28 811
Gebeurtenissen met betrekking tot H.K.H. Prinses Margarita de Bourbon de Parme en haar echtgenoot

nr. 8
BRIEF VAN DE MINISTER-PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 23 april 2003

Naar aanleiding van de publiciteit van heden, hecht ik eraan u het volgende te berichten.

Het onderwerp dat RTL4 vandaag aansnijdt vormde de kern van het Kamerdebat dat op 12 maart 2003 is gevoerd over de zaak van prinses Margarita en de heer De Roy van Zuydewijn.

Het kabinet heeft geoordeeld dat er in de zaak van de onderzoeken inzake de heer De Roy van Zuydewijn rechtmatig is gehandeld.

Voor dat deze conclusie werd getrokken is de zaak vanzelfsprekend grondig en van alle kanten bezien.

De Landsadvocaat heeft daarbij niet bekeken of sprake zou kunnen zijn van een situatie van onrechtmatig handelen. De Landsadvocaat heeft in een notitie aangegeven welke verschillende juridische aspecten aan de orde zouden kunnen komen indien er sprake zou zijn van onrechtmatig handelen van de directeur van het Kabinet van de Koningin. Of er sprake is van onrechtmatig handelen heeft de Landsadvocaat niet beoordeeld. Daarover is ook geen advies uitgebracht.

De Kamer is schriftelijk en tijdens het debat door het kabinet juist geïnformeerd.

De heer Nicolaï heeft aangekondigd nog een brief aan de TK te sturen met nadere vragen en opmerkingen.

Vanzelfsprekend zal het kabinet vragen van de Kamer hierover desgewenst beantwoorden. Ook over de notitie van de Landsadvocaat kan zonodig – zij het in het belang van de Staat vertrouwelijk – informatie aan de Kamer worden verstrekt.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

J. P. Balkenende