28 135
Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en een aantal andere wetten in verband met onder meer de invoering van een regeling voor de bekostiging van het leerwegondersteunend onderwijs en het praktijkonderwijs en een regionaal zorgbudget

nr. 8
AMENDEMENT VAN HET LID DIJKSMA C.S.

Ontvangen 4 april 2002

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Na artikel XVII wordt een nieuw artikel XVIIa ingevoegd, luidend:

ARTIKEL XVIIa

1. Voor zover deze wet daarin niet voorziet, alsmede in afwijking van het bij en krachtens deze wet bepaalde, kunnen voor de periode tot uiterlijk 1 augustus 2005 bij ministeriële regeling regels worden vastgesteld ten behoeve van een goede invoering van de door deze wet gewijzigde of toegevoegde bepalingen van de Wet op het voortgezet onderwijs. Ten behoeve van een goede invoering van de in de vorige volzin bedoelde bepalingen kan voor de in die volzin bedoelde periode eveneens bij ministeriële regeling worden afgeweken van het overigens bepaalde bij en krachtens de Wet op het voortgezet onderwijs.

2. Het ontwerp van een ministeriële regeling als bedoeld in het eerste lid wordt ten minste vier weken voordat de regeling wordt vastgesteld, toegezonden aan de beide kamers der Staten-Generaal.

Toelichting

Bij de invoering van het in het wetsvoorstel geregelde gemengde model kunnen zich onvoorziene problemen voordoen. Om een goede invoering van het wetsvoorstel te bevorderen, is in dit amendement de mogelijkheid opgenomen om bij ministeriële regeling tijdelijk (tot uiterlijk 1 augustus 2005) regels te stellen in aanvulling op of afwijking van het bepaalde bij of krachtens de in het wetsvoorstel gewijzigde of toegevoegde bepalingen. Daarbij kan zonodig ook worden afgeweken van de overige bepalingen bij of krachtens de Wet op het voortgezet onderwijs. Het ontwerp van de ministeriële regeling wordt naar de beide kamers der Staten-Generaal gezonden.

Dijksma

Cornielje

Lambrechts

Naar boven