Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 april 2023
Bijgaand bied ik uw Kamer de validatiestudie «De toepassing van het adolescentenstrafrecht
bij 16- tot 23-jarigen» aan. Het onderzoek is uitgevoerd door onderzoekers van de
kennislijn Jeugdcriminaliteit van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum
(WODC).
Onderzocht is in hoeverre de zoekregels1 die het WODC en de Raad voor de Rechtspraak gebruiken om het aantal toepassingen
van het adolescentenstrafrecht bij 16- tot 23-jarigen te schatten, overeenstemmen
met de wet2 en de juiste zaken identificeren. Deze zoekregels worden gebruikt omdat de toepassing
van het adolescentenstrafrecht niet als zodanig in de registratiesystemen van het
Openbaar Ministerie en de rechtspraak worden geregistreerd. Echter, het is voor justitieel
beleid, maar ook voor maatschappelijke organisaties en in het kader van het Internationaal
Verdrag inzake de Rechten van het Kind,3 relevant om te weten hoe vaak het adolescentenstrafrecht wordt toegepast.
Conclusies en aanbevelingen
De validatiestudie toont aan dat de zoekregel van het WODC die gebruikt wordt om zaken
te identificeren waarin sprake is van het toepassen van het volwassenenstrafrecht
bij 16- en 17-jarigen een foutmarge heeft van bijna 16%. De zoekregel van de Raad
voor de Rechtspraak voor het identificeren van dergelijke zaken heeft een foutmarge
van bijna 45%.
Daarnaast is de onnauwkeurigheid in schattingen van het aantal zaken waarin het jeugdstrafrecht
is toegepast op 18- tot 23-jarigen, op basis van een zoekregel van het WODC, toegenomen
over de tijd. In de huidige validatiestudie is er sprake van een foutmarge van bijna
12%, in eerder validatieonderzoek was dit nog 5%.4
Dit betekent dat er voorzichtigheid is geboden bij het gebruik van de bestaande zoekregels
en dat er op dit moment bij schattingen van aantallen over de toepassing van het adolescentenstrafrecht
rekening gehouden dient te worden met deze aanzienlijke foutmarge.
De belangrijkste aanbeveling betreft dan ook de directe registratie van de toepassing
van het adolescentenstrafrecht. Dit is de enige manier om te komen tot een nauwkeurige
schatting van de toepassing van het adolescentenstrafrecht waarbij niet eens in de
zoveel jaren opnieuw een validatie nodig is. Dit vraagt echter om aanpassingen aan
het registratiesysteem van de rechtspraak en beschikbare capaciteit bij de registrerende
instanties.
Daarnaast worden er enkele aanbevelingen gedaan ter verbetering van de zoekregels
van het WODC en de Raad voor de Rechtspraak.
De validatiestudie vormt het eerste deel van een tweedelig onderzoek dat uitgevoerd
wordt door het WODC. Het tweede deel zal onder andere ingaan op de motivering van
rechters om het adolescentenstrafrecht toe te passen en wordt naar verwachting in
de herfst van 2023 openbaar gemaakt. Op dat moment zal ik beide onderdelen van het
onderzoek voorzien van een beleidsreactie. In de tussentijd ga ik in gesprek met het
WODC en de Raad voor de Rechtspraak over de uitkomsten van deze validatiestudie.
De Minister voor Rechtsbescherming,
F.M. Weerwind