28 694
Verpakkingsbeleid

nr. 72
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 oktober 2008

Begin deze week heb ik samen met het verpakkende bedrijfsleven en de VNG afspraken kunnen maken over nascheiding van kunststof verpakkingsafval. Deze afspraken zijn gemaakt in aanvulling op de Raamovereenkomst tussen VROM, bedrijfsleven en VNG over de aanpak van de dossiers verpakkingen en zwerfafval voor de jaren 2008 t/m 20121, die in juli 2007 werd gesloten. De afspraken die we hebben gemaakt zijn vastgelegd in een addendum bij de Raamovereenkomst, dat ik u hierbij aanbiedt.2

De aanleiding om deze zomer opnieuw met partijen om de tafel te gaan zitten, waren de moties van de leden Vietsch en Neppérus (nr. 28 694, nr 63) en van het lid Poppe (nr. 28 694, nr. 66) over het creëren van de mogelijkheid voor gemeenten om te kiezen voor nascheiding van kunststofverpakkingsafval. Deze moties volgden op het Algemeen Overleg over verpakkingen op 26 juni 20083 waarin diverse afgevaardigden pleitten voor de innovatieve mogelijkheden van nascheidingstechniek en daaraan gekoppelde verwachtingen over hoge rendementen in de toekomst. In dezelfde periode vroeg de VNG naar aanleiding van een raadpleging van haar leden over het uitvoerings- en monitoringsprotocol om aanvullende afspraken over de financiële vergoeding aan gemeenten in geval van nascheiding van kunststofverpakkingsafval.

Het addendum bevat de voorwaarden voor de vergoeding aan gemeenten voor de nascheiding van kunststof verpakkingsafval. Om als gemeente in aanmerking te komen voor vergoeding zullen dezelfde kwaliteitscriteria gelden als bij bronscheiding met sortering. Daarnaast bevat het addendum de voorgestelde wijziging van het Landelijk Afvalbeheer Plan en de consequenties voor de hergebruiksdoelstellingen voor kunststof verpakkingsafval.

Tevens zijn er afspraken gemaakt over de bestuurlijke begeleidingscommissie die de uitvoering van de Raamovereenkomst begeleidt. VROM kan niet deelnemen aan het bestuur van de stichting Afvalfonds, maar via deze begeleidingscommissie onder voorzitterschap van de directeur-generaal Milieubeheer krijgt de participatie van VROM in de Raamovereenkomst vorm.

Met voorliggende afspraken geef ik uitvoering aan de twee bovengenoemde moties van de leden Vietsch/Neppérus en Poppe. Ik waardeer de bereidheid van het bedrijfsleven, dat sinds vorig jaar samen met gemeenten werkt aan de ontwikkeling van een structuur voor gescheiden inzameling van kunststof verpakkingen, om met mij en de VNG in gesprek te gaan en aanvullende afspraken te maken. Met voorliggende afspraken kunnen gemeenten en bedrijfsleven nu voortvarend aan de slag om in 2010 een landelijk dekkend systeem voor kunststofinzameling te hebben.

De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer


XNoot
1

TK, 2006–2007, 28 694, nr. 42.

XNoot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

XNoot
3

TK, 2007–2008, 28 694, nr. 70.

Naar boven