28 498 Het Internationaal Strafhof

Nr. 48 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Den Haag, 27 januari 2021

Van 14 tot en met 23 december jl. vond in Den Haag en New York de jaarlijkse Vergadering van verdragspartijen van het Internationaal Strafhof plaats. Over de Nederlandse inzet tijdens deze Vergadering werd u geïnformeerd via de Kamerbrief van 16 december jl. (Kamerstuk 28 498, nr. 47).

De Vergadering stond dit jaar voornamelijk in het teken van de opvolging van de onafhankelijke evaluatie (Independent Expert Review) van het Internationaal Strafhof, de verkiezingen van zes nieuwe rechters en van een nieuwe aanklager. Aangezien er nog geen overeenstemming is bereikt over de nieuwe aanklager zal de Vergadering begin februari hervat worden. Vanwege de corona-maatregelen had de Vergadering een hybride vorm, waarbij grote delen virtueel plaatsvonden. De Vergadering werd via videoboodschappen toegesproken door zo’n 30 ministers, die allen de relevantie van het Hof en de urgentie van de versterking van het Hof onderstreepten. Ook de voortgang van het werk van het Hof ten tijde van Corona en de sancties van de VS tegen het Strafhof kregen veel aandacht en de ministers herhaalden hun steun aan het Hof en de strijd tegen straffeloosheid. Minister Blok benadrukte in zijn key-note speech dat de verdragspartijen de aanbevelingen van de evaluatie dienen te gebruiken om het Hof te versterken en riep de VS nogmaals op de sancties tegen het ICC in te trekken. Het kabinet zal zich actief blijven inzetten voor de versterking van het systeem van het Statuut van Rome.

Opvolging aanbevelingen

Hoewel er lange onderhandelingen voor nodig waren, hebben de verdragspartijen overeenstemming weten te bereiken over een mechanisme dat opvolging moet geven aan de 384 aanbevelingen van de onafhankelijke experts die voortvloeien uit de evaluatie. Het mechanisme zal bestaan uit twee personen die de verdragspartijen zullen vertegenwoordigen, bijgestaan door drie personen uit de overige regionale groepen die als klankbord dienen. Zij zullen verantwoordelijk zijn voor de planning, coördinatie, monitoring en het rapporteren over de opvolging van de aanbevelingen van de onafhankelijke experts, in nauwe samenwerking met het Hof zelf. Het mechanisme zal de komende weken moeten worden aangesteld door het Bureau, waar Nederland nog tot en met januari deel van uit maakt, na consultaties met de regionale groepen. Het kabinet blijft hierbij inzetten op een spoedige en efficiënte opvolging van de aanbevelingen.

Vooronderzoeken

De aanklager presenteerde tijdens de Vergadering haar jaarlijkse rapport over haar activiteiten in 2020 ten aanzien van de lopende vooronderzoeken van het Hof. Aanklager Fatou Bensouda kondigde eerder aan dat ze voor het einde van haar termijn in juni 2021 zoveel mogelijk vooronderzoeken wil afronden en kwam voorafgaand aan de Vergadering dan ook met een aantal beslissingen. Zo maakte ze bekend dat er geen formeel onderzoek zal komen naar mogelijk door het Verenigd Koninkrijk in Irak gepleegde internationale misdrijven. Hoewel de aanklager stelt een redelijke basis te hebben om aan te nemen dat leden van de Britse krijgsmacht oorlogsmisdrijven in Irak hebben gepleegd tussen 2003 en 2009, stelt de aanklager dat ze onvoldoende bewijs heeft voor de claim dat de Britten deze misdrijven zelf onvoldoende onderzocht hebben en hierbij de verdachten hebben afgeschermd van vervolging. Deze beslissing zou kunnen worden herzien door de aanklager in het geval van nieuwe feiten of bewijs.

De aanklager kondigde aan wel toestemming te vragen aan de rechters van het Strafhof om een formeel onderzoek te starten naar internationale misdrijven begaan in Nigeria en Oekraïne. Ten aanzien van Oekraïne zijn er volgens de aanklager gegronde redenen om een formeel onderzoek te starten naar misdrijven gepleegd op de Krim en in Oost-Oekraïne, waarbij ze hoopt op een goede samenwerking met de Oekraïense en Russische autoriteiten. De aanklager heeft aan het kabinet laten weten dat MH17 geen deel uit zal maken van het formele onderzoek naar Oekraïne, mede gelet op de lopende strafrechtelijke vervolging hiervan in Nederland.

De aanklager noemde de gewelddadigheden in Nigeria, waaronder oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid voor het overgrote deel gepleegd door Boko Haram, maar ook door de Nigeriaanse autoriteiten, van ongekende schaal. De aanklager gaf aan dat hoewel Nigeria wel de wil heeft laten zien om zelf te vervolgen, hier in de praktijk onvoldoende van terecht komt. De Nigeriaanse president onderstreepte in zijn statement tijdens de Vergadering dat Nigeria nauw met de aanklager zal blijven samenwerken.

Ook ten aanzien van andere vooronderzoeken is er voortgang geboekt. Zo bevestigde de aanklager dat ze een «reasonable basis to believe» heeft dat er in Venezuela misdrijven tegen de menselijkheid zijn gepleegd en verwacht ze begin van dit jaar een beslissing te nemen over de voortgang van het onderzoek naar de Filipijnen. In haar rapport over de vooronderzoeken wordt er daarnaast ingegaan op de informatie die zij heeft ontvangen over misdrijven gepleegd tegen de Oeigoeren door China. Gelet op het feit dat China geen partij is bij het Statuut van Rome, heeft de aanklager hier geen rechtsmacht over, ook niet via andere landen die wel partij zijn volgens het voorbeeld van het onderzoek van het Strafhof naar Myanmar/Bangladesh. De eerdere beslissing van de aanklager om een officieel onderzoek te starten naar de situatie in de Palestijnse gebieden ligt nog voor bij de rechters en is in afwachting van een beslissing over de rechtsmacht in die gebieden.

Verkiezing nieuwe rechters en aanklager

Er zijn tijdens de Vergadering zes nieuwe rechters verkozen, afkomstig uit Groot-Brittannië, Georgië, Sierra Leone, Mexico, Costa Rica en Trinidad en Tobago. De vier vrouwen en twee mannen zullen in maart 2021 starten met hun 9-jarige termijn. Daarnaast is er een nieuwe president voor de Vergadering van verdragspartijen verkozen, de Argentijnse Silvia Fernandez, die eerder rechter en president was van het Strafhof. Nederland zal na twee opeenvolgende termijnen vanaf februari geen deel meer uitmaken van het Bureau van de Vergadering.

Zoals verwacht is er nog geen overeenstemming bereikt over de nieuwe aanklager, die in juni van dit jaar Fatou Bensouda zal opvolgen. De Vergadering zal daarom op 8 februari voortgezet worden, wanneer de consultaties met verdragspartijen naar verwachting tot een consensus kandidaat hebben geleid.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

Naar boven