28 447
Regeling met betrekking tot tegemoetkomingen in de kosten van kinderopvang en waarborging van de kwaliteit van kinderopvang (Wet kinderopvang)

nr. 119
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 december 2005

Hierbij informeer ik u over onregelmatigheden die zijn opgetreden bij het onderzoek «Kwaliteit van Nederlandse kinderdagverblijven: Trends in kwaliteit in de jaren 1995–2005», uitgevoerd door het Nederlands Consortium Kinderopvang Onderzoek (NCKO)1. Ik heb u eerder geïnformeerd over de resultaten van dit onderzoek -die een daling van de proceskwaliteit van kinderopvang laten zien- en over de stappen die ik naar aanleiding daarvan heb aangekondigd2.

Het NCKO heeft recent onregelmatigheden geconstateerd bij het hierboven genoemde onderzoek. Het NCKO heeft mijn ambtenaren hiervan onmiddellijk telefonisch op de hoogte gesteld. Vervolgens heeft het SCO-Kohstamm Instituut als rechtspersoon voor het NCKO mij per brief d.d. 23 november 2005 over de onregelmatigheden en de consequenties hiervan voor o.a. de resultaten geïnformeerd. Het blijkt dat op vier van de 50 kinderdagverblijven geen observaties hebben plaatsgevonden. De betreffende observator heeft de scores voor deze vier centra vervalst. Voor details over de gang van zaken verwijs ik u naar bijgevoegde brief en bijlagen3, waaronder de aangepaste Samenvatting en conclusies, van professor Tavecchio c.s.

Op mijn verzoek heeft de Inspectie Werk en Inkomen een contra-expertise uitgevoerd (als bijlage toegevoegd)3 op herberekingen van het NCKO. IWI concludeert dat het algemene beeld dat op basis van de analyse van de overgebleven 42 kindercentra is verkregen de doelpopulatie op eenzelfde wijze weerspiegelt als het beeld dat verkregen zou zijn na een analyse van de vijftig kindercentra uit de oorspronkelijke steekproef.

Wel zijn de resultaten van de analyse, door de kleinere omvang van de steekproef, iets minder precies.

Met het NCKO betreur ik in hoge mate deze gang van zaken. Gezien uw betrokkenheid bij dit onderwerp breng ik u van de gang van zaken terstond op de hoogte.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. J. de Geus


XNoot
1

NCKO; September 2005.

XNoot
2

Kamerstukken II, 2004–2005, 28 447, nr. 108, nr. 111 en nr. 115.

XNoot
3

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven