Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2001-2002 | 28179 nr. A |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2001-2002 | 28179 nr. A |
1. De wijziging van artikel 101/210 lid 3 luidde:
3. De jaarrekening wordt vastgesteld door de algemene vergadering.
2. Lid 1 van artikel 114a/224a luidde:
1. Een onderwerp, om de behandeling waarvan schriftelijk is verzocht door een of meer houders van aandelen die daartoe krachtens het volgende lid gerechtigd zijn, wordt opgenomen in de oproeping of op dezelfde wijze aangekondigd mits de vennootschap het verzoek niet later dan op de zestigste dag voor die van de vergadering heeft ontvangen en geen zwaarwichtig belang van de vennootschap zich daartegen verzet.
3. Lid 3 van artikel 114a/224a luidde:
3. In de statuten kan het vereiste gedeelte van het kapitaal of waarde van de aandelen lager worden gesteld en de termijn voor indiening van het verzoek worden verkort.
4. Lid 1 van artikel 118a luidde:
1. Indien met medewerking van de vennootschap certificaten van aandelen zijn uitgegeven die zijn toegelaten tot de officiële notering van een effectenbeurs in de zin van artikel 1, onderdeel e, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, die onder toezicht staat van de overheid of van een door de overheid erkende autoriteit of instelling, wordt de houder van de certificaten op zijn verzoek gevolmachtigd het stemrecht verbonden aan het betreffende aandeel of de betreffende aandelen uit te oefenen in een in de volmacht aangegeven algemene vergadering. Een aldus gevolmachtigde certificaathouder kan het stemrecht naar eigen inzicht uitoefenen.
5. In artikel 118a, lid 2 en lid 3 luidde «stemgerechtige»: «de aandeelhouder ten titel van beheer».
6. In artikel 118a lid 2 en lid 4 luidde «herroepen»: «intrekken».
7. Artikel 118a lid 4 luidde:
4. Bij het besluit tot het beperken, uitsluiten of intrekken van de volmacht en het besluit over de wijze waarop het stemrecht wordt uitgeoefend, kunnen de in lid 3 bedoelde personen geen stem uitbrengen.
8. De vernummering van artikel 141 tot artikel 141 lid 1 ontbrak.
9. De voorlaatste zin van artikel 142/252 lid 3 luidde:
Een voorstel tot benoeming of herbenoeming wordt gemotiveerd.
10. De laatste zin van artikel 158/268 lid 4 ontbrak.
11. De wijziging van artikel 159/269 lid 4 luidde:
Lid 4 komt te luiden: De leden 6, 7, 8, 11 en 12 van het vorig artikel zijn van overeenkomstige toepassing.
12. De aanpassing van artikel 195 ontbrak.
13. De vernummering van artikel 251 tot artikel 251 lid 1 ontbrak.
14. De aanpassing van artikel 382 ontbrak.
15. De wijziging van artikel 394 lid 2 luidde:
2. In lid 2 vervallen telkens de woorden «of goedgekeurd».
16. Onder vernummering van de artikelen II tot en met VI was een artikel II ingevoegd, dat luidde:
A
Indien artikel I van het bij koninklijke boodschap van 7 november 2000 ingediende voorstel van wet houdende een wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met kwijting aan bestuurders en commissarissen (27 483), nadat het tot wet is verheven, in werking treedt voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, komt artikel 101 lid 3, in afwijking van artikel I, onderdeel A, als volgt te luiden:
3. De jaarrekening wordt vastgesteld door de algemene vergadering. Vaststelling van de jaarrekening strekt niet tot kwijting aan een bestuurder onderscheidenlijk commissaris.
B
Indien artikel I van het bij koninklijke boodschap van 7 november 2000 ingediende voorstel van wet houdende een wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met kwijting aan bestuurders en commissarissen (27 483), nadat het tot wet is verheven, in werking treedt voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, komt artikel 210 lid 3, in afwijking van artikel I, onderdeel Q, als volgt te luiden:
3. De jaarrekening wordt vastgesteld door de algemene vergadering. Vaststelling van de jaarrekening strekt niet tot kwijting aan een bestuurder onderscheidenlijk commissaris.
