nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in het voorstel
van wet van het lid M. Vos tot wijziging van de Wet milieubeheer (duurzaam
geproduceerd hout) (kamerstukken I 1997/98, 23 982, nr. 279) de verplichting
te schrappen tot het aanbrengen van een merkteken waaruit blijkt dat hout
afkomstig is uit een gebied waar de productie niet aantoonbaar op duurzame
wijze plaatsvindt;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Indien het bij geleidende brief van 9 november 1994 door het lid van de
Tweede Kamer M. Vos aanhangig gemaakte voorstel van wet tot wijziging van
de Wet milieubeheer (duurzaam geproduceerd hout) (kamerstukken I 1987/88,
23 982, nr. 279) tot wet wordt verheven, wordt die wet gewijzigd als
volgt.
Artikel I wordt gewijzigd als volgt.
A
In artikel 9.7, tweede lid, wordt «of het hout duurzaam is geproduceerd
of niet aantoonbaar duurzaam is geproduceerd» vervangen door: dat het
hout duurzaam is geproduceerd.
B
Artikel 9.16 komt te luiden:
Artikel 9.16
Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit artikel behoeft een beheersplan
de instemming van een instelling tot welks terrein het verlenen van instemming
behoort.
C
In artikel 9.17 wordt als volgt na «als bedoeld in artikel 9.16»
ingevoegd: heeft betrekking op het gebied waar het hout is geproduceerd waaruit
het desbetreffende product bestaat of dat daarin is verwerkt, en.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking op het tijdstip waarop het in artikel I, aanhef,
bedoelde voorstel van wet, na tot wet te zijn verheven, in werking treedt.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,