieuwe systematiek. De herverdeeleffecten zijn berekend als het verschil tussen het budget volgens het overgangsregime en het budget volgens de huidige systematiek uitgedrukt als percentage van het budget volgens de huidige systematiek.

	Bevolking 1-1-2004	Variant 2a	Variant 2
Amsterdam	739 104	– 1,0	– 2,8
Rotterdam	598 923	– 1,4	– 2,1
Den Haag	469 059	– 1,9	– 3,3
Utrecht	270 244	– 4,7	– 7,7
Eindhoven	207 870	0,8	– 3,9
Tilburg	198 767	– 2,4	– 4,5
Groningen	179 185	– 1,5	– 0,9
Almere	170 704	9,2	11,1
Breda	166 035	0,4	– 1,9
Nijmegen	157 466	– 3,0	– 4,2
Apeldoorn	156 000	– 1,3	– 0,9
Enschede	152 989	– 3,3	– 3,6
Haarlem	147 343	1,3	– 2,7
Arnhem	141 601	– 0,7	– 1,6
Zaanstad	139 774	4,0	0,3
's-Hertogenbosch	133 511	– 4,5	– 7,9
Amersfoort	132 851	2,2	– 1,4
Haarlemmermeer	127 750	9,2	26,7
Maastricht	122 183	– 0,2	– 1,3
Dordrecht	119 649	0,8	– 0,8
Leiden	118 702	3,2	– 2,0
Zoetermeer	114 216	12,9	13,3
RSD Alblasserwaard-Oost/Vijfheerenlanden	111 130	3,8	9,6
Zwolle	110 880	– 2,3	– 3,7
Emmen	108 354	– 0,2	– 1,3
Ede	105 495	2,3	3,1
Sittard-Geleen	97 487	1,5	0,8
Westland	97 270	– 1,8	5,2
Delft	95 817	4,7	0,7
Deventer	94 470	– 6,7	– 8,7
Alkmaar	94 121	1,7	0,4
Heerlen	93 523	5,7	3,9
Venlo	92 094	1,6	– 2,1
Leeuwarden	91 354	– 0,4	– 2,0
DSZW Noardwest Fryslân	87 343	– 5,7	– 4,7
Helmond	85 127	2,0	– 1,0
RSD Hoeksche Waard	84 844	5,7	27,9
Hilversum	83 454	3,9	1,7
Hengelo (Ov)	80 961	– 4,9	– 5,1
Amstelveen	78 866	1,5	6,3
Roosendaal	77 916	14,3	11,7
ISD Bollenstreek	77 547	29,8	25,1
Oss	76 307	– 1,5	– 3,2
Purmerend	75 831	2,8	6,9
Schiedam	75 619	3,8	4,4
Spijkenisse	75 170	15,4	20,5
Vlaardingen	74 058	13,8	16,9
Leidschendam-Voorburg	73 832	22,9	21,7
Almelo	72 227	– 3,4	– 3,5
Gouda	71 797	2,7	0,5
Alphen aan den Rijn	70 477	1,3	0,4
Lelystad	69 640	3,3	4,5
Hoorn	67 952	– 2,4	– 5,0
Velsen	67 642	16,2	20,0
ISD Zuidwest-Fryslân	66 679	– 1,7	6,5
Bergen op Zoom	66 140	3,2	1,3
Capelle aan den IJssel	65 354	10,1	12,9
ISD Noordenkwartier	62 010	1,3	6,9
Assen	61 925	0,9	1,8
Nieuwegein	61 803	9,4	8,5
Veenendaal	61 111	14,3	14,9
Zeist	60 373	– 2,1	– 4,9
Den Helder	59 795	2,8	3,5
Hardenberg	57 820	– 2,0	0,3
Doetinchem	56 260	– 1,1	– 4,4
Terneuzen	55 412	4,1	3,9
Smallingerland	54 053	– 4,9	– 5,0
Hoogeveen	53 663	4,0	– 1,2
Oosterhout	53 121	6,0	3,7
Kerkrade	50 035	5,4	2,8
Barneveld	50 019	16,1	36,5
Kampen	48 949	3,3	6,4
Oude IJsselstreek	48 949	– 4,2	– 7,0
Weert	48 724	0,7	4,3
Woerden	48 096	– 4,5	– 6,0
Rijswijk	47 693	3,7	2,5
Heerhugowaard	47 239	4,2	8,0
Berkelland	46 668	7,0	6,6
Middelburg	46 350	– 0,5	– 1,1
Zutphen	45 775	0,4	– 2,2
Waalwijk	45 597	– 1,9	– 1,3
Noordoostpolder	45 568	6,6	16,1
Ridderkerk	45 528	16,2	26,7
Zwijndrecht	45 384	4,3	3,9
Vlissingen	45 236	2,0	1,5
Roermond	45 159	0,2	0,3
Soest	44 906	7,1	1,0
Rheden	44 886	2,8	3,5
Heusden	43 108	7,4	6,1
Lingewaard	43 019	8,8	20,5
Steenwijkerland	42 846	– 0,2	1,0
Heerenveen	42 642	– 2,7	– 2,2
Veldhoven	42 545	1,5	– 0,5
Houten	42 350	7,5	9,9
De Bilt	42 208	3,9	– 1,2
Huizen	41 974	4,3	2,2
Katwijk	41 822	16,0	25,4
ISD Voorne-Putten-Rozenburg	41 805	10,0	30,2
Overbetuwe	41 176	7,2	14,9
Tiel	40 609	2,0	– 0,1
Harderwijk	40 559	5,1	8,0
ISD Kompas	40 487	7,5	12,3
Hellevoetsluis	40 164	8,3	17,4
Uden	40 064	4,1	3,1
Wijchen	39 878	2,3	9,9
ISD Oldambt	39 848	– 5,0	– 6,1
Maarssen	39 843	4,8	1,2
Landgraaf	39 778	4,8	4,6
Etten-Leur	39 657	5,1	4,8
Venray	39 085	13,5	9,9
Nijkerk	37 983	– 0,4	6,9
Dronten	37 768	9,4	24,1
Bronckhorst	37 761	– 5,7	– 0,8
Pijnacker-Nootdorp	37 696	– 4,1	2,6
Geldrop-Mierlo	37 680	9,7	15,0
ISD de Rijnstreek	37 507	– 6,7	5,8
Barendrecht	37 257	– 2,2	26,3
Raalte	37 144	0,7	7,5
Beverwijk	36 995	14,0	16,8
Veghel	36 810	– 0,7	1,5
Moerdijk	36 775	10,0	10,6
Goes	36 591	0,3	1,1
Heemskerk	36 294	11,3	15,7
Coevorden	36 220	2,6	4,1
Rijssen-Holten	36 170	0,9	11,8
Hellendoorn	36 105	– 3,5	6,1
Montferland	35 340	1,4	8,8
Castricum	35 291	0,9	0,6
Wageningen	35 137	– 3,8	– 6,3
Hof van Twente	35 000	2,4	12,1
De Ronde Venen	34 437	16,3	33,6
Schouwen-Duiveland	34 415	4,1	10,1
Hoogezand-Sappemeer	34 003	– 0,8	0,5
Stadskanaal	33 708	– 2,5	– 3,4
IJsselstein	33 577	11,4	12,1
Twenterand	33 493	5,2	16,7
Epe	33 309	– 1,0	2,8
Maassluis	32 847	7,7	13,6
Sneek	32 836	– 4,0	– 4,6
Midden-Drenthe	32 806	6,4	16,2
Lochem	32 767	– 2,4	– 4,9
Tynaarlo	32 203	7,4	11,9
Echt-Susteren	32 194	2,0	10,7
Deurne	32 083	1,3	5,8
Tytsjerksteradiel	31 963	– 5,1	– 3,4
Renkum	31 908	4,5	7,6
Bergen (NH.)	31 738	– 5,5	– 3,3
Oldenzaal	31 392	– 2,7	– 0,9
Bussum	31 300	2,1	– 3,9
Zevenaar	31 150	4,2	8,3
Valkenswaard	31 091	12,1	7,6
Papendrecht	30 914	7,1	9,1
Meppel	30 651	1,6	1,4
Halderberge	29 679	8,0	8,5
Brunssum	29 595	0,0	0,4
Boxtel	29 512	0,0	1,3
Opsterland	29 436	– 4,3	– 1,0
Boxmeer	29 395	– 4,0	– 1,7
Winterswijk	29 299	– 2,1	– 1,5
Leusden	29 106	– 5,6	– 12,9
Krimpen aan den IJssel	29 046	11,6	24,4
Groenlo	28 985	– 3,7	– 5,1
Bernheze	28 868	– 1,6	4,6
Horst aan de Maas	28 813	– 0,4	2,4
Delfzijl	28 809	– 0,6	4,5
Best	28 658	4,5	3,0
Veendam	28 275	– 3,3	– 4,0
Edam-Volendam	28 194	16,6	76,5
Achtkarspelen	28 156	– 1,8	– 4,1
