28 373
Wijziging van de Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Wet toezicht kredietwezen 1992, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf en de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 met het oog op het opheffen van enige verschillen tussen deze wetten en het in die wetten expliciteren van integriteit als onderwerp van toezicht, alsmede in verband met enige noodzakelijke technische aanpassingen (Wet actualisering en harmonisatie financiële toezichtswetten)

nr. 7
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 2 september 2002

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

1. Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel C, artikel 12, vijfde lid, wordt «boek 2» vervangen door: Boek 2.

b. In onderdeel D, artikel 19, eerste lid, onderdeel d, vervalt de komma.

c. In onderdeel N, artikel 33c, eerste lid, wordt «na «22 tweede lid,» ingevoegd» vervangen door: na 22, tweede lid, ingevoegd.

d. In onderdeel Q wordt «Hoofdstuk VIIc» vervangen door: Hoofdstuk VIIC.

In onderdeel Q, artikel 33n, onderdeel d, wordt «belegging-sinstelling» vervangen door: beleggingsinstelling.

2. Artikel II wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel D, artikel 13, zesde lid, wordt «lidstaat» vervangen door: lid-staat.

b. In onderdeel R, artikel 48c, eerste lid, wordt «na «28 derde en zesde lid, onder a,» ingevoegd» vervangen door: na «28, derde en zesde lid, onder a,» ingevoegd.

c. In onderdeel T wordt «Hoofdstuk XIIc» vervangen door: Hoofdstuk XIIC.

In onderdeel T wordt aan het slot van artikel 48v een punt toegevoegd.

d. In onderdeel U wordt in Tabel 1 na «29, derde lid» ingevoegd «, voor zover het betreft het voorschrift van artikel 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht«; de voetnoot vervalt.

In onderdeel U wordt in Tabel 2 na «29, derde lid» ingevoegd «, voor zover het betreft het voorschrift van artikel 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht en het voorschrift inzage te verlenen in zakelijke gegevens en bescheiden»; de voetnoot vervalt.

3. Artikel III wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel M, artikel 22, derde lid, vervalt «telkens».

b. In onderdeel V wordt aan het eind van de aanhef een dubbele punt toegevoegd.

c. In onderdeel SS, artikel 90b, eerste lid, wordt «door «20, eerste en tweede lid, vierde volzin, 21, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22a,», wordt» vervangen door: door «20, eerste lid, tweede lid, vierde volzin, en vierde lid, tweede volzin, 21, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22a,», wordt.

d. In onderdeel TT, artikel 90c, eerste lid, wordt «door «20, eerste en tweede lid, vierde volzin, 21, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22a,», wordt» vervangen door: door «20, eerste lid, tweede lid, vierde volzin, en vierde lid, tweede volzin, 21, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22, eerste en tweede lid, vierde volzin, 22a,», wordt.

Aan onderdeel TT wordt een alinea toegevoegd, luidende:

Artikel 90c, vierde lid, laatste volzin, komt te luiden: Het vijfde en zesde lid van artikel 90b zijn van overeenkomstige toepassing.

e. Na onderdeel VV wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

VV1

Aan artikel 90m wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Bij algemene maatregel van bestuur kan de bevoegdheid van Onze minister tot het ter openbare kennis brengen worden overgedragen aan een of meer rechtspersonen. Het vijfde en zesde lid van artikel 90b zijn van overeenkomstige toepassing

f. In onderdeel WW wordt «Hoofdstuk XIIIc» vervangen door: Hoofdstuk XIIIC.

g. In onderdeel WW wordt aan het slot van artikel 90v een punt toegevoegd.

h. Na onderdeel WW wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

WW1

Artikel 112b wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Indien een Lid-Staat richtlijn nr. 2000/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 18 september 2000 betreffende de toegang tot, de uitoefening van en het bedrijfseconomische toezicht op de werkzaamheden van instellingen voor elektronisch geld (PbEG L 275) en richtlijn nr. 2000/28/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 18 september 2000 tot wijziging van richtlijn nr. 2000/12/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 20 maart 2000 betreffende de toegang tot en de uitoefening van de werkzaamheden van kredietinstellingen (PbEG L 275) niet of onvolledig heeft uitgevoerd, kan Onze minister, de Bank gehoord, bepalen dat voor in die Lid-Staat gevestigde ondernemingen of instellingen het tweede en derde lid gelden.

2. In het derde lid wordt «artikel 82a» vervangen door: artikel 38a.

3. In het vijfde lid wordt «artikel 82a, tweede lid» telkens vervangen door: artikel 38a, derde lid.

i. In onderdeel XX, punt 1, wordt «na «14, eerste lid, en het daarbij behorende tariefnummer» vervangen door: na «14, eerste lid», en het daarbij behorende tariefnummer.

