28 487
Wijziging van belastingwetten c.a. (Vervolgwijzigingen in samenhang met de Belastingherziening 2001)

nr. 10
TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 20 november 2002

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Na artikel XVI wordt ingevoegd:

ARTIKEL XVIA

Indien het bij koninklijke boodschap van 17 september 2002 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van enkele belastingwetten c.a. (Belastingplan 2003 deel II – overig fiscaal pakket) (28 608) kracht van wet verkrijgt, vervalt, alvorens die wet in werking treedt, in ARTIKEL XXXIVA van die wet het tweede lid.

Toelichting

In het wetgevingsoverleg van 18 november 2002 heb ik toegezegd de verlaging van de percentages van afbouw van de tijdelijke verhoging van de algemene heffingskorting, ongedaan te maken. Deze verlaging was aanvankelijk ingezet als dekking voor de verdere verhoging van de inkomensgrens met name ten behoeve van alfahulpen die als gevolg van een hoger brutoloon boven die grens zouden uitkomen. Deze bepaling treedt in werking voordat het wetsvoorstel Wijziging van enkele belastingwetten c.a. (Belastingplan 2003 Deel II – overig fiscaal pakket) in werking is getreden. De voorziene terugwerkende kracht van het overblijvende eerste lid, thans enige lid, van artikel XXXIVA tot en met 1 januari 2002, blijft in stand.

De dekking voor deze bepaling wordt gevonden in het, als gevolg van het per 1 januari 2003 mogelijk deblokkeren van de besparingen van 1999 en 2000 (als gevolg van amendement 27 van de leden Van Vroonhoven-Kok en Van As op het Belastingplan deel I), hoger uitvallen van de rendementsgrondslag van de vermogensrendementsheffing.

De Staatssecretaris van Financiën,

S. R. A. van Eijck

Naar boven