17. Artikel IV (oorspronkelijk artikel V) luidde:
1. Het bestuur van de vennootschap die op 1 januari 1996 voldeed aan de voorwaarden bedoeld in artikel 153 lid 3 of 263 lid 3 dan wel artikel 155 of 256 doet in de eerstvolgende algemene vergadering na de inwerkingtreding van deze wet het voorstel in de statuten de wijze van benoeming en ontslag van commissarissen en de taak en bevoegdheden van de raad van commissarissen te regelen zonder toepassing van de artikelen 158 tot en met 164 onderscheidenlijk 268 tot en met 274, dan wel het voorstel deze artikelen te blijven toepassen, met inachtneming van artikel 154 onderscheidenlijk artikel 264. Geen voorstel behoeft te worden gedaan indien de toepassing van de artikelen 158 tot en met 164 onderscheidenlijk de artikelen 268 tot en met 274 zoals deze luiden voor de inwerkingtreding van deze wet is gebaseerd op een besluit van de algemene vergadering dat genomen is ter uitvoering van overeenstemming met de raad van commissarissen en de ondernemingsraad over de toepassing van die artikelen.
18. Bij de toelichting op artikel 107a/217a op p. 24 ontbrak de derde volle alinea.
19. De derde zin van de tweede alinea van de toelichting op artikel 118a op p. 28 luidde:
Bij een volmachtconstructie moet rekening worden gehouden met de niet-private werking van volmachten, dat wil zeggen het gegeven dat de volmachtgever aan de volmacht werking kan ontnemen door zelf ter vergadering te verschijnen en te stemmen.
20. Bij de toelichting op artikel 118a ontbraken op p. 29 de derde en vierde volle alinea (doorlopend op p. 30) en op p. 30 de eerste volle alinea.
21. Bij de toelichting op artikel 118a luidde de derde volle alinea op p. 30:
Indien aan de aandeelhouder geen volmacht wordt gevraagd of de certificaathouder geen gebruik maakt van de hem verleende volmacht, kan de aandeelhouder het stemrecht zelf uitoefenen. Dat vloeit voort uit artikel 2:118/228 BW. Een verdere regeling is overbodig.
22. Bij de toelichting op artikel 118a ontbrak op p. 30 de laatste volle alinea, doorlopend op p. 31.
23. Bij de toelichting op artikel 118a luidde de eerste zin van de eerste volle alinea op p. 31:
Lid 2 gaat over gevallen waarin de aandeelhouder kan weigeren een volmacht te verlenen of een eenmaal verstrekte volmacht kan intrekken.
24. Bij de toelichting op artikel 118a ontbrak op p. 31 de tweede volle alinea.
25. Bij de toelichting op artikel 118a luidde de laatste zin van de eerste volle alinea op p. 33:
Het woord «en» aan het einde van lid 3 sub b maakt duidelijk dat van een ongeoorloofde meerderheid – vanzelfsprekend – ook sprake is als een bestuur van vijf personen één commissaris, één werknemer en één vaste adviseur omvat.
26. Bij de toelichting op artikel 155/265 ontbrak de laatste zin.
27. Bij de toelichting op artikel 158/268 ontbraken de tweede zin van de tweede volle alinea op p. 41, de laatste alinea op p. 41 (overlopend naar p. 42) en de eerste en tweede volle alinea op p. 42.
28. Bij de toelichting op artikel 159/269 ontbrak de derde alinea.
29. De toelichting op artikel 195 ontbrak.
30. De toelichting op artikel 382 ontbrak.
31. De toelichting op Artikel II (geschrapt) luidde:
Dit is een technische wijziging. De tekst van het voorstel tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met kwijting aan bestuurders en commissarissen (Kamerstukken II, 2000–2001, 27 483, nr. 2) gaat uit van vaststellingsrecht voor de raad van commissarissen. Artikel 101/210 lid 3 zoals dat na inwerkingtreding van dat voorstel gaat luiden, moet met het oog op het verdwijnen van het onderscheid vaststelling-goedkeuring worden aangepast.
32. Bij de toelichting op artikel IV (was V) ontbrak de derde alinea.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-28179-A.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.