nr. 48
AMENDEMENT VAN DE LEDEN HAMER EN KRANEVELDT
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
A. In het eerste lid, onderdeel b, 2°, wordt «tweede lid»
vervangen door: derde lid.
B. Onder vernummering van het tweede tot en met vijfde lid tot derde tot
en met zesde lid, wordt een tweede lid ingevoegd, luidende:
2. De hoogte van de tegemoetkoming van het Rijk is voorts mede afhankelijk
van:
a. de bijdragen in de kosten van kinderopvang die de ouder en diens partner
per kind kunnen ontvangen in het kader van het al dan niet als werknemer verrichten
van tegenwoordige arbeid als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder a of
b, met dien verstande dat die bijdragen slechts in aanmerking worden genomen,
voor zover het totaal ervan een derde deel van de kosten van kinderopvang,
bedoeld in het eerste lid, niet te boven gaat, of
b. de bijdragen in de kosten van kinderopvang die de ouder zonder partner
per kind kan ontvangen in het kader van het al dan niet als werknemer verrichten
van tegenwoordige arbeid als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder a of
b, met dien verstande dat die bijdragen slechts in aanmerking wordt genomen,
voor zover het totaal ervan een zesde deel van de kosten van kinderopvang,
bedoeld in het eerste lid, niet te boven gaat.
C. In het (bestaande) derde lid wordt »Het tweede lid» vervangen
door: Het derde lid.
D. In het (bestaande) vierde lid wordt «De bedragen, bedoeld in
het tweede lid,» vervangen door: De bedragen, bedoeld in het derde lid,.
II
Artikel 87a vervalt.
III
Artikel 87b vervalt.
IV
Artikel 87c vervalt.
V
In artikel 101a wordt «artikel 6, tweede, vierde en vijfde lid»
vervangen door: artikel 6, derde, vijfde en zesde lid.
Toelichting
Dit amendement strekt tot invoering van een structurele inkomensafhankelijke
compensatieregeling voor zelfstandigen en werknemers met onvoldoende werkgeversbijdrage
in de kosten van kinderopvang, zoals dit in het oorspronkelijke wetsvoorstel
bedoeld was. De tweede nota van wijziging heeft deze extra tegemoetkoming
van het rijk omgezet in een tijdelijke en aflopende regeling. Dit amendement
zorgt voor een structurele compensatie. Het tegengaan van de afbouw wordt
bij motie geregeld.
De financiële toegankelijkheid van kinderopvang dient voor alle werkenden
geregeld te zijn. Een structurele inkomensafhankelijke compensatieregeling
voor werknemers met geen of onvoldoende werkgeversbijdrage en zelfstandigen
draagt hiertoe bij.
Het ingevoegde nieuwe tweede lid van artikel 6 voorziet in een structurele
compensatieregeling voor ouders die tegenwoordige arbeid verrichten en geen
of een ontoereikende bijdrage in de kosten van kinderopvang ontvangen in het
kader van het verrichten van tegenwoordige arbeid. Eveneens heeft deze regeling
betrekking op zelfstandigen. Het is de bedoeling dat deze structurele regeling
op het tijdstip van inwerkingtreding van de Wbk in werking treedt in plaats
van de huidige tijdelijke compensatieregeling. In verband daarmee komen de
artikelen 87a e.v. te vervallen.
Hamer
Kraneveldt