28 447
Regeling met betrekking tot tegemoetkomingen in de kosten van kinderopvang en waarborging van de kwaliteit van kinderopvang (Wet kinderopvang)

nr. 118
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 december 2005

Met de invoering van de Wet kinderopvang treedt een groot aantal veranderingen op in de structuur van de kinderopvangbranche. De invoering van de Wet kinderopvang wordt daarom gevolgd aan de hand van een aantal evaluatieonderzoeken.

Tot de bepalende elementen in de structuur van de Wet kinderopvang behoren keuzevrijheid voor ouders en vraagfinanciering. Hiermee worden een betere aansluiting tussen vraag en aanbod en een betere werking van de kinderopvangmarkt beoogd. Met onderzoek wordt gevolgd hoe de kinderopvangmarkt zich onder invloed van de Wet kinderopvang ontwikkelt. Daarvoor is het nodig de situatie voorafgaand aan de invoering van de Wet kinderopvang vast te leggen. Het bijgaande onderzoeksrapport «De markt voor kinderopvang in 2004»1 doet daarvan verslag. Het onderzoek is uitgevoerd door SEO Economisch Onderzoek.

Uit het onderzoek blijkt dat voor verreweg meeste ouders (circa 90 procent) in de onmiddellijke nabijheid kinderopvang beschikbaar was. De onderzoekers definiëren dit als de beschikbaarheid van kinderopvang binnen tien minuten reistijd (waarvan 4 minuten daadwerkelijke reistijd en 6 minuten brengen en ophalen). Voor 70 procent van de ouders is daarbij een keus uit verschillende locaties mogelijk; 60 procent heeft de keus uit drie of meer locaties. Deze kunnen overigens tot dezelfde kinderopvangorganisatie behoren.

Daar staat tegenover dat circa 30% in een groter gebied moet zoeken om te kunnen kiezen. Ouders geven aan dat, als zij eenmaal een keus hebben gemaakt, in beperkte mate bereid zouden zijn de overstap naar een andere locatie te overwegen. Mogelijkheden voor nieuwe aanbieders zijn er daarom met name op het moment dat ouders hun eerste keuze voor opvang maken.

De in het onderzoek betrokken ouders beoordelen de kwaliteit van de kinderopvang over het algemeen als hoog. De cijfers variëren tussen 7,8 voor buitenschoolse opvang en 9,3 voor onbetaalde oppas. De beoordeling is vooral gebaseerd op voor ouders direct waarneembare aspecten als de nabijheid, de sfeer en de huisvesting, mogelijkheden tot buiten spelen en het beschikbaar zijn van informatie over het gedrag van het kind tijdens de opvang.

De pedagogische kwaliteit speelt daarbij voor de ouders een ondergeschikte rol evenals het gegeven of een locatie al dan niet over een kwaliteitscertificaat beschikt.

In 2008 zal de wettelijk verplichte evaluatie van de Wet kinderopvang (artikel 115, tweede lid) plaatsvinden. Daarbij zal ik ook – met dit onderzoek als nulmeting – rapporteren over de werking van kinderopvangmarkt sinds de inwerkingtreding van de wet.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. J. de Geus


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven