28 681
Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met versnelde invoering toets nieuwe opleiding

A
ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT1

Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad van State d.d. 6 november 2002 en het nader rapport d.d. 15 november 2002, aangeboden aan de Koningin door de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, mede namens de staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Het advies van de Raad van State is cursief afgedrukt.

Bij Kabinetsmissive van 3 oktober 2002, no. 02.004534, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, A.D.S.M. Nijs MBA, mede namens de Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet met memorie van toelichting tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met versnelde invoering toets nieuwe opleiding.

Het wetsvoorstel strekt ertoe de bestaande wijze van toelating van opleidingen te beëindigen en de nieuwe wijze met toepassing van een kwaliteitstoets zo snel mogelijk in te voeren. Het stelsel met de kwaliteitstoets kan alleen functioneren indien het toetsingskader tijdig is vastgesteld. De verwachting volgens de toelichting is dat dit in het voorjaar van 2003 het geval zal zijn. De Raad van State wijst op de noodzaak van het beschikbaar zijn van het kader omdat de nu bestaande wijze van toelating door de wetswijziging wordt beëindigd en artikel 17.5 van de accreditatiewet vervalt. Willen er voor het jaar 2004 – 2005 opleidingen toegelaten kunnen worden dan zal het toetsingskader tijdig vast moeten staan.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 3 oktober 2002, nr. 02 004534, machtigde Uw Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 6 november 2002, No. W05.02 0428/III, bied ik U hierbij aan.

De Raad van State heeft geadviseerd aandacht te schenken aan de noodzaak van het tijdig beschikbaar zijn van de toetsingskaders.

De Raad wijst terecht op deze noodzaak. Bij het accreditatieorgaan is de stand van zaken nagegaan. Hieruit is gebleken dat het accreditatieorgaan met voortvarendheid het opstellen van de toetsingskaders ter hand heeft genomen. Het accreditatieorgaan verwacht de toetsingskaders in de eerste maanden van 2003 ter goedkeuring aan mij aan te bieden. Naar aanleiding van het advies van de Raad van State is in de memorie van toelichting op deze stand van zaken ingegaan.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt in artikel I een nieuw onderdeel D in te voegen. Het betreft een bepaling die de registratieprocedure vaststelt voor opleidingen die met ingang van het studiejaar 2004–2005 in de bachelor-masterstructuur worden verzorgd. De bepaling is aangepast aan de registratieprocedure zoals die door het bovengenoemd wetsvoorstel wordt voorgesteld.

De Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.

De Vice-President van de Raad van State,

H. D. Tjeenk Willink

Ik moge U, mede namens mijn ambtgenoot van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

A. D. S. M. Nijs


XNoot
1

De oorspronkelijke tekst van het voorstel van wet en van de memorie van toelichting zoals voorgelegd aan de Raad van State is ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven