28 799
Wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de wijziging van bepalingen voor de financiële verslaggeving door verzekeringsmaatschappijen

nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP

Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de wijziging van bepalingen voor de financiële verslaggeving door verzekeringsmaatschappijen.

De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust.

En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.

's-Gravenhage

24 februari 2003

Beatrix

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het Burgerlijk Wetboek te wijzigen met het oog op de verbetering van de kwaliteit en de transparantie van de financiële verslaggeving door verzekeringsmaatschappijen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Titel 9, afdeling 15, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 434 komt te luiden:

Artikel 434

Onder de overlopende activa worden vervallen, maar nog niet opeisbare rente en huur afzonderlijk opgenomen:

B

Artikel 435 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:

a. de voorziening voor niet-verdiende premies en de voorziening voor lopende risico's, waaronder de catastrofevoorziening indien deze is getroffen;

2. Onder verlettering van de onderdelen e en f van het eerste lid tot f en g wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

e. Een voorziening voor latente winstdelingsverplichtingen;

3. De laatste volzin van het derde lid komt te luiden: In het levensverzekeringsbedrijf worden de nog af te schrijven rentestandkortingen in mindering gebracht op de voorziening voor levensverzekering. In het schadeverzekeringsbedrijf worden de nog af te schrijven rentestandkortingen in mindering gebracht op de voorziening voor niet-verdiende premies dan wel op de voorziening voor lopende risico's.

4. Het vierde lid komt te luiden:

4. De nog af te schrijven acquisitiekosten worden in mindering gebracht op de voorziening voor levensverzekering dan wel op de voorziening voor niet-verdiende premies.

5. De eerste volzin van het vijfde lid komt te vervallen.

6. Het zesde lid komt te luiden:

6. In het levensverzekeringsbedrijf behoeft geen technische voorziening voor te betalen uitkeringen te worden vermeld en wordt de voorziening voor niet-verdiende premies opgenomen onder de voorziening voor levensverzekering.

C

Na artikel 435 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 435a

1. In de toelichting worden mutatieoverzichten opgenomen betreffende:

a. de onder de voorziening voor lopende risico's opgenomen catastrofevoorziening;

b. de op de technische voorzieningen in mindering gebrachte nog af te schrijven post rentestandkortingen;

c. de op de voorziening voor levensverzekering of de voorziening voor niet-verdiende premies in mindering gebrachte nog af te schrijven acquisitiekosten;

d. de voorziening voor latente winstdelingverplichtingen.

2. Uit elk van de in lid 1 bedoelde overzichten blijkt:

a. het bedrag van de post aan het begin van het boekjaar;

b. de toevoegingen of verminderingen van de post over het boekjaar, gesplitst naar hun aard;

c. het bedrag van de post aan het einde van het boekjaar.

3. In de toelichting worden de grondslagen voor de vorming en waardering van een voorziening voor latente winstdelingverplichtingen vermeld.

4. Een verzekeringsmaatschappij met zetel in Nederland die het levensverzekeringsbedrijf uitoefent, vermeldt in een in de toelichting opgenomen overzicht de kwantitatieve uitkomst en de gehanteerde grondslagen van de door de Pensioen- & Verzekeringskamer voorgeschreven toets op de toereikendheid van de technische voorzieningen, bedoeld in artikel 66, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en artikel 38, eerste lid, van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf.

D

Aan artikel 438 wordt een lid toegevoegd luidende:

5. Tenzij de eerste volzin van lid 4 is toegepast, worden in het boekjaar gerealiseerde winsten op beleggingen gewaardeerd op de grondslag van de actuele waarde in de winst- en verliesrekening in aanmerking genomen onder post b van lid 1.

E

Artikel 439, zesde lid, komt te luiden:

6. Tenzij de cumulatieve uitloop over de drie voorgaande boekjaren en de uitloop in het boekjaar telkens minder bedraagt dan tien procent van het resultaat van de technische rekening van het desbetreffende boekjaar, worden in de toelichting in een overzicht per branchegroep vermeld de aard en omvang van de uitloop in het boekjaar van de ten laste van de drie voorgaande boekjaren gevormde voorzieningen voor te betalen schaden of uitkeringen. In dit overzicht worden tevens per branchegeroep vermeld de aard en omvang van de totale uitloop in het boekjaar van de ten laste van het vierde voorgaande boekjaar en de boekjaren daarvoor gevormde voorzieningen voor te betalen schaden of uitkeringen. In dit overzicht wordt het effect van toegepaste discontering aangegeven.

F

Na artikel 440 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 2a. Het overzicht van de samenstelling van het totaalresultaat

Artikel 440a

In aansluiting op de winst- en verliesrekening wordt een overzicht van de samenstelling van het totaalresultaat opgenomen. Het totaalresultaat is gelijk aan het verschil in eigen vermogen tussen de balans aan het begin van het boekjaar en de balans aan het eind van het boekjaar, gecorrigeerd voor kapitaalstortingen en kapitaalonttrekkingen.

G

Aan artikel 441 wordt een lid toegevoegd, luidende:

9. In de toelichting wordt vermeld:

a. het bedrag van de solvabiliteit waarover de verzekeringsmaatschappij tenminste moet beschikken;

b. het bedrag van de solvabiliteit dat het bestuur van de verzekeringsmaatschappij noodzakelijk acht;

c. het bedrag van de aanwezige solvabiliteit.

H

Aan artikel 442, wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. De beleggingen, bedoeld in artikel 430 lid 4, onder a, waaronder de beleggingen in converteerbare obligaties, worden op de grondslag van de actuele waarde gewaardeerd.

I

Artikel 443, eerste lid, komt te luiden:

1. Waardepapieren met een vaste rente of van de rentestand afhankelijke rente die tot de beleggingen behoren, worden op de grondslag van de actuele waarde of tegen de aflossingswaarde gewaardeerd, onverminderd de toepassing van artikel 387 lid 4. Indien deze waardepapieren geen aflossingswaarde kennen, worden zij op grondslag van de actuele waarde of tegen de verkrijgingspijs gewaardeerd, onverminderd de toepassing van artikel 387 lid 4.

J

Na artikel 444 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 444a

De afschrijving van de op de voorziening voor levensverzekering, op de voorziening voor niet-verdiende premies dan wel op de voorziening voor lopende risico's in mindering gebrachte rentestandkortingen en de afschrijving van de op de voorziening voor levensverzekering in mindering gebrachte nog af te acquisitiekosten vindt plaats op de grondslag van actuariële methoden.

ARTIKEL II

1. Artikel I, onderdeel B, eerste lid, onder a en tweede lid, onder e, onderdeel C, eerste lid, onder a en het tweede lid voor zover het tweede lid betrekking heeft op het eerste lid, onder a en het derde lid, onderdeel D, onderdeel F van deze wet zijn van toepassing op jaarrekeningen die worden opgesteld over het boekjaar dat is aangevangen op of na 1 januari 2003.

2. Artikel I, onderdeel B, derde lid en zesde lid, onderdeel C, eerste lid, onder b, tweede en vierde lid, onderdeel E, onderdeel F, H, I en J van deze wet zijn van toepassing op jaarrekeningen die worden opgesteld over het boekjaar dat is aangevangen op of na 1 januari volgend op de datum van de inwerkingtreding van deze wet.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de onderdelen van deze wet verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Justitie,

De Minister van Financiën,

Naar boven