28 629
Verlenging van de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever bij ziekte (Wet verlenging loondoorbetalingsverplichting bij ziekte)

nr. 9
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 12 november 2002

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

1

Na artikel II wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IIa. OVERGANGSWET NIEUW BURGERLIJK WETBOEK

In de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek wordt voor artikel 220 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 214

1. Ten aanzien van de persoon wiens eerste dag van ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid wegens ziekte is gelegen voor 1 januari 2003 blijven de artikelen 629 leden 1 tot en met 11, 629a en 670 van Boek 7 van toepassing, zoals deze luidden op 31 december 2002, en blijft artikel 658b van Boek 7 buiten toepassing.

2. Voor de toepassing van het eerste lid worden perioden van ongeschiktheid tot werken geacht eenzelfde, niet onderbroken periode van ongeschiktheid te vormen, indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan vier weken opvolgen. Bij de vaststelling van de periode van vier weken blijven perioden, waarin zwangerschaps- of bevallingsverlof wordt genoten overeenkomstig artikel 3:1, tweede en derde lid, van de Wet arbeid en zorg, buiten beschouwing.

2

Artikel XI komt te luiden:

ARTIKEL XI. WIJZIGING IN VERBAND MET DE WET EIGENRISICODRAGEN ZIEKTEWET

1. Indien het bij koninklijke boodschap van 23 juli 2001 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Ziektewet en enkele andere wetten in verband met de invoering van eigenrisicodragen door de werkgever (Wet eigenrisicodragen Ziektewet) (Kamerstukken I 2001/2002, 27 873, nr. 282) nadat het tot wet is verheven, in werking is getreden voor het tijdstip dat deze wet in werking treedt wordt in artikel III, onderdeel A, «29, tweede lid, onderdeel c, en vijfde lid,» vervangen door «29, tweede lid, onderdeel c, vijfde en negende lid,» en wordt in artikel VIII, onderdeel D, «artikel 97f, onderdeel f,» vervangen door: artikel 97f, eerste lid, onderdeel f,.

2. Indien het bij koninklijke boodschap van 23 juli 2001 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Ziektewet en enkele andere wetten in verband met de invoering van eigenrisicodragen door de werkgever (Wet eigenrisicodragen Ziektewet) (Kamerstukken I 2001/2002, 27 873, nr. 282) nadat het tot wet is verheven, in werking treedt op een tijdstip dat deze wet in werking is getreden, wordt op dat tijdstip in artikel 29, negende lid, van de Ziektewet «52» vervangen door: 104.

3

Artikel XII, eerste lid, komt te luiden:

1. Ten aanzien van de persoon wiens eerste dag van ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid wegens ziekte is gelegen voor 1 januari 2003 blijven de artikelen XV van de Wet terugdringing ziekteverzuim, 3 van de Wet arbeid mijnbouw Noordzee, en 415a, 415c en 415d van het Wetboek van Koophandel van toepassing, zoals deze luidden op 31 december 2002.

Toelichting

Onderdelen 1 en 3

De voorliggende wijziging is niet inhoudelijk van aard. Het overgangsrecht met betrekking tot de voorgestelde wijzigingen in titel 7.10 van het Burgerlijk Wetboek wordt overgebracht naar de toepasselijke Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek.

Deze Overgangswet is ook van toepassing op wijzigingen van reeds bestaande bepalingen uit de Boeken 3–8 of aanvullingen, zodra deze in werking treden.

Het onderbrengen van alle overgangsrecht terzake van het Burgerlijk Wetboek in deze Overgangswet bevordert de kenbaarheid van deze regelgeving. Deze nota van wijziging wordt mede namens de Minister van Justitie uitgebracht.

Onderdeel 2

Met dit onderdeel wordt in artikel XI het in het wetsvoorstel eigenrisicodragen Ziektewet voorgestelde negende lid van artikel 29 van de Ziektewet (ZW) aangepast aan de verlenging van de periode waarover ZW-uitkering wordt betaald van 52 naar 104 weken.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. J. de Geus