nr. 155
nr. 1
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 31 januari 2003
Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen
op 31 januari 2003.
De wens over de voorgenomen rechtshandeling nadere inlichtingen te ontvangen
kan door of namens een van beide Kamers of door ten minste vijftien leden
van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden
gegeven uiterlijk 21 maart 2003.
Het oordeel dat de voorgenomen rechtshandeling een voorafgaande machtiging
bij de wet behoeft kan door een van beide Kamers worden uitgesproken uiterlijk
op 21 maart 2003, dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van de
in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.
Bij deze termijnen is rekening gehouden met de recesperiode
van de Tweede Kamer.
Gelet op artikel 34 van de Comptabiliteitswet 2001, deel ik u mee dat
de Staat – conform het gevoelen in de Ministerraad – het voornemen
heeft om de Stichting Kenniscentrum Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
(MVO) op te richten.
Dit voornemen is opgenomen in het Kabinetsstandpunt van april 2001 bij
het SER-advies over maatschappelijk verantwoord ondernemen (Kamerstukken II,
2000–2001, 26 485, nr. 14). Over dit voornemen is in de Tweede
Kamer gesproken tijdens het Algemeen Overleg van 19 december 2001 naar aanleiding
van het toezenden aan de Tweede Kamer van de notitie over opzet en taakstelling
van het Kenniscentrum MVO (Kamerstukken II, 2001–2002, 26 485,
nr. 20). Het voornemen tot oprichting van het Kenniscentrum MVO is opgenomen
in de EZ-begroting.
Over de samenstelling van het bestuur van de Stichting Kenniscentrum MVO
i.o. is de Tweede Kamer geïnformeerd bij brief van 30 mei 2002.
Ik ben voornemens aan de Stichting Kenniscentrum MVO voor het tijdvak
2003 t/m 2007 subsidie te verlenen. Daarvoor heb ik jaarlijks 1,2 mln. euro
gereserveerd. Dit zal worden opgenomen in de 1e suppletoire begroting 2003.
Bijgaand treft u de notitie over opzet en taakstelling van het centrum
alsmede de conceptstatuten aan.1 Doel van de Stichting
Kenniscentrum MVO is het stimuleren van maatschappelijk verantwoord ondernemen
door:
– het bevorderen van kennis- en informatieoverdracht omtrent MVO,
zowel in de nationale als internationale context;
– het bevorderen van de onderliggende dialoog over MVO tussen ondernemers,
maatschappelijke organisaties, (lokale) overheden en burgers;
– het in nauwe samenwerking met bestaande kennisinstellingen, ondernemingen
en maatschappelijke organisaties identificeren van leemten in
kennis over MVO, teneinde op basis daarvan onderzoeksprogramma's op te (doen)
zetten.
De doelstellingen van de stichting worden geoperationaliseerd in het op
te stellen businessplan en de jaarlijkse werkplannen. Aan de hand van het
nog op te stellen businessplan en de jaarlijkse werkplannen zal de jaarlijkse
subsidiebijdrage worden berekend.
In het businessplan zullen ook de mogelijkheden worden opgenomen voor
het op termijn zelfstandig functioneren van het kenniscentrum. Dit met het
oog op de gewenste afbouw van de subsidie van overheidswege.
In september 2002 heb ik de President van de Algemene Rekenkamer, conform
artikel 34 lid 1 en 2 en artikel 96 van de Comptabiliteitswet 2001, in kennis
gesteld van mijn voornemen tot oprichting van de Stichting Kenniscentrum MVO.
De reactie van de President van de Algemene Rekenkamer treft u in afschrift
aan.1
De Stichting Kenniscentrum MVO zal als een netwerkorganisatie gaan opereren.
Daarom zal qua functionaliteit en wat betreft vestigingsplaats waar mogelijk
worden aangesloten bij (een) bestaande (kennis)organisatie(s).
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
J. G. Wijn