Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 juli 2015
Met verwijzing naar het verzoek van uw Kamer van 27 juli 2015 informeer ik u, mede
namens de Minister van Defensie, als volgt.
Op 28 juli a.s. zal de Noord-Atlantische Raad (NAR) van de NAVO op verzoek van Turkije
bijeenkomen op het niveau van de Permanent Vertegenwoordigers. De bijeenkomst betreft
zogenaamde consultaties op basis van artikel 4 van het Verdrag van Washington. Iedere
NAVO bondgenoot kan op grond van dit artikel verzoeken om consultaties indien het
van mening is dat de territoriale integriteit, politieke onafhankelijkheid of veiligheid
wordt bedreigd. Turkije heeft om de consultaties verzocht vanwege de ernstige situatie
die is ontstaan na de recente terroristische aanslagen in het land. De verwachting
is dat Turkije tijdens de consultaties de NAVO bondgenoten zal informeren welke maatregelen
het momenteel tegen deze dreigingen neemt.
Het kabinet heeft begrip voor het verzoek van de Turkse regering om deze consultaties.
De aanslag die onlangs is gepleegd in Suruç en de incidenten aan de Turkse grens en
in het zuidoosten van Turkije zijn zeer ernstig en worden door Nederland streng veroordeeld.
Ik heb mijn Turkse collega gecondoleerd met de slachtoffers die hierbij zijn gevallen.
Nederland is solidair met Turkije in de strijd tegen ISIS. De bedreiging die van ISIS
uitgaat, raakt aan de veiligheid van de NAVO als geheel en om die reden is het van
belang dat het bondgenootschap deze dreigingen nauwlettend volgt en erover spreekt.
Veel bondgenoten, waaronder Nederland, zijn ook actief binnen de brede internationale
coalitie die is opgericht om ISIS te bestrijden.
De recente gebeurtenissen in Turkije onderstrepen opnieuw het belang van de samenwerking
in de strijd tegen ISIS. Turkije is voor Nederland een belangrijke speler en bondgenoot
in een instabiele regio die hard wordt geraakt door het optreden van ISIS. Met Turkije
wordt binnen de coalitie nauw samengewerkt bijvoorbeeld als het gaat om de aanpak
van de zogenaamde foreign terrorist fighters en op het gebied van terreurbestrijding in bredere zin.
Tevens heb ik met de Turkse Minister van Buitenlandse Zaken afgesproken om de samenwerking
in de foreign terrorist fighters werkgroep van de anti-ISIS coalitie, waar Nederland en Turkije co-voorzitter van
zijn, verder te intensiveren.
De maatregelen van de Turkse regering tegen terroristische bedreigingen, inclusief
als die uitgaan van de PKK, dienen proportioneel te zijn. Het kabinet onderstreept
dat zowel de Turkse regering als de relevante Koerdische groeperingen de verantwoordelijkheid
dragen om juist nu het Koerdische vredesproces te intensiveren. Er zal prioriteit
moeten worden gegeven aan behoud van het bestand tussen de Turkse regering en de Koerden.
Dat is mede van belang gezien de veiligheidssituatie in de bredere regio en de rol
die diverse Koerdische groeperingen spelen in de strijd tegen ISIS.
In dit stadium is geen verzoek van de Turkse regering ontvangen voor het verlenen
van concrete steun bij het tegengaan van deze bedreigingen. Verder zal na afloop van
de consultaties waarschijnlijk een verklaring worden uitgegeven.
Conform het verzoek van uw Kamer zal u na afloop van de consultaties van de NAR een
schriftelijk verslag daarvan toegaan.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
A.G. Koenders