nr. 162
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 juli 2008
Hierbij bied ik u het Plan van Aanpak Fietsdiefstal aan.1
De aanpak is erop gericht om de doelstelling van het kabinet van 100 000
minder gestolen fietsen in 2010 ten opzichte van 2006, binnen bereik te brengen.
Bij de aanpak van fietsdiefstal is een groot aantal partijen betrokken.
Voor het behalen van de doelstelling van het kabinet is die betrokkenheid
nodig. Zo is de inzet van gemeenten en politie essentieel omdat de problematiek
zich lokaal voordoet en er op lokaal niveau de meest concrete resultaten te
boeken zijn. Maar ook inzet van de Rijksoverheid, Rijksdienst voor het Wegverkeer,
Openbaar Ministerie en de hulp van private partijen als de fietsfabrikanten,
fietsenhandel en verzekeraars en maatschappelijke organisaties als de Fietsersbond,
ANWB, stichting ART, stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit en het centrum
Criminaliteitspreventie en Veiligheid zijn nodig. De betrokken partijen werken
samen in de landelijke stuurgroep fietsdiefstal en hebben zich met het bijgevoegde
convenant verbonden aan de uitvoering van het Plan van Aanpak Fietsdiefstal.
De aanpak richt zich onder meer op het kunnen identificeren van (gestolen)
fietsen met behulp van ingebouwde chips en framenummers. Ingezet wordt op
het instellen van een framenummerverplichting voor nieuwe fietsen. Hierover
ontvangt u separaat een brief van de minister van Verkeer en Waterstaat mede
namens mij. Daarmee wordt uitvoering gegeven aan de toezegging die op dit
punt aan uw kamer is gedaan. Identificatie van fietsen is van belang voor
toezicht en opsporing. Gemeenten, politie en Openbaar Ministerie zullen invulling
geven aan toezicht en opsporing op straat en bij (tweedehands) handelaren.
Ook heling van gestolen fietsen via het internet zal aandacht krijgen. Ten
behoeve van toezicht en opsporing is in januari van dit jaar het landelijke
fietsdiefstalregister in gebruik genomen. Ook de fietsenhandel en burgers
kunnen dit register echter raadplegen om vast te stellen of een
fiets die te koop wordt aangeboden als gestolen geregistreerd staat. Daarnaast
richt de aanpak zich op uitbreiding van het aantal veilige stallingmogelijkheden
in gemeenten en bij stations. Indien nodig zal de verplichting tot het aanbrengen
van bergingen en stallingen opnieuw in het bouwbesluit worden opgenomen. Het
ministerie van VROM doet daar op dit moment onderzoek naar.
Zonder de hulp van fietsbezitters heeft de aanpak van fietsdiefstal minder
kans van slagen. Fietsbezitters moeten hun fiets goed vastzetten en veilig
stallen. Ook moeten zij aangifte doen met het framenummer of chipnummer van
hun fiets wanneer die toch gestolen wordt. Met dit doel is op 4 juni
een landelijke publiekscampagne gestart. Verder spannen de fietsenhandel,
verzekeraars en maatschappelijke organisaties als de fietsersbond, ANWB en
Stichting ART zich in om met voorlichting fietsbezitters te doordringen van
de bijdrage die ze kunnen leveren om een effectieve aanpak van fietsdiefstal
mogelijk te maken.
Over de voortgang van de aanpak van fietsdiefstal zal geen aparte rapportage
plaatsvinden. Uw kamer wordt daarover geïnformeerd via de rapportages
in het kader van het project Veiligheid begint bij Voorkomen. In die rapportages
worden ook eventuele aanvullende acties meegenomen.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
G. ter Horst