28 219
Wijziging van de Coördinatiewet Sociale Verzekering en andere wetten in verband met een administratieve lastenverlichting inzake de vaststelling van het premieloon en het uitkeringsloon (Wet administratieve lastenverlichting en vereenvoudiging in socialeverzekeringswetten)

28 371
Wijziging van de Wet op de loonbelasting 1964 in het kader van administratieve lastenverlichting en vereenvoudiging in socialeverzekeringswetten (Aansluitingswet Walvis)

nr. 17
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 april 2004

Ik verzoek u om de plenaire behandeling van de wetsvoorstellen Walvis en de Aansluitingswet Walvis voor het meireces doorgang te laten vinden.

Wil invoering van deze wetsvoorstellen per 1 januari 2005 mogelijk zijn dan is het noodzakelijk dat de wetsvoorstellen voor 1 juli 2004 door de Staten Generaal zijn aangenomen. Alleen dan kunnen werkgevers, administratiebureau's, Belastingdienst en UWV hun systemen tijdig aanpassen op de komende veranderingen in het loonbegrip. Op deze wijze wordt per 1 januari 2005 al een aanzienlijke administratieve lastenverlichting bereikt.

Duidelijkheid omtrent dit loonbegrip is ook nodig in het kader van de bouw van het heffings- en inningsysteem bij de Belastingdienst en de polisadministratie bij UWV. Op basis van de definitie van het loonbegrip kunnen deze systemen worden gebouwd.

De wettelijke basis voor de heffings en -inningsystemen en de polisadministratie wordt geregeld in de wetsvoorstellen financiering sociale verzekeringen (Wfsv) (kamerstuk 29 529) en Invoeringswet Wfsv (kamerstuk 29 531), welke heden, 22 april, bij uw Kamer aanhangig zijn gemaakt. Om de inwerkingtredingdatum van deze wetsvoorstellen per 1 januari 2006 mogelijk te maken is evenzeer spoedige besluitvorming over Walvis en de Aansluitingswet Walvis gewenst.

In zijn brief van 7 april 2004 heeft de Minister-President om deze reden verzocht beide wetsvoorstellen af te handelen voor het zomerreces door Tweede Kamer èn Eerste Kamer.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. J. de Geus

Naar boven