28 353
Wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de regeling van bevoegdheden tot het vorderen van gegevens van instellingen in de financiële sector, mede ter uitvoering van het op 16 oktober 2001 te Luxemburg tot stand gekomen Protocol bij de Overeenkomst betreffende de wederzijdse rechtshulp in strafzaken tussen de Lid-Staten van de Europese Unie, door de Raad vastgesteld overeenkomstig artikel 34 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (vorderen gegevens financiële sector)

A
OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN DE MEMORIE VAN TOELICHTING ZOALS VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE EN VOOR ZOVER NADIEN GEWIJZIGD

VOORSTEL VAN WET

«Brussel» wordt telkens vervangen door: Luxemburg.

Artikel I

Onderdeel A

In artikel 126nc, eerste lid, is «strafbaar feit» vervangen door: misdrijf.

In artikel 126nc, zesde lid, is «strafbare feit» vervangen door: misdrijf.

MEMORIE VAN TOELICHTING

«Brussel» wordt telkens vervangen door: Luxemburg.

Algemeen deel

Paragraaf 1

In de derde zin ontbak het woord «bovendien».

Aan het slot van de vijfde zin zijn de woorden «en zijn de lidstaten gehouden tot ratificatie van het protocol voor het einde van het jaar 2002» vervallen.

De twaalfde tot en met de veertiende zin ontbraken.

In de vijftiende zin is het woord «Deze» vervangen door: De voorgestelde.

De twintigste en de eenentwintigste zin ontbraken.

Paragraaf 2

In de negende zin is «strafbaar feit» vervangen door: misdrijf.

De twaalfde tot en met de zestiende zin ontbraken.

Paragraaf 4.2

De passage die begint met de zin «Het wetsvoorstel schept een bevoegdheid tot het vorderen van gegevens van ook niet-verdachte personen, indien dit nodig is voor de opsporing van het strafbare feit.» en die eindigt met de zin «Een beperking van de persoonlijke levenssfeer van de verdachte is eerder gerechtvaardigd dan een beperking van de persoonlijke levenssfeer van een niet-verdachte persoon.» ontbrak.

Paragraaf 4.4

De vierde, vijfde en zesde zin ontbraken, evenals de zevende tot en met tiende zin.

Artikelsgewijs deel

Artikel I

Onderdeel A

In de toelichting op artikel 126nc, eerste lid, is de zin «De bevoegdheid is toepasbaar ter opsporing van elk misdrijf.» in de plaats gekomen van de zinnen: De bevoegdheid is toepasbaar ter opsporing van elk strafbaar feit. Ook de opheldering van overtredingen kan onder omstandigheden van voldoende zwaar belang zijn om de toepassing van deze bevoegdheid te rechtvaardigen. Dit sluit aan bij de in het wetsvoorstel vorderen gegevens telecommunicatie opgenomen bevoegdheid tot het vorderen van zogenaamde gebruikersgegevens (artikelen 126na en 126ua) (Kamerstukken II 2001/2002, 28 059, nrs. 1–2).

In de toelichting op artikel 126nc, zesde lid, is «strafbaar feit» vervangen door: misdrijf.

Naar boven