In onderdeel XX, punt 1, wordt «tariefnummer «4», 20, tweede lid, vierde volzin» met het daarbij behorende tariefnummer «4», « 21, eerste lid» met het daarbij behorende tariefnummer «4», 21, tweede lid, vierde volzin» met het daarbij behorende tariefnummer» vervangen door: tariefnummer «4», «20, tweede lid, vierde volzin» met het daarbij behorende tariefnummer «4», «20, vierde lid» met het daarbij behorende tariefnummer «3», «21, eerste lid» met het daarbij behorende tariefnummer «4», «21, tweede lid, vierde volzin» met het daarbij behorende tariefnummer.

In onderdeel XX, punt 2, wordt «na «58, tweede lid»en het daarbij behorende tariefnummer «3» ingevoegd «61, derde lid, eerste volzin,» met het daarbij behorende tariefnummer «3», vervalt «66, derde lid» en het daarbijbehorende tariefnummer «3», na «82, vierde lid» en het daarbij behorende tariefnummer ingevoegd, «82, vijfde lid» met het daarbij behorende tariefnummer» vervangen door: na «58, tweede lid» en het daarbij behorende tariefnummer «3» ingevoegd «61, derde lid, eerste volzin» met het daarbij behorende tariefnummer «3», vervalt «66, derde lid» en het daarbij behorende tariefnummer «3», wordt na «82, vierde lid» en het daarbij behorende tariefnummer ingevoegd «82, vijfde lid» met het daarbij behorende tariefnummer.

4. Artikel IV wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel M, artikel 68, wordt «rechter-commissaris» vervangen door: rechter-commissaris.

b. In onderdeel O wordt aan het slot van artikel 72a, tweede lid, een punt toegevoegd.

c. In onderdeel CC wordt «Hoofdstuk 10c» vervangen door: Hoofdstuk 10C.

d. In onderdeel DD, punt 2, wordt «het daarbij behorende tariefnummer ingevoegd «40c, eerste lid», laatste volzin» met» vervangen door: het daarbij behorende tariefnummer ingevoegd «40c, eerste lid, laatste volzin» met.

5. Artikel V wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel B, artikel 20, wordt in onderdeel c «Staat» vervangen door: staat.

b. In onderdeel JJ, artikel 188c, eerste lid, wordt «door «70, eerste en tweede lid, 70a, eerste en tweede lid,» vervangen» vervangen door: door «70, eerste en tweede lid, 70a, eerste en tweede lid» vervangen.

c. In onderdeel KK, artikel 188d, vijfde lid, eerste volzin, wordt «55a» vervangen door: 55a,. Tevens wordt «72, vijfde lid» vervangen door: 72, vijfde lid,.

d. In onderdeel MM wordt «Hoofdstuk XIc» vervangen door: Hoofdstuk XI C.

In onderdeel MM, artikel 188n, onderdeel c, wordt «lidstaat» vervangen door: lid-staat.

6. Artikel XI wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel A wordt na «Kamerstukken II 1999/2000» een komma ingevoegd.

b. In onderdeel B wordt na «Kamerstukken II 1999/2000» een komma ingevoegd.

c. In onderdeel Z, artikel 163a, tweede en derde lid, wordt aan het slot een punt toegevoegd.

In onderdeel Z, artikel 163a, zevende lid, vervalt de witregel tussen «uitdelingslijst» en «op».

7. Na artikel XI worden de volgende artikelen ingevoegd:

ARTIKEL XIA

Artikel 3 van de Kaderwet Financiële verstrekkingen Financiën wordt als volgt gewijzigd:

a. In het eerste lid wordt «verzekeringsbedrijf» vervangen door: verzekeraar.

b. In het tweede lid wordt «verzekeringsbedrijf» vervangen door: verzekeraar.

c. Het derde lid komt te luiden:

3. Een verzekeraar als bedoeld in het eerste en tweede lid, beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 24 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en voldoet overigens aan nader door Onze Minister in overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken te stellen regels. Een verzekeraar als bedoeld in artikel 20, aanhef en onder c, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 wordt gelijkgesteld aan een verzekeraar die beschikt over een vergunning als bedoeld in artikel 24 van die wet.

ARTIKEL XIB

Artikel 75, tweede lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering komt te luiden:

2. Onder een kredietinstelling als bedoeld in het eerste lid, wordt verstaan een op grond van artikel 52, tweede lid, van de Wet toezicht kredietwezen 1992 geregistreerde kredietinstelling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van die wet.

Toelichting

De punten 1 tot en met 6 van de onderhavige nota van wijziging hebben tot doel inconsistenties van redactionele en wetstechnische aard te verhelpen zoals onjuiste verwijzingen en verkeerd geplaatste punten en komma's.

Punt 7, artikel XIA, artikel 3, eerste en tweede lid, van de Kaderwet Financiële verstrekkingen Financiën behelst een verbetering van de terminologie. In het derde lid is een verwijzing verbeterd en is de tekst aangepast aan artikel 20 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993.

In artikel XIB wordt artikel 75, tweede lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering in lijn gebracht met de gewijzigde definitie van «kredietinstelling» in de Wet toezicht kredietwezen 1992.

De Minister van Financiën,

J. F. Hoogervorst

Naar boven