Sint-Michielsgestel	27 886	1,5	1,6
Hulst	27 877	– 2,3	0,2
Gemert-Bakel	27 841	1,8	13,0
Skarsterlân	27 096	– 1,6	4,5
Uithoorn	26 763	22,2	44,1
Ooststellingwerf	26 683	0,3	5,5
Drimmelen	26 663	8,3	18,0
Nunspeet	26 634	1,2	13,4
Stein	26 608	12,2	18,5
Culemborg	26 594	3,8	3,0
Ermelo	26 590	6,3	18,1
Dalfsen	26 428	– 6,3	6,6
Werkendam	26 373	7,0	28,6
Borger-Odoorn	26 360	4,3	7,5
Waddinxveen	26 304	2,9	6,0
Zaltbommel	26 191	4,1	6,3
Leiderdorp	26 182	– 2,8	– 8,2
Dinkelland	26 094	– 5,2	15,6
Weststellingwerf	25 990	– 4,7	– 1,5
Duiven	25 812	8,5	26,8
Oisterwijk	25 784	– 3,2	– 1,1
Buren	25 756	2,0	6,7
Geldermalsen	25 667	– 1,7	– 3,8
Heemstede	25 660	0,0	– 9,8
Wassenaar	25 506	17,9	25,7
Beuningen	25 459	2,9	10,5
Dongen	25 306	1,9	6,0
Langedijk	25 278	8,1	21,5
Aa en Hunze	25 218	– 4,6	0,0
Vught	25 157	– 0,3	– 2,4
Gilze en Rijen	25 093	12,5	15,0
Dongeradeel	25 008	1,3	3,9
Sluis	24 596	8,4	7,1
Baarn	24 503	– 0,8	2,6
Noordwijk	24 452	7,6	12,1
Tholen	24 386	8,8	13,8
Cuijk	24 177	– 1,1	1,5
Haaksbergen	24 123	– 2,0	8,7
Diemen	24 049	15,4	20,3
De Wolden	23 850	3,1	10,3
Sliedrecht	23 837	– 2,4	3,5
Voorst	23 639	1,2	12,9
Maasdriel	23 521	0,8	2,0
Wijk bij Duurstede	23 511	2,6	9,5
Steenbergen	23 484	3,5	3,9
Nuenen c.a.	23 367	7,0	– 6,6
Wierden	23 343	2,6	29,9
Wijdemeren	23 333	– 1,3	5,2
Schijndel	23 319	– 0,9	6,4
Putten	23 180	20,9	46,8
Loon op Zand	22 976	– 2,0	– 3,4
Hendrik-Ido-Ambacht	22 966	7,2	16,6
Oldebroek	22 951	– 3,6	9,6
Aalsmeer	22 915	12,9	53,3
Rucphen	22 624	9,5	12,4
Goirle	22 578	1,8	4,7
Losser	22 508	– 5,1	– 0,1
Voorschoten	22 505	17,4	13,3
Nieuwerkerk aan den IJssel	22 344	8,8	27,0
Borsele	22 318	1,6	13,3
Neder-Betuwe	22 289	– 0,2	12,9
Veere	22 130	0,1	12,8
Heiloo	22 058	7,8	10,3
Zwartewaterland	22 034	– 5,6	12,5
Elburg	21 753	– 2,2	13,8
Laarbeek	21 583	2,0	10,9
Brummen	21 473	– 4,0	– 7,0
Woensdrecht	21 415	9,9	8,6
Stede Broec	21 386	0,1	3,9
Oegstgeest	21 188	2,1	– 12,8
Reimerswaal	20 966	17,0	32,5
Geertruidenberg	20 940	1,5	7,4
Borne	20 600	– 3,9	4,7
Zundert	20 431	3,6	16,6
Tubbergen	20 298	– 9,7	14,8
Cranendonck	20 149	3,5	7,5
Meerssen	19 986	5,7	11,1
Vianen	19 837	23,9	22,0
Dantumadeel	19 762	– 0,8	– 0,1
Albrandswaard	19 607	6,2	25,5
Helden	19 555	– 6,9	– 7,6
Bodegraven	19 478	5,9	14,0
Bunschoten	19 450	8,5	46,4
Zeewolde	19 180	39,6	73,8
Bladel	19 153	2,9	15,9
Boarnsterhim	19 108	– 0,1	– 2,2
Haren	19 048	– 2,0	5,6
Westerveld	19 036	– 4,2	– 0,4
Aalten	18 998	2,0	6,1
Rijnwoude	18 986	5,2	18,9
Groesbeek	18 839	– 9,8	– 7,6
Driebergen-Rijsenburg	18 564	0,8	3,4
