28 479 Rechtspositie van politieke ambtsdragers

Nr. 86 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 februari 2022

In reactie op het schriftelijk verzoek van de voorzitter van de commissie voor Binnenlandse Zaken van 6 december 2021 zend ik u hierbij in afschrift mijn reacties op de brief van de gemeenteraad van Ede en de brief van de gemeenteraad van Hattem over de modernisering van de verlof- en vervangingsregeling voor gemeenteraadsleden1. In mijn reactie wijs ik erop dat ik over de oproep van de raadsleden om de verlof- en vervangingsregeling te moderniseren ook de bestuurlijke koepels en beroepsverenigingen consulteer.

De Nederlandse Vereniging voor Raadsleden heeft een oproep gedaan om ook in andere gemeenteraden over dit onderwerp raadsmoties aanvaard te krijgen en die naar de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de commissie van Binnenlandse Zaken van de Tweede Kamer te sturen. Bijvoorbeeld de gemeenteraad van Zwolle en dus ook de raden van Hattem en Ede gaven hier gehoor aan. Mogelijk volgen er meer.

De toegezonden raadsmoties en de concrete suggesties die daarin worden gedaan om de verlof- en vervangingsregeling aan te passen, betrek ik in de al lopende consultatie met de bestuurlijke koepels en beroepsverenigingen naar de modernisering van de verlof- en vervangingsregeling die mijn ambtsvoorganger al eerder in de beantwoording van Kamervragen heeft toegezegd (Aanhangsel Handelingen II 2020/21, nr. 3489).

Tijdens het raadsledencongres van 9 februari jl. heb ik tevens toegezegd, dat de modernisering van de verlof- en vervangingsregeling ook wordt voorgelegd ter consultatie aan het nieuwe Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven