28 165 Deelnemingenbeleid Rijksoverheid

Nr. 119 MOTIE VAN HET LID IRRGANG C.S.

Voorgesteld 16 februari 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat de hoofdtaak van de staatsdeelneming Nederlandse Spoorwegen bestaat uit het exploiteren van het hoofdrailnetwerk om zodoende bij te dragen aan het publieke belang van de beschikbaarheid van een basisniveau aan vervoersdiensten in het hele land tegen aanvaardbare prijzen;

constaterende, dat de staatsdeelneming ProRail bijdraagt aan voornoemd publiek belang door als beheerder van het hoofdrailnetwerk de kwaliteit, de betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van dit netwerk te borgen;

constaterende, dat bij ProRail het beloningsbeleid zodanig is aangepast dat de beloning voor toekomstige bestuurders van ProRail ten hoogste 130% van het ministersalaris zal bedragen;

constaterende, dat de aanpassing van het beloningsbeleid bij de Nederlandse Spoorwegen heeft geresulteerd in een matiging van slechts 20%, waardoor de beloning nog steeds ruim boven het ministersalaris ligt;

overwegende, dat de nieuwe berekeningssystematiek voor bestuurdersbeloningen en de uitkomst daarvan bij de Nederlandse Spoorwegen onvoldoende recht doet aan de publieke taak van de Nederlandse Spoorwegen en het daarmee samenhangende publieke belang;

verzoekt de regering de Nederlandse Spoorwegen wat betreft het beloningsbeleid in te delen in de categorie «publiek-markt» en daarbij de verhouding 75% publiek, 25% markt en 0% internationaal te gebruiken bij de weging tussen de arbeidsmarktreferentiegroepen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Irrgang

Slob

Groot

Harbers

Blanksma-van den Heuvel

Braakhuis

Koolmees

Naar boven