Alblasserdam	18 386	5,8	12,5
Heerde	18 349	– 9,1	– 2,1
Eersel	18 286	8,0	17,1
West Maas en Waal	18 232	– 0,9	6,3
Someren	18 223	4,0	12,9
Schagen	18 198	3,8	9,3
Zuidhorn	18 150	– 1,4	10,1
Bergeijk	18 137	10,1	13,7
Rhenen	17 875	1,3	18,0
Weesp	17 843	– 5,4	1,7
Oirschot	17 839	– 2,2	5,1
Druten	17 786	– 7,6	– 1,1
Valkenburg aan de Geul	17 768	3,7	6,7
Berkel en Rodenrijs	17 535	24,4	74,8
Middelharnis	17 450	1,8	26,4
Waterland	17 266	5,8	47,9
Enkhuizen	17 241	4,8	2,4
Beek	17 105	5,3	12,4
Midden-Delfland	17 072	5,6	– 12,3
Urk	17 044	8,5	51,0
Olst-Wijhe	17 035	– 1,5	8,1
Naarden	17 031	– 6,4	– 12,0
Sint-Oedenrode	16 982	15,9	36,9
Vlagtwedde	16 973	– 9,2	– 9,2
Ommen	16 938	– 5,2	5,6
Eemsmond	16 927	1,9	8,8
Bloemendaal	16 922	6,3	– 9,7
Zandvoort	16 866	14,3	16,2
Gennep	16 754	– 0,6	7,0
Heumen	16 686	3,5	8,4
Waalre	16 502	12,9	– 0,8
Wymbritseradiel	16 312	– 1,5	12,4
Asten	16 138	3,5	11,7
Nederweert	16 100	1,8	46,8
Westervoort	16 068	14,2	21,7
Bergschenhoek	15 870	30,8	72,0
Harenkarspel	15 867	– 5,5	3,5
Wormerland	15 765	12,9	9,5
Staphorst	15 665	– 4,3	35,8
Heeze-Leende	15 258	– 3,5	– 0,6
Boskoop	15 225	8,0	23,0
Gulpen-Wittem	15 135	9,7	18,1
Son en Breugel	15 070	3,9	– 2,9
Hilvarenbeek	15 016	1,1	11,6
Rijnsburg	14 941	4,4	33,0
Slochteren	14 906	– 3,8	9,7
Nederlek	14 831	10,4	41,8
Landerd	14 807	1,8	17,4
Voorhout	14 792	3,8	24,6
Alkemade	14 481	3,3	24,9
Breukelen	14 457	7,3	2,3
Woudrichem	14 307	3,9	36,8
Westvoorne	14 265	9,5	38,3
Winsum	14 257	– 1,6	6,3
Bunnik	14 087	– 3,6	– 6,0
Haaren	14 037	– 3,2	11,3
Anna Paulowna	13 953	– 1,3	7,2
Wester-Koggenland	13 901	– 1,9	4,8
Lopik	13 870	12,3	64,6
Texel	13 735	0,2	1,0
Maasbracht	13 722	3,3	26,1
Schinnen	13 634	16,5	15,6
Margraten	13 551	5,2	14,0
Pekela	13 482	– 3,3	– 2,7
Bergen (L.)	13 477	7,3	18,5
Montfoort	13 367	2,6	24,8
Beesel	13 341	4,7	1,3
Kollumerland c.a.	13 128	– 3,0	– 1,0
Ouder-Amstel	13 055	15,8	18,5
Grave	12 861	– 4,0	0,0
Reeuwijk	12 860	6,6	22,5
Maasbree	12 855	7,5	10,2
Menterwolde	12 621	– 3,2	– 3,6
Wieringermeer	12 583	7,2	20,1
Appingedam	12 415	– 1,4	5,3
Reusel-De Mierden	12 371	8,5	43,5
Schoonhoven	12 303	3,7	14,6
Heythuysen	12 261	– 1,6	19,2
Aalburg	12 204	8,3	47,4
Grootegast	11 934	– 2,6	10,5
Eijsden	11 866	8,1	18,9
Sint Anthonis	11 843	– 7,5	0,9
Uitgeest	11 783	39,1	65,3
Hattem	11 782	– 2,8	4,3
Kapelle	11 627	10,2	35,6
Niedorp	11 617	1,8	18,5
Laren	11 590	1,2	– 0,9
Goedereede	11 544	43,8	146,5
Neerijnen	11 460	5,3	27,6
Doesburg	11 446	2,8	3,3
Zijpe	11 381	5,0	11,1
Maasdonk	11 375	1,9	17,3
Woudenberg	11 228	0,1	31,1
De Marne	11 210	0,4	9,5
Opmeer	11 201	2,8	22,9
Rijnwaarden	11 198	2,0	16,9
Loppersum	11 061	3,1	22,0
Mill en Sint Hubert	11 044	– 3,2	11,9
Ambt Montfort	10 989	8,8	20,2
Bedum	10 816	– 0,7	17,1
Lingewaal	10 759	10,4	41,4
Noorder-Koggenland	10 500	3,9	7,7
Bleiswijk	10 449	25,4	79,8
Vaals	10 423	14,1	17,7
Roerdalen	10 418	9,8	31,7
Drechterland	10 378	– 5,0	– 2,7
Landsmeer	10 315	2,9	19,6
Doorn	10 262	– 2,4	3,6
Zevenhuizen-Moerkapelle	10 198	2,1	24,1
Oostflakkee	10 126	17,0	47,5
Haelen	10 019	– 4,8	5,8
Vlist	9 803	– 5,9	7,6
Oudewater	9 795	– 3,8	18,9
Bellingwedde	9 704	– 6,5	– 4,8
Graafstroom	9 697	2,8	55,4
Nieuw-Lekkerland	9 539	2,7	27,6
Alphen-Chaam	9 414	6,8	39,5
Boekel	9 396	11,2	42,6
Ubbergen	9 362	– 7,5	– 3,5
Bergambacht	9 280	– 7,6	4,3
Blaricum	9 257	– 3,6	– 9,3
Oostzaan	9 176	5,6	28,0
Scherpenzeel	9 033	– 0,9	30,1
Arcen en Velden	8 870	– 2,6	– 16,0
Swalmen	8 764	3,0	16,0
Eemnes	8 670	0,4	– 0,1
Abcoude	8 624	– 1,9	4,3
Beemster	8 541	– 7,5	6,1
Zoeterwoude	8 526	– 6,3	3,5
Wervershoof	8 485	2,8	19,1
Wieringen	8 451	– 1,8	9,4
Onderbanken	8 412	8,3	12,5
Roggel en Neer	8 375	– 6,3	17,5
Loenen	8 343	6,3	7,6
Heel	8 335	– 11,7	– 3,1
Dirksland	8 269	10,2	52,2
Moordrecht	8 110	2,8	12,4
Ouderkerk	8 095	8,1	66,7
Wognum	8 081	– 11,8	– 6,4
Medemblik	8 037	3,1	7,7
Mook en Middelaar	7 977	2,0	12,3
Venhuizen	7 812	12,0	27,3
Meerlo-Wanssum	7 728	– 4,4	– 1,6
Leersum	7 510	10,2	32,2
Sevenum	7 373	3,8	19,6
Amerongen	7 231	15,1	39,5
Ten Boer	7 171	– 1,6	14,7
Noord-Beveland	7 124	8,8	19,5
Obdam	6 766	– 1,5	17,6
Lith	6 724	– 1,2	8,8
Muiden	6 656	8,8	11,5
Baarle-Nassau	6 545	4,3	27,4
Graft-De Rijp	6 486	3,1	26,7
Andijk	6 423	0,7	9,7
Zeevang	6 323	7,6	56,8
Hunsel	6 205	3,5	37,0
Millingen aan de Rijn	5 914	– 3,6	5,5
Maarn	5 903	– 4,8	2,1
Meijel	5 830	1,2	18,8
Haarlemmerliede c.a.	5 556	12,9	25,8
Bennebroek	5 225	2,3	9,6
Schermer	4 900	6,6	39,5
Renswoude	4 266	5,2	43,9
Kessel	4 214	1,8	16,5
Valkenburg	3 813	– 8,4	16,9
Ameland	3 525	– 7,0	– 7,4
Thorn	2 528	– 6,3	17,5
Rozendaal	1 509	3,2	84,7
Schiermonnikoog	992	– 5,4	23,9

BIJLAGE 6

Bedrag per bijstandsgerechtigde bij variant 2a in probleemwijken

gemnaam	wijknaam	bedrag per wwb-er
Amsterdam	Spaarndammer- en Zeeheldenbuurt	4 039
Amsterdam	Indische buurt West: Stadsdeel Zeeburg	4 022
Amsterdam	Indische buurt Oost	4 023
Amsterdam	De Kolenkit	4 186
Amsterdam	Nieuwendam-Noord	4 154
Amsterdam	Geuzenveld	4 253
Amsterdam	Osdorp Midden	4 125
Amsterdam	Osdorp-Oost	4 220
Amsterdam	Overtoomse Veld	4 040
