28 844 Integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie

Nr. 57 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 oktober 2011

Bij brief van 10 juni 2011 heb ik u geïnformeerd over het ontwerpbesluit tot instelling van de Commissie advies- en verwijspunt klokkenluiden. In die brief heb ik u toegezegd dat deze algemene maatregel van bestuur (AMvB) na publicatie in het Staatsblad, maar voor inwerkingtreding aan uw Kamer zal worden aangeboden. Bij brief van 6 juli 2011 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse zaken mij verzocht om met betrekking tot de AMvB geen onomkeerbare stappen te nemen. Tevens heeft de vaste commissie aangekondigd de nog te ontvangen AMvB te agenderen voor een rondetafelgesprek over klokkenluiden. Het rondetafelgesprek zal op 5 oktober a.s. plaatsvinden.

Zoals toegezegd ontvangt u hierbij het besluit tot instelling van de Commissie advies- en verwijspunt klokkenluiden met de nota van toelichting1, vergezeld van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State en het nader rapport. In het nader rapport wordt ingegaan op de opmerkingen die de Afdeling advisering van de Raad van State heeft gemaakt.

De AMvB is vandaag in het Staatsblad gepubliceerd, maar nog niet in werking getreden. In de nader rapportfase is de inwerkingtredingsbepaling aangepast in die zin dat het besluit op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip in werking zal treden. Bovendien is het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State opgevolgd door van de AMvB een tijdelijke voorziening te maken. Het besluit vervalt met ingang van 1 juli 2015. Voor die datum is gekozen, zodat de Commissie advies- en verwijspunt na twee jaar (eind 2013) geëvalueerd kan worden en de uitkomsten daarvan mee kunnen worden genomen in een op te stellen instellingswet, die dan voor of per 1 juli 2015 in werking kan treden. De tijdelijkheid van de regeling is tevens tot uitdrukking gebracht in de citeertitel: «Tijdelijk besluit Commissie advies- en verwijspunt klokkenluiden».

Op deze wijze kan een snelle totstandkoming van een onafhankelijke commissie worden gerealiseerd. In de nota van toelichting is de lange voorgeschiedenis van een regeling omtrent de problematiek rond de klokkenluiders beschreven. Gegeven het feit dat met wetgeving zeker nog een hele tijd gemoeid zou zijn, heeft het kabinet gekozen voor bijgaande regeling.

Ik wens u een vruchtbaar rondetafelgesprek toe.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. P. H. Donner


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven