28 676 NAVO

Nr. 258 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 november 2016

Inleiding

Op 26 en 27 oktober jl. kwamen de Navo-Ministers van Defensie in Brussel bijeen. Ruim drie maanden na de Top in Warschau stond de uitvoering van de daar genomen besluiten centraal. De Ministers spraken over de versterking van de afschrikking en collectieve verdediging, de opstelling van Rusland, de Navo-activiteiten op de zuidflank en de EU-Navo samenwerking.

Werksessies

Vooruitgeschoven aanwezigheid

De Ministers spraken over de uitvoering van de vooruitgeschoven aanwezigheid (enhanced forward presence) van Navo-strijdkrachten in Estland, Letland, Litouwen en Polen. Naast de vier framework nations Canada, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, hebben nog dertien andere Navo-landen bijdragen toegezegd. Zoals gemeld in de brief met de geannoteerde agenda voor deze bijeenkomst (Kamerstuk 28 676, nr. 255 van 7 oktober 2016) zal Nederland een eenheid van compagniesgrootte met eigen ondersteuning bijdragen aan de Duitse battlegroup in Litouwen. Hongarije, Polen, Slowakije en Tsjechië kondigden daarnaast aan in 2017 gedurende drie maanden gezamenlijk te gaan oefenen in de Baltische Staten.

Ook de vooruitgeschoven aanwezigheid in Bulgarije en Roemenië, de zogenoemde tailored forward presence, kwam aan de orde. Canada, Duitsland, Nederland, Polen en de Verenigde Staten zegden bijdragen toe. De bescheiden Nederlandse bijdrage kan bestaan uit enkele stafofficieren en, op incidentele basis, enkele waarnemers bij militaire oefeningen. Ik heb ervoor gepleit niet langer onderscheid te maken tussen enhanced en tailored forward presence, maar te spreken van forward presence op de oostflank. De redenen voor deze militaire presentie, in welke vorm dan ook, zijn namelijk dezelfde, te weten uitdrukking geven aan de bondgenootschappelijke solidariteit en het versterken van de afschrikking. Hierin past ook een verhoogde maritieme Navo-presentie in de Zwarte Zee.

De Secretaris-generaal meldde dat met de versterking van de NATO Response Force (NRF) en de forward presence belangrijke stappen zijn gezet in het proces van de militaire aanpassing van het bondgenootschap. Hiermee is dit proces evenwel nog niet voltooid. De volgende stap is het versterken van de zogenoemde follow-on forces. Dit zijn de strijdkrachten die de NRF in voorkomend geval moeten versterken. Om te verzekeren dat de Navo beschikt over geïntegreerde eenheden die verspreid over het verdragsgebied kunnen worden ingezet, moet meer aandacht worden besteed aan interoperabiliteit en gezamenlijke training en oefeningen. Voorts is het van belang dat de follow-on forces kunnen beschikken over de benodigde ondersteunende eenheden.

Russische opstelling en mogelijkheden voor dialoog

SACEUR informeerde de Ministers over de Russische oefening KAVKAZ 2016 en daaraan gelieerde oefeningen verspreid over Rusland. Het is noodzakelijk dat de Navo een goed inzicht krijgt in het Russische handelen en de achterliggende intenties.

Meerdere Ministers beklemtoonden het belang van een dialoog met een heldere boodschap van de kant van de Navo. Nederland heeft aandrongen op een regelmatige en zo mogelijk inhoudsvolle dialoog met Rusland. In deze dialoog moeten vooral de situatie in Oekraïne en het voorkomen van incidenten en militaire transparantie centraal staan. Voorts kan van deze dialoog gebruik worden gemaakt om opheldering te vragen over Russische militaire activiteiten, zoals het verplaatsen van Iskander raketsystemen naar de Kaliningrad oblast.

Navo-commandostructuur

Enkele Ministers namen een voorschot op de uitkomsten van de beoordeling van het functioneren van de Navo-commandostructuur (NCS). Vooral de vraag of de huidige NCS voldoende capaciteit en aandacht heeft voor nieuwe ontwikkelingen op de flanken kwam daarbij aan de orde. Ook werd voorgesteld om het Joint Force Command in Napels een speciale rol te geven bij het vergaren van informatie en het verschaffen van een helder overzicht van alle activiteiten op de zuidflank. Nederland steunt deze beoordeling van het functioneren van de Navo-commandostructuur. De analyse moet de Navo in staat stellen om zo nodig nieuwe prioriteiten te stellen. Daartoe is inmiddels een klein comité van deskundigen actief, waarvan de voormalige hoofddirecteur Algemene Beleidszaken van Defensie Casteleijn deel uitmaakt.

Resolute Support

Het kabinet steunt de voortzetting van de Resolute Support missie in 2017. Door de voortgezette aanwezigheid van de Navo wordt voorkomen dat behaalde resultaten teniet gaan, ook als het gaat over het politieke en economische hervormingsproces in Afghanistan. Nederland heeft zich tijdens de bijeenkomst gevoegd bij de andere bondgenoten die inmiddels hebben besloten hun bijdrage aan de missie ook in 2017 te handhaven. Daarbij is gemeld dat het van belang is dat Afghanistan de bilaterale en internationale afspraken over het terugnemen van migranten naleeft.

Bevindingen International Board of Auditors

Ik heb mijn zorg uitgesproken over het proces van leveren van (militaire) capaciteiten die worden gefinancierd uit gemeenschappelijke Navo-middelen. De levering van capaciteiten is veelal een langdurig proces (gemiddeld zestien jaar) waarbij regelmatig vertragingen optreden. De International Board of Auditors vraagt hiervoor terecht aandacht. Het is goed dat een groep van deskundigen, onder voorzitterschap van de voormalige Commandant Zeestrijdkrachten viceadmiraal b.d. Borsboom, gaat onderzoeken in hoeverre het mogelijk is om de governance te verbeteren van het proces van het leveren van (militaire) capaciteiten vanaf de behoeftestelling tot en met de verwerving.

EU-Navo samenwerking

De Ministers en de EU Hoge Vertegenwoordiger waren het erover eens dat de in Warschau getekende gezamenlijke verklaring nu concreet moet worden uitgewerkt. Uitgangspunten daarbij zijn complementariteit, transparantie, respect voor elkaars autonomie en het voorkomen van duplicatie.

Nederland is voorstander van het vergroten van de situational awareness door het onderling uitwisselen van informatie, zodat beide organisaties tijdig kunnen reageren op opkomende conflicten. Daarnaast pleit Nederland voor het houden van gemeenschappelijke oefeningen om meer en beter inzicht te krijgen in elkaars werkwijzen en procedures.

De werksessie bood ook een goede gelegenheid om een nadere toelichting te geven aan de niet-EU lidstaten op de recente ontwikkelingen in de EU op het terrein van veiligheid en defensie en op wat daarbij wel en niet (Europees leger, eigen commandostructuur) aan de orde is. Ministers spraken niet alleen over operationele samenwerking, zoals die in het maritieme domein, maar vroegen ook aandacht voor de coördinatie van de capaciteitsontwikkeling tussen de EU en de Navo.

Werkdiner

Tijdens het werkdiner werd gesproken over de activiteiten die de Navo kan ontplooien ter bevordering van de stabiliteit in instabiele regio’s (projecting stability). Het gaat er dan om partners te helpen zichzelf te verdedigen en zich te weer te stellen tegen terrorisme. Daarnaast kan worden gedacht aan conflictpreventie en institution building na conflicten.

Irak

Ministers spraken voorts over de uitwerking van het principebesluit over het uitvoeren van Navo-activiteiten gericht op capaciteitsopbouw van de Iraakse strijdkrachten in Irak zelf. Een kernteam zal in januari 2017 in Irak de eerste voorbereidingen treffen voor Navo-trainingen over Counter-IED, Explosive Ordnance Disposal and Demining en civiel-militaire planning en strategisch advies. Enkele landen kondigden bijdragen aan voor deze trainingen of zeiden het «omvlaggen» van hun nationale inspanningen te overwegen. Het opzetten van deze activiteiten betekent niet dat de Navo deel zal gaan uitmaken van de anti-ISIS coalitie.

Standing NATO Maritime Group 2 (SNMG-2)

Tijdens deze ministeriële is geen besluit genomen over de verlenging of beëindiging van de Navo-activiteit in de Egeïsche Zee. Duitsland, Nederland en enkele andere bondgenoten spraken niettemin hun steun uit voor voorstellen om de Navo-aanwezigheid in de Egeïsche Zee te verlengen. Nederland acht een brede internationale inzet in de migratiecrisis noodzakelijk. Andere landen vroegen aandacht voor het beslag dat met deze inzet werd gelegd op SNMG-2, waardoor dit vlootverband slechts beperkt beschikbaar is voor andere taken.

Sea Guardian

Aan het einde van het diner kwamen de Ministers weer kort in formele zitting bijeen en besloten zij tot het activeren van de maritieme veiligheidsoperatie Sea Guardian. De operatie heeft als opdracht het in een vroeg stadium signaleren van opkomende crises en het optreden tegen terrorisme en smokkelaars. Tevens stemden zij in met het verlenen van ondersteuning aan de EU-operatie EUNAVFOR MED Sophia op het gebied van logistiek en informatiedeling. De Navo reageert hiermee op het recente verzoek van de EU om assistentie. Nederland is voorstander van deze operationele samenwerking bij het aanpakken van de migratieproblematiek in het centrale deel van de Middellandse Zee.

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

Naar boven