Amsterdam	Bijlmer-Centrum D,F en H	4 116
Amsterdam	Bijlmer-Oost E,G en K	4 150
Amsterdam	aandachtswijk	4 116
Amsterdam	overig	3 843
Rotterdam	Crooswijk Noord	4 313
Rotterdam	Hoogvliet	3 990
Rotterdam	Oud Zuid	4 334
Rotterdam	Rotterdam West	4 309
Rotterdam	Zuidelijke Tuinsteden	4 241
Rotterdam	Hillesluis	4 328
Rotterdam	aandachtswijk	4 278
Rotterdam	overig	4 025
Den Haag	Transvaal	4 654
Den Haag	Zuidwest	3 998
Den Haag	Duindorp	4 403
Den Haag	Laakkwartier en Spoorwijk	4 054
Den Haag	Rustenburg/Oostbroek	4 637
Den Haag	aandachtswijk	4 172
Den Haag	overig	3 856
Utrecht	Ondiep	3 952
Utrecht	Zuilen-Noord	3 839
Utrecht	Overvecht	4 000
Utrecht	Oud Hoograven	3 790
Utrecht	Nieuw Hoograven	3 514
Utrecht	Tolsteeg en Rotsoord	3 790
Utrecht	Transwijk-Zuid	3 937
Utrecht	Transwijk-Noord	3 937
Utrecht	Kanaleneiland-Zuid	3 841
Utrecht	Kanaleneiland-Noord	3 841
Utrecht	aandachtswijk	3 921
Utrecht	overig	3 372
Nijmegen	Nije Veld	4 012
Nijmegen	Hazenkamp	1 667
Nijmegen	Benedenstad	3 917
Nijmegen	Centrum	3 713
Nijmegen	Goffert	3 932
Nijmegen	aandachtswijk	3 858
Nijmegen	overig	3 821
Enschede	De Velve Lindenhof	4 164
Enschede	De Laares	4 172
Enschede	Wesselerbrink NO	4 175
Enschede	Wesselerbrink ZO	4 167
Enschede	Wesselerbrink ZW	4 170
Enschede	Wesselerbrink NW	4 172
Enschede	aandachtswijk	4 170
Enschede	overig	3 783
Haarlem	Delftwijk	4 092
Haarlem	Europawijk	4 023
Haarlem	Binnenstad/Oude stad	3 891
Haarlem	Centrum	3 983
Haarlem	Stationsbuurt	3 646
Haarlem	Spaarnwouderbuurt	3 768
Haarlem	aandachtswijk	3 961
Haarlem	overig	3 753
Amersfoort	De Koppel	3 710
Amersfoort	De Kruiskamp	3 797
Amersfoort	Schuilenburg	3 637
Amersfoort	Randenbroek	3 824
Amersfoort	aandachtswijk	3 765
Amersfoort	overig	3 315
Maastricht	City	3 782
Maastricht	Jekerkwartier	4 221
Maastricht	Kommelkwartier	4 031
Maastricht	Statenkwartier	3 866
Maastricht	Boschstraatkwartier	4 011
Maastricht	Oud-Caberg	3 891
Maastricht	Malberg	3 938
Maastricht	Boschpoort	3 806
Maastricht	Nazareth	3 872
Maastricht	Limmel	4 164
Maastricht	aandachtswijk	3 928
Maastricht	overig	3 888
Dordrecht	Dordrecht West	4 098
Dordrecht	Wielwijk	4 226
Dordrecht	Crabbenhof/Zuidhoven	4 148
Dordrecht	aandachtswijk	4 145
Dordrecht	overig	3 667
Leeuwarden	Achter de Hoven	4 067
Leeuwarden	Bilgaard, Havankpark en omgeving	4 159
Leeuwarden	Vrijheidswijk	4 173
Leeuwarden	aandachtswijk	4 151
Leeuwarden	overig	3 787

---

1 De indeling in Coropgebieden is een van de indelingen die het CBS hanteert ten behoeve van de regionale statistieken.