28 867
Wijziging van de titels 6, 7 en 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (aanpassing wettelijke gemeenschap van goederen)

nr. 10
TEKST VAN DE TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING EN VAN DE TOELICHTING ZOALS DEZE AAN DE RAAD VAN STATE ZIJN VOORGELEGD, VOORZOVER DAARIN WIJZIGINGEN ZIJN AANGEBRACHT NADAT HET ADVIES IS GEVRAAGD

1. De tekst van het voorgestelde onderdeel a van artikel 87, derde lid, luidde:

a. indien de echtgenoot het vermogen van de andere echtgenoot zonder diens toestemming heeft aangewend op de wijze als bedoeld in het eerste lid, beloopt de vergoeding ten minste het nominale bedrag dat ten laste van het vermogen van de andere echtgenoot is gekomen;.

2. De voorvoorlaatste volzin van paragraaf 1, onderdeel c, derde alinea, van de toelichting luidde als volgt: In deze nota van wijziging is tot uitdrukking gebracht dat alsdan de vergoeding wordt berekend naar het tijdstip van vervreemding, behalve voorzover bij de vervreemding een ander goed voor het vervreemde goed in de plaats is gekomen.

3. In het artikelsgewijze gedeelte van de toelichting ontbrak bij artikel 87 de derde volzin.

